Turlu Tursu is een instrumentaal trio dat met een opmerkelijke bezetting folkmuziek maakt die in geen enkel vakje is te plaatsen. Dit is hun derde album, en waar ze in het verleden nog met beide voeten stevig in de traditie stonden klinken ze hier als een wereldfusieband die met volledige vrijheid en flexibiliteit een muzikale avonturenreis maakt waar je met open mond naar zit te luisteren.

Fabian Beghin’s accordeon speelt een hoofdrol, en je hoort dat hij zowel waardering kan opbrengen voor Italiaanse tarantella’s als feestmuziek uit de Balkan, muziek uit Zweden, Braziliaanse forro’s en oosterse muziek. Naast de accordeon bespeelt hij ook de melodica en de bansuri, de Indische bamboefluit. Dankzij de inbreng van drummer en percussionist Etienne Plumer swingt het dan allemaal ook nog eens als de hel, en zijn de ritmes niet alleen ingenieus, maar ook tamelijk onvoorspelbaar, en word je als luisteraar regelmatig op een plezierige manier op het verkeerde been gezet. Dat geldt ook voor het groovende spel van Nicolas Dechène op bas en baritongitaar, die bovendien verrassend melodieus speelt op zijn bas.

Misschien is het tijd om een nieuwe term te verzinnen voor deze mengeling van jazz, folk en wereldmuziek? Maar ach, wat maakt het uit – voor mensen met oren aan hun hoofd is het genoeg te weten dat er hier prachtige muziek gemaakt wordt, jazzy, melancholiek en meeslepend. Magnifiek.

Klik op het driehoekje om het fragment te beluisteren.