zalm en hilsa
Toeval bestaat niet, serendipiteit heerst overal. We hebben twee dagen geleden een stuk geschreven over de ingrijpende effecten van de aanleg van dammen, en vandaag kwamen we op de light verse-scheurkalender een gedicht tegen over de zalm. Het is komisch bedoeld, maar het wordt al meteen heel wat minder grappig als we de onderliggende tragedie schetsen.
De hilsa is een vis die in India behoorlijk populair is, en veel mensen leefden dan ook van de vangst van die vis. De hilsa lijkt op de zalm, dat wil zeggen dat ook de hilsa geboren wordt in zoet water, als jonge vis migreert naar de oceaan en tenslotte naar de rivier terugkeert om kuit te schieten.
De Stanleydam heeft de hilsa in de Cauveryrivier in het zuiden van India uitgeroeid en de Ghulam Mohameddam in Pakistan heeft het paaigebied van deze vis in de Indus vernietigd. Hetzelfde gebeurt op dit moment met de hilsa die afhankelijk is van de Narmada. De monding van de Narmada is een van de laatst bekende plekken waar de hilsa broedt, en op dit moment leven daar tienduizend vissersgezinnen van. Niet lang meer, vrees ik, want de Sardar Sarovardam is bijna klaar.
Een cijfer om je nog wat ongeruster te maken: een vijfde van de zoetwatervis van de hele wereld is uitgeroeid of bedreigd door de aanleg van dammen…