De enige verstandige doping nam begin 2000 de Belgische topwielrenner Frank Vandenbroucke. Hij werd behandeld met homeopathische injecties door een paardenfokker. Hij betaalde daar 16.500 gulden voor. Ze hielpen goed, want niet alleen won hij de klassieker Luik-Bastenaken-Luik, maar bovendien werd hij leider in het klassement om de wereldbeker.

Christian Friedrich Samuel Hahnemann heeft zich toen in zijn graf, waar hij sinds 1843 verblijft, omgedraaid. De homeopathie, waarvan hij de bedenker was, mocht uitsluitend worden toegepast om klachten te behandelen. Dit ging via het principe dat het gelijke het gelijke geneest. Stoffen die de symptomen oproepen waar de patiënt aan lijdt, genezen de kwaal. Daarvoor moeten ze wel verdund worden. Deze verdunningen hebben twee bijzonderheden. Ten eerste moet de oplossing schokschuddend verdund worden. Verder gaat het verdunnen in stappen waarbij steeds een tiende van de vorige oplossing genomen wordt. Uiteindelijk is de genezend geachte stof in de oplossing niet meer aanwezig. Alleen het idee zit er nog in.

Als doping kan de homeopathie dus alleen gebruikt worden indien de renner klachten heeft. Wanneer hij bijvoorbeeld na geruime tijd fietsen last krijgt van loden benen, dan zou hij geholpen kunnen worden met een oneindig schokschuddend verdunde oplossing van lood. Wanneer hij op ongelegen momenten de man met de hamer tegen komt, zouden injecties met een goed geschudde oplossing van gemalen hamers heilzaam kunnen zijn. Waarschijnlijk staan deze medicamenten niet op de lijst verboden stoffen. Mocht dat wel zo zijn, dan is er nog geen man over boord: de homeopathische verdunning staat borg voor een onmogelijke detectie.

Het belangrijke punt is dat de werking van vrijwel alle doping tussen de oren gezocht moet worden. Daarom biedt de homeopathische variant grote voordelen. Onvindbaar, geen bijwerkingen, heel anders dan de gebruikelijke rommel.

Voorzover er onderzoek naar de werking van doping gedaan is, blijken de effecten op sportprestaties nihil. Stoffen waardoor het bloed meer zuurstof kan opnemen, zoals EPO, hebben alleen effect wanneer de wielrenner zo’n slechte conditie heeft dat hij steeds achter adem is. Wanneer extra rode bloedlichaampjes gunstig zouden werken, zouden in de Tour de France equipes uit Tibet en de Andes alles winnen. Hormonen waardoor sneller spierweefsel wordt aangemaakt zijn vooral geschikt voor Amerikaans slachtvee.

Om die reden krijgen alle Amerikaanse vleeskoeien implantaten met Nandrolon-achtige stoffen. Samen met een eiwitrijk dieet worden ze door deze anabolen wel anderhalf keer zo zwaar als hun onbehandelde zusters. Een dergelijke bouw is voor wielrenners helemaal niet gunstig. Al dat gewicht moet per slot steeds de berg op gebracht worden.

Voetballers hebben er al helemaal niets aan. De grootste voetballer aller tijden was tenger gebouwd. Gebruik van de stoffen zou voor de Boer en Davids vooral gunstig zijn geweest wanneer ze over hadden willen stappen naar gewichtheffen. Alkaloiden, als cocaïne, maken het sporten wellicht aangenamer, harder fietsen ga je er niet van. Amfetaminen tenslotte

, geven vooral de gewaarwording van snelheid, vandaar de naam ‘speed’.

Nee, het is vooral het geloof van de atleet in de werkzaamheid van de speciale middeltjes waar zijn soigneur mee aankomt, die het effect veroorzaakt. Het gaat om het placebo-effect. Omdat doping, vooral in de wereld van de wielersport, onuitroeibaar lijkt te zijn, zou het goed zijn aan dit gegeven wat meer ruchtbaarheid te geven. Men zou dan op grote schaal kunnen overgaan op homeopathische doping.

Een klein probleem is dat de renners zelf onkundig moeten blijven van de absolute onwerkzaamheid van de verdunningen. Maar dat is, gezien de opvallende populariteit van deze produkten bij het gewone publiek waarschijnlijk geen probleem.