de dokter en de aap - door peter bügel
Europese regelgeving wil dat artsen de pillen die ze voorschrijven niet zelf mogen verkopen. De politiek heeft deze oekaze voorlopig tegen gehouden. Zoals altijd bij politieke besluiten berust ook deze op een onuitgesproken hypothese.
De Europese Commissie heeft het goede met de mensen voor. Apotheekhoudende dokters vinden ze niet goed voor de patiënten. De politici in kwestie denken dat artsen die de pillen verkopen die ze zelf voorschrijven, meer en duurdere medicijnen zullen verstrekken, omdat ze daar meer aan verdienen. Nu zijn er grote verschillen in voorschrijfgedrag tussen huisartsen. Die verschillen worden door veel factoren veroorzaakt en het hebben van een apotheek is niet de belangrijkste factor. Maar daar wil ik het niet over hebben. Ik wil het hebben over de onuitgesproken hypothese, de vooronderstelling.
Deze vooronderstelling is dat de mens bovenal een homo economicus is. Een calculerende burger, die bij al zijn daden vooral gemotiveerd wordt door de te verwachten financiële kosten en baten. Deze vooronderstelling is in de politiek zo vanzelfsprekend en boven elke discussie verheven, dat vaak vergeten wordt dat het geen feitelijkheid is maar slechts een veronderstelling.
Een veronderstelling overigens die ten grondslag ligt aan de theorie van de marktwerking als ideaal ordeningsprincipe voor de maatschappij. Door al die calculerende burgers, die scherp op hun eigen voordeel letten gedijt concurrentie bij de aanbieders van goederen en diensten, en krijgen we automatisch het beste zo goedkoop mogelijk.
Wanneer dit in de praktijk blijkt tegen te vallen, wordt gewoonlijk geroepen dat er meer marktwerking nodig is. Wanneer opvattingen die empirisch onjuist blijken niet verlaten worden spreken we gewoonlijk van geloof. Je zou kunnen zeggen dat de hypothese van de homo economicus zo’n geloof is. Een geloof overigens met diepe wortels. Een Engels filosoof uit de zeventiende eeuw meende dat homo homini lupus, de mens een wolf voor zijn medemensen, was.
De Heidelberger Catechismus zegt dat wij ganselijk onbekwaam zijn tot enig goed en geneigd tot alle kwaad. Ook in de biologie was sinds Darwin duidelijk dat de natuur een bloedig slagveld was, waarop alleen de geschiktste en gezondste exemplaren lang genoeg leefden om zich voort te planten.
De geschetste wereld is een tranendal waar iedereen steeds diep gedeprimeerd zou moeten rond lopen. In de praktijk blijkt dat nogal mee te vallen. En wederom laten gelovigen zich door deze duidelijke falsificatie van de theorie niet van de wijs brengen. Als je je onverhoopt gelukkig voelt, moet je maar eens beter nadenken, luidt de boodschap.
De geschetste manier van denken wordt in de filosofie wel als reductionistisch aangeduid. Reductionisme gooit het kind met het badwater weg. Reductionisme was ook populair bij de studie naar onze naaste verwanten in het dierenrijk, de chimpansees. Ethologen meenden dat chimpansees slechts twee dingen nastreefden: eten en neuken.
Het is aan de primatoloog Frans De Waal te danken dat dit reductionisme verlaten is. Dankzij langdurige observatie van chimpanseekolonies raakte hij steeds meer onder de indruk van een geheel andere eigenschap van de dieren. Ze vertonen namelijk vaak gedrag dat niet anders te duiden valt als altru
ïstisch. De apen deden vaak dingen waar ze zelf geen voordeel bij hadden, maar een mede-aap wel. Bij chimpansees komt bijvoorbeeld ook het syndroom van Down voor. Zulke apen worden door sterke apen geholpen en beschermd. In Japan is een kolonie bekend waar een aap in voorkomt die door een aangeboren afwijking geen handen en voeten heeft. Deze wordt gevoerd door de andere apen en heeft zich kunnen ontwikkelen tot volwassen dier.
Dokters willen natuurlijk als iedereen graag een goed inkomen hebben. Maar het is reductionistisch en wetenschappelijk onhoudbaar te postuleren dat dat de belangrijkste beweegreden voor hun handelen is. Het economisch postulaat is niet het belangrijkste bij het dokteren. Er is in de wetenschap, en met name in de biologie geen grond om te denken dat artsen winstbejag als voornaamste beweegreden hebben.
Artsen zijn namelijk niet slechter dan apen.