
is een beetje buikvet gevaarlijk? - door peter bügel
Veel mensen zullen zijn opgeschrikt door een onderzoek van Petra Peeters van het UMC Utrecht. Mannen tussen de vijftig en de zestig met een licht of normaal gewicht, maar een tailleomvang tussen de 96 en 102 centimeter hadden maar liefst een 46 procent hogere sterftekans.
Bij het lezen van dit soort berichten moet je altijd twee dingen bedenken. Het eerste is het verschil tussen relatief en absoluut risico. Relatief risico, en daar gaat het hier om, is nietszeggend. De kans om dood te gaan is niet 46 procent. Als de kans 46 procent hoger is is die wellicht 3,5 procent. Het is goed te bedenken dat de kans om bij een auto-ongeluk te sterven 85 procent groter is, wanneer je in het bezit bent van een rijbewijs. Ook is het wellicht interessant te weten dat de kans om te verdrinken 60 procent groter is wanneer je in het bezit bent van een zwemdiploma.
Dit leidt naar de tweede gedachte. Een statistisch verband zegt niets over oorzaak en gevolg. Peters zegt wel iets over schadelijke stoffen in het buikvet die een verderfelijke invloed op de lever zouden hebben, maar dat is onzinnige speculatie. In vet opgeslagen stoffen komen pas in de bloedbaan wanneer mensen gaan vermageren.
Twee eeuwen geleden wist men nog niet dat scheurbuik werd veroorzaakt door te weinig vitamine C. Ook in die tijd had je al onderzoekers die ijverig speurden naar risicofactoren. Ze vonden sterke samenhangen met zeelucht en omgang met slechte vrouwen.
Reeds in 1981 werd een artikel gepubliceerd waarin 246 risicofactoren voor hart en vaatziekten werden opgesomd. Sterke correlaties waren gevonden met vasectomie, geen knoflook eten, gescheiden ouders en langzame baardgroei. Toen AIDS voor het eerst opdook in de V.S. werd een sterke samenhang gevonden met het gebruik van amylnitraat (poppers).
Een van de belangrijkste epidemiologen, Alvan Feinstein, heeft verklaard dat de zoektocht naar risicofactoren wetenschappelijke nonsens is en de hoop uitgesproken dat het gewone publiek zijn gezond verstand er bij houdt.