
bloed - door peter bügel
Wanneer in een land economische vraagstukken de hoogste prioriteit hebben gaat de bevolking naar de verdommenis.
Zo luidt kort samengevat de boodschap van de Amerikaanse professor Amitai Etzioni, oprichter van de ‘communitaire beweging’. In zijn boek: “The Spirit of Community” keert hij zich zowel tegen de orthodoxe christenen als tegen de linkse liberalen in zijn land. De Verenigde Staten verkeren volgens de socioloog Etzioni in een morele crisis waarop de liberalen geen antwoord hebben. De christelijke fundamentalisten denken dat bidden op school en verbod van abortus oplossingen zijn van de problemen. Het is dus zaak dat er een morele beweging op gang komt die goede waarden en normen introduceert.
Dit gedachtengoed dat herinneringen oproept aan de Morele Herbewapeningsbeweging van de jaren vijftig van de vorige eeuw schijnt ook in Europa enige vooraanstaande volgelingen te kennen waaronder Balkenende. Communitariërs zijn volgens Etzioni : “mensen die zich voorgenomen hebben een nieuwe morele, sociale en publieke orde te scheppen gebaseerd op herstelde gemeenschappen, zonder dat puriteinsheid en onderdrukking worden toegestaan”.
Het woord “herstelde” in voorgaande definitie heeft iets verleidelijks. Er wordt gesuggereerd dat de westerse maatschappijen iets heel kostbaars verloren hebben dat herbouwd kan worden. Er klinkt een nostalgie in door naar een verleden waarin mensen in kleine gemeenschappen woonden met sterke sociale banden tussen families en buren. Men kan zich afvragen of deze W.G. van der Hulst-achtige gemeenschapjes in werkelijkheid inderdaad zo’n hoog rozegeur en maneschijngehalte hadden. Nostalgie ligt goed in de markt bij mensen die zich zorgen maken over de toekomst.
Het is overigens niet helemaal duidelijk welke verbanden Etzioni bedoelt met het woord “communities”. Men kan denken aan families, stadswijken, steden, regio’s of zelfs landen. Ook vergeet hij te melden dat zulke sterke verbanden niet altijd tot heil der mensheid strekken. Iraakse Soennieten en Shiieten vertonen een degelijke communitaire band evenals El Qaida en de Cosa Nostra.
De samenbindende kracht van de communitariers is de overtuiging dat de Amerikaanse samenleving in snel tempo naar de bliksem gaat. Gewezen wordt op de misdaad in de steden, het aantal echtscheidingen en ongehuwde moeders, de armoede en het totale gebrek aan solidariteit in de maatschappij. Dat de remedie van deze ernstige kwalen gelegen zou zijn in het propageren van gemeenschapszin doet echter wat naïef aan. Ook beruchte Amerikaanse gangs als de Crips en de Bloods hebben een sterke groepsband. Het idee dat zoiets heel goed tot ernstige conflicten kan leiden treffen we helaas in deze bespiegelingen niet aan.
De “Economist” ziet nog een gevaar in de neiging van de beweging de liberale economie de schuld te geven van alle misstanden en wijst op het boek “The Trap” van de Engelse Europarlementarier Sir James Goldsmith, waarin gepleit wordt tegen de GATT-akkoorden en voor het sluiten van de grenzen voor produkten uit de derde wereld. Onbeperkte wereldhandel vernietigt de traditionele gemeenschappen en moet daarom tegengegaan worden.
Volgens Sir James gaat de ellende terug tot de Verlichting toen de rede tot grondslag van de moraal werd gebombardeerd. Overwegingen van “spirituele, historische en natuurlijke” aard werden daarmee ten onrechte opzij geschoven. Het griezelige van deze denktrant is dat zij zonder omwegen lijkt te leiden naar het “Blut und Boden” uit de vorige eeuw.