Bij elke verkiezing kun je tegenwoordig op internet wel een stemwijzer vinden die je zogenaamd objectief via je reacties op een aantal vragen of stellingen naar een betrouwbaar stemadvies loodsen. Daarnaast heb je enquêtes en onderzoeken waarvan de uitslagen soms nogal prominent in de media gepresenteerd worden. Betrouwbaarheid is daarbij soms ver te zoeken, want je wordt gemanipuleerd waar je bijstaat. De ene keer gebeurt dat vrij subtiel, andere keren vrij grof. We hebben een paar voorbeelden voor je.

Om te beginnen een redelijk subtiele uit een van de stemwijzers voor het referendum over de Europese grondwet:

  • Stelling 20: “Een Europese minister voor Buitenlandse Zaken kan best alle inwoners van de Europese Unie vertegenwoordigen”

Het venijn zit hier uiteraard in dat woordje “best”. Het neerbuigende dat de zin nu krijgt maakt eigenlijk maar één antwoord mogelijk. Schrap het woord “best” en de zin wordt al een stuk neutraler.

Vervolgens een wel erg slordig geformuleerde vraag uit een enquête van Maurice de Hond die ongewild laat zien op wat voor manier deze zijn enquêtes in elkaar flanst:

  • Deze Paus is gekozen uit 116 kardinalen, die verkiesbaar waren. Denkt u dat het voor de wijze waarop de Katholieke Kerk gekozen verschil maakt of deze Paus gekozen wordt of een van de anderen?

Los van de slordigheid – wat voor soort suggestieve vraag is dit? De Hond schrijft bijvoorbeeld ook altijd burgermeester als hij burgemeester bedoelt. Ook verder puilen zijn vragenlijsten altijd uit van de spelfouten.

Een introductietekst van een van de stemwijzers voor het referendum over de Europese grondwet:

  • De door het ministerie van binnenlandse zaken betaalde referendumwijzer van het IPP geeft een erg rooskleurig beeld van de europese “grondwet”, waarbij zij de negatieve kanten van dit gedrocht niet aan bod laten komen, en de uitzonderingen op de positieve artikelen “vergeten” te vermelden.

Het woord gedrocht springt er voor mij het eerste uit. Ik weet dan al dat ik geen objectieve vragenlijst kan verwachten.

  • Stelling: Het parlement moet groter zijn dan dat van Rusland, met bijbehorende ineffectiviteit.

Hmmm. En zo’n suggestieve stelling zouden we dan serieus moeten nemen? Ook deze twee vinden we wel erg kort door de bocht:

  • De EU mag alleen onderzoek stimuleren dat direct geld oplevert

  • Een grondwet moet zeer uitgebreid zijn en allerlei pietluttige bepalingen bevatten

Een woord als “pietluttig” hoort uiteraard niet thuis in een objectieve vragenlijst. Nog eentje, uit een ja/nee-vragenlijst van een gerenommeerd onderzoeksbureau, met uitroepteken en al, waardoor je precies kunt zien wat de gewenste uitkomst van deze bepaalde enquête was:

  • Het testen van make-up en chemicaliën op proefdieren (terwijl er alternatieven zijn!) is eigenlijk misdadig.