
over drama - drama is altijd bijzaak, nooit de essentie
Eén van de eerste lessen die ik als student op de kunstacademie kreeg was: “we gaan hier geen schaakbordjes schilderen, want een schilderij moet altijd een element van drama bevatten”. Ik was het daar meteen al fundamenteel mee oneens, en wil dat graag uitbreiden tot een filosofie die het gehele leven omvat, en waarbij ik wil stellen dat de rol van “drama” schromelijk wordt overschat.
Sterker nog: doordat iedereen altijd de dramatische momenten in zijn of haar leven lijkt te benadrukken of er naar toe lijkt te leven (de geboorte van je kind, je huwelijk, de dood van iemand die je liefhebt, een belangrijke prijs die je wint, enzovoorts – zeg maar de hoogtepunten en de dieptepunten in je leven) lijkt het alsof de meeste mensen de essentie van hun eigen leven over het hoofd dreigen te zien.
En die essentie zit in de gewone dagelijkse dingen – genieten van het zien opgroeien van je kinderen, en dan daarin ook weer de gewone dingen, het leren fietsen, leren lezen, de nieuwsgierigheid. Maar ook genieten van lekker eten, van een gewone wandeling, van een goed boek, van muziek, van de zon in de tuin, van een gesprek met vrienden, van klein geouwehoer op de markt, van een bloemetje. Daar bewust even bij stilstaan en ervan genieten.
En voor een kunstenaar is het ontspannen en tegelijk geconcentreerd werken, en daarbij merken dat je in een creatieve flow zit waarin ineens alles als vanzelf lijkt te gaan, veel belangrijker dan het eindresultaat of een tentoonstelling, of uiteindelijk rijk en beroemd worden. Ik herinner me de kick van iedere avond gretig verder gaan met een serie tekeningen die uiteindelijk uitmondde in een serie van ruim zestigduizend tekeningen die onmogelijk optimaal tentoongesteld kunnen worden en daardoor een slapend bestaan op mijn zolder leiden, in vele dozen. Maar het besef dat ik die reeks geschapen heb, en dat het een geniale reeks tekeningen is, is voldoende. Daar hoeft wat mij betreft geen “dramatisch” erkenningsmoment op te volgen.
Ik begrijp dan ook niets van topsporters of bergbeklimmers, mensen die lijken te leven naar dat ene dramatische topmoment toe. De kick van dat speciale moment begrijp ik nog wel, maar als ik de verbetenheid van een Marianne Vos zie vermoed ik dat ze na haar gouden medaille bij de Olympische Spelen in een diep zwart gat duikelt en de rest van haar leven alleen maar ongelukkig zal zijn, omdat alles aan dat gouden medaillemoment afgemeten lijkt te worden. Dit lijkt voor deze mensen de maatstaf, dit is waarnaar gestreefd moet worden, en alleen dat ene moment lijkt te tellen. Terwijl wat mij betreft de weg erheen en de weg na die medaille van veel essentiëler belang zijn.
Om nog even terug te gaan naar de kunst: de meest ingetogen kunst, waarin bijna niets lijkt te gebeuren, vind ik vaak het fascinerendst, het intrigerendst, en als Tati zijn hoofdpersoon, Monsieur Hulot, in Mon Oncle zijn raam zó laat draaien dat het zonlicht spiegelt op een vogeltje dat daar meteen door gaat zingen, dan word ik daar bijzonder vrolijk van. Het zijn de Tati-momenten die het leven de moeite waard maken.
(HM, 10 augustus 2012)