over shockeren
Ik heb een hekel aan shockeertelevisie, en dat heb ik altijd al gehad. Niet omdat ik snel geshockeerd ben, integendeel. Ik ben juist niet snel geshockeerd en vind shockeertelevisie vooral erg saai en nietszeggend. Want zelfs de alom geroemde Wim T Schippers kwam niet veel verder dan: “kijk eens wat ik allemaal durf”. Grenzen mogen wat mij betreft zeker worden opgezocht, maar de jongens met de grote bek die op kinderspeelplaatsen ook al zoveel medestanders kregen, daar ben ik zeker niet van gecharmeerd.
Wilders en Verdonk mogen wat mij betreft roepen wat ze willen, vrijheid van meningsuiting is een groot goed, ook voor meningen die ik veracht. Maar het is wel zaak tegengas te geven, vind ik, want enig respect hoeven beide “grote bekken” van mij niet te verwachten. Ik vrees dat Wilders, misschien zonder dat hij zich dat realiseert, wel eens vele malen gevaarlijker zou kunnen zijn dan de moslims die hij zo agressief bejegent. Want de jonge neo-nazi’s die momenteel overal opduiken met gewelddadige acties hebben het gevoel dat ze dat ongestraft kunnen doen omdat Wilders en Verdonk hard roepen dat onverdraagzaamheid tegenover bepaalde groepen geoorloofd is.
Wilders wordt helemaal een merkwaardig geval als hij zich druk maakt over de kersttoespraak van de koningin, waarin het alleen over respect en verdraagzaamheid gaat. Wilders trekt braaf de schoen aan waarvan hijzelf concludeert dat die hem past, waarmee hij zichzelf duidelijker dan ooit als een haatzaaier profileert.
Wat de jongens en meisjes van shockeertelevisie graag roepen is “het doel heiligt de middelen”. Een gevaarlijk gezegde, want op het moment dat je iemand vermoordt om je doel te bereiken ben je een moordenaar. En dat valt op geen enkele manier weg te wassen. Op kleinere schaal: als je je gedraagt als een schofterige klootzak, alleen om een bepaald “nobel” doel te bereiken dan gaat er al iets zeer fundamenteel fout. Ook de middelen die je gebruikt om een doel te bereiken moeten deugen. Juist de middelen moeten deugen.
(HM 31 december 2007)