dark harbor - ved mehta
De autobiografie van Ved Mehta, Continents of Exile, groeit nog steeds gestaag. In Amerika is deel tien nu uitgekomen: Dark Harbor, met als ondertitel Building House and Home on an Enchanted Island. Mehta is in dit boek bijna veertig, en een gevierd journalist wiens artikelen voor The New Yorker regelmatig gebundeld werden. Hij komt op feesten van de allerrijksten, en maakt in die kringen ook vrienden. Zo komt hij op een bepaald moment terecht op een klein eiland voor de kust van Maine, waar hij uiteindelijk een stuk land zal kopen om er een huis op te bouwen. Dat levert uiteraard een mooie metafoor op die gelukkig niet op een clichématige manier wordt uitgewerkt. Mehta blijft toch vooral het verhaal van zijn leven vertellen, en gebruikt in zijn laatste boeken steeds een andere invalshoek. Dat maakt zijn autobiografie tot iets meer dan een gewoon levensverhaal.
In eerdere delen werden al een paar tegenstellingen aangesneden. De wereld van verschil tussen blinden en zienden is daarbij natuurlijk een terugkerend thema. Op het eiland loopt hij bijvoorbeeld weer tegen een paar nieuwe beperkingen aan. Zo blijkt de natuur er alle echo’s op te zuigen, waardoor hij zich niet zo makkelijk voortbeweegt als in New York. Omdat hij blind is wil hij ook een huis dat geluidsdicht is en dat akoestisch prettig is voor hem. Dat blijkt niet zo eenvoudig te zijn.
Na de tegenstellingen tussen de culturen van de verschillende continenten – Azië (India), Amerika en Europa (Engeland) -, verschillende religies, het land der zienden en dat der blinden, wordt hier nog een tegenstelling aangeroerd: die tussen arm en rijk. Dat begint al op de eerste pagina’s van het boek waar een feest wordt beschreven ter ere van een Jezuïtische pater die zich duidelijk volkomen op zijn gemak voelt tussen de rijken der aarde, terwijl Mehta zich juist buitengewoon ongemakkelijk voelt. Met veel omtrekkende bewegingen wordt in het boek herhaaldelijk op die tegenstelling teruggekomen.
Mehta is al jaren op zoek naar een geschikte vrouw, en die vindt hij hier. Ze trouwen, krijgen twee dochters en je voelt hoe Mehta zich eindelijk een beetje kan ontspannen, al gaat het hem niet echt gemakkelijk af. Het bouwen van het huis, dat voortkwam uit een behoefte om eindelijk eens wortels te leggen in zijn nieuwe vaderland, wordt voortgezet in het groeien van zijn gezin.
Het boek is, zoals altijd bij Ved Mehta, geschreven in een prachtig, elegant en soepel Engels dat weldadig aandoet, terwijl hij niet alleen heel eerlijk is (wat voor een autobiografie een vereiste is, vind ik) maar ook erg humoristisch. Bovendien kan hij heel subtiel vertellen via wat je omtrekkende bewegingen zou kunnen noemen. Een rijk boek dus.
Je kunt het boek hier kopen.