egghead - door peter bügel
Enige tijd geleden belandde ik bij toeval in Vancouver, een gezellige stad met wel twee terrassen. Om de tijd te doden bezocht ik het dolfinarium, alwaar in een bassin enkele orka’s en dolfijnen zonder tenlastelegging gevangen werden gehouden. Via raampjes kon men de dieren ook onder water bespieden.
Bij één van de raampjes stond een klein meisje tekeningen van walvissen aan een groot orka-oog te tonen. Wat er in het beest omging was niet te zien, het oog vertoonde weinig emotie. Toen de tekeningen op waren zwom de orka loom weg. In een tentoonstellingsruimte stonden modellen van de breinen van een orka, een dolfijn en een mens. Veruit de primitiefste vorm, met de minste windingen in de neocortex behoorde bij de laatstgenoemde soort.
Deze herinnering kwam laatst bij mij boven in de keuken bij het uitpakken van een “rotolo”. Een voorbeeld van een grote ontdekking die op toevallige wijze ontstond. Vergelijkbaar met het apocriefe verhaal van Francis Crick, die de dubbele helix van het DNA-molecuul in het haardvuur gezien zou hebben toen hij even wegdommelde, of Ian Fleming wiens verwaarloosde bacteriecultures beschimmelden of Dennett, die ineens bedacht dat zijn brein wel een tekstverwerker leek.
Een kleine culinaire excursie is nu even onontbeerlijk. Een rotolo vervaardigt men door op een dunne lap deeg een mengsel van gekookte spinazie, parmezaanse kaas, Hüttenkäse en eidooier te leggen en het geheel op te rollen. Vervolgens wikkelt men de rol stevig in een dunne doek met daaromheen een touw. Deze rol moet in vijftig minuten in kokend water gaar worden.
Bij het uitpakken treedt iets verrassends aan het licht: de deegrol heeft het uiterlijk gekregen van langwerpige gekookte hersenen, de windingen zijn identiek aan die van onze nieuwe hersenschors. Dit geeft te denken. Het is duidelijk dat deze structuur ontstaat doordat de deegrol uitzet, maar daarvoor eigenlijk geen ruimte heeft, zodat het vergrote oppervlak zich zo goed en zo kwaad als het gaat in elkaar kreukelt.
Het lijdt geen twijfel dat zonder doek deze windingen niet zouden ontstaan en de rol een grote bol zou worden. Ook is denkbaar dat het oppervlak zonder tegendruk van de doek veel groter zou worden. Een stapje verder, als in een flits ging mij een licht op.
Wat is de beperkende factor van het menselijk brein ? Zonder twijfel de schedel. De schedel houdt het brein klein. Het laten ontstaan van een superbrein is dus een fluitje van een cent. Misschien mag het niet van onze ethici, maar men zou eens kunnen beginnen met een chimpanseefoetus. Zodra het schedeldak gevormd is, wordt dat weggehaald waarna ons kleine aapje in wording teruggeplaatst wordt in de moederaap.
In plaats van de schedel zou een soort vrouwencondoom aangebracht kunnen worden, zodat de groeiende hersenen geen weerstand ondervinden. Omdat het hoofd daardoor zonder twijfel twee keer zo groot als normaal wordt zal de bevalling middels een keizersnede moeten plaatsvinden. Het hoeft niet te verbazen als dit “egghead” al op tweejarige leeftijd geheel zelfstandig E=Mc kwadraat op de glazen ruit van zijn steriele verblijfje schrijft.
Hierdoor zal onder druk van de publieke opinie de weg vrijkomen voor het eerste experimentele supermensje. Wie weet wat die nog voor ons in petto heeft.