In 1994 overleed Petr Skrabanek op 53-jarige leeftijd aan prostaatkanker. Professor Skrabanek was bekend door zijn honderden kritische publikaties over de geneeskunde en de kwakzalverij. Van origine was hij een Tsjech; zijn vrouw en hij waren op vakantie in Ierland toen de Russen in 1968 zijn land binnenvielen en zij besloten in Ierland te blijven. Hij werkte als hoogleraar aan de medische faculteit van het Trinity College in Dublin. In april 94 schreef hij me dat hij bezig was aan een nieuw boek en dat hij hoopte de opschudding die het in de medische wereld teweeg zou brengen nog mee te maken.

Dat heeft hij helaas niet gehaald, posthuum is uitgekomen: “The Death of Humane Medicine”, met als subtitel : “and the rise of coercive healthism”. Het boek beschrijft de sluipende verandering in de gezondheidszorg. Voor de zeventiger jaren droeg de arts zorg voor individuele patiënten. Af en toe wist hij een kwaal te genezen, meestal hun pijn te verlichten en zowel arts als patiënten accepteerden de realiteit van de dood. Momenteel zien we volgens Skrabanek een geneeskunde die een andere weg is ingeslagen.

Overheden, de Amerikaanse voorop, gebruiken de artsen nu om hun onderdanen te dwingen gedrag te vertonen dat gezond zou zijn, maar alle kenmerken heeft van een puriteinse moraal. Het propaganda-offensief om mensen ertoe aan te zetten hun levensstijl te veranderen beroept zich echter op feiten die wetenschappelijk niet onderbouwd kunnen worden. Soms worden ook pure leugens in de strijd geworpen zoals het idee dat de levensverwachting van mensen vooral gebaseerd zou zijn op hun leefgewoonten en dat bijna alle chronische en dodelijke aandoeningen vermijdbaar zijn door zogenaamd gezond eten en sporten.

In feite wordt er zeer selektief gebruik gemaakt van onderzoeksuitkomsten om allerlei bijgeloof een wetenschappelijk tintje te geven. Het gevaar van dierlijk vet en cholesterol is nooit duidelijk aangetoond, achtergehouden wordt dat een diëet met alleen onverzadigde plantaardige vetten waarschijnlijk kankerverwekkend is. Ook leest men nergens dat het hartinfarct de voornaamste bedreiging van het leven vormt voor al te enthousiaste joggers en marathonlopers.

De puriteinse inslag van al deze dreigementen is duidelijk te zien bij de wijze van omgang van de overheid met AIDS. De wijze waarop schoolkinderen hier bang voor gemaakt worden kan alleen ingegeven zijn door het verlangen vooral hun zieltjes rein te houden. Al deze belangstelling van de overheid voor de gezondheid van de burgers is volgens Skrabanek sinister. Met tal van voorbeelden laat hij zien dat vooral totalitaire regimes zich hier druk over maken met als zwartste voorbeeld het Derde Rijk dat als voornaamste slogan: “Gesundheit ist Pflicht” had.

Het eerste ministerie voor volksgezondheid werd overigens opgericht in Frankrijk in het jaar van de revolutie, 1789. Hoofd was Dr Guillotin. De declaratie “Health for All by the Year 2000”, werd in 1978 juichend begroet op de World Health Organisation-bijeenkomst in het Lenin Paleis in Alma Ata, waar de gastheer, Leonid Brezhnev verklaarde dat “de volksgezondheid altijd voorop staat bij de activiteiten van de communistische partij”. De delegaties van Idi Amin, Baby Doc, Bokassa en een groot aantal andere moordzuchtige regimes applaudisseerden om het hardst.

De stand van zaken in de Westerse landen noemt de schrijver: vriendelijk gezondheidsfascisme. Vriendelijk vanwege de paternalistische zorg en fascistisch vanwege de beknotting van de rechten van het individu teneinde een utopische “Brave New World” te scheppen. Misschien moet Klink het boek nog eens lezen.