vuurwerk voor sebald...

Vuurwerk voor WG Sebald (2005-6)

Jeremy Millar

Hoofdstuk vier van WG Sebald’s roman De Ringen van Saturnus opent met een foto van de vuurtoren in Southwold, een stadje aan de kust van Suffolk waar de schrijver vanuit Lowestoft heenwandelde, verder langs de kust, in augustus 1992. Dezelfde vuurtoren zie je ook in de beginscene van Peter Greenaway’s film Drowning By Numers uit 1988, die gedraaid werd in het plaatsje en de omgeving.

Naast gedachten over de dood zien we in de film ook de amoureuze verhoudingen die de plaatselijke begrafenisondernemer heeft met drie vrouwen – een moeder en haar twee dochters – waarvan de echtgenoten vlak na elkaar omkomen door verdrinking, onder verdachte omstandigheden. Smut, de zoon van begrafenisondernemer Madgett, is al net zo nieuwsgierig en dol op ingewikkelde verhalen en spelletjes als zijn vader, en samen gaan ze uitgebreid op onderzoek uit.

Een van Smut’s bijzondere rituelen – en er zijn er heel wat – is om elke dood die hij tegenkomt, of het nou een dode echtgenoot is of een dier in een heg, en zelfs zijn eigen uiteindelijke zelfmoord, te markeren door het afsteken van vuurwerk.

Ter herinnering – en ter ere – van het bijzondere leven en werk van WG Sebald werd er vuurwerk afgestoken aan de rand van de A146 in Framingham Pigot, de plek waar hij gedood werd bij een auto-ongeluk op 14 december 2001.