Een boek dat als titel heeft “Belangrijk is dat ik niet aan lezers denk” zou je kunnen verdenken van minachting van die lezer. Niets is hier minder waar. Wie van boeken houdt gaat onmiddellijk overstag alleen al bij het omslag. Het gaat om te beginnen om een prachtig gebonden boek dat uitermate lekker in de hand ligt, voorzien van een leeslint. En dan de details die je lekker maken om het boek ook echt te gaan lezen. Op de rug vinden we niet de titel van het boek terug maar een fraaie cryptische samenvatting van die titel. In de vouw op de voorkant staat in kleine letters ZKV’S 2001-2004, een nieuwsgierigmakende code. ZKV blijkt te staan voor Zeer Kort Verhaal (maar de ’s staat er dan wat raar achter, of is het gebruikelijk dat afkortingen in meervoud altijd een s toegevoegd krijgen?). Daar begint wat mij betreft al het kietelen van de lezer dat elk goed boek zou moeten doen.

A.L. Snijders schrijft Zeer Korte Verhalen. Bijna elke dag, en die verhalen worden per e-mail naar een select gezelschap gestuurd, dat elke week een paar keer wordt verrast met een klein pareltje. Om jaloers op te worden. Maar gelukkig ligt er nu voor iedereen dit prachtig vormgegeven boek. Het gaat uiteraard niet om de verpakking, maar als die verpakking al tot in de kleinste details zo goed is dat je er handenwrijvend voor gaat zitten dan heb je al iets bijzonders in handen.

De verhalen zijn kort, meestal niet langer dan één bladzijde, maar ze gaan onverwacht diep en er worden verbanden gelegd. Zo lijkt het ene verhaal geïnspireerd op een terloopse opmerking in het vorige verhaal, waardoor er dwarsverbanden ontstaan die ervoor zorgen dat het boek toch een hermetische en samenhangende indruk maakt. Daarnaast is Snijders buitengewoon goed in terloopse observaties die je behoorlijk aan het denken kunnen zetten. Een voorbeeld is de zin die we in het verhaal “Paard” tussen haakjes tegenkwamen: (tweederangs schrijvers als Mulisch tonen een “ontwikkeling”, maar echte schrijvers – Multatuli, Reve, Nescio – zijn altijd vanaf het begin raak).

Het gaat vaak over schrijven, over mooie zinnen, over wat een goede schrijver tot een goede schrijver maakt, maar er wordt ook op een buitengewoon aangename manier onnadrukkelijk gefilosofeerd. Nog een citaat dat me stevig aan het denken zette (en weer met een zin tussen haakjes): “De lach is waarschijnlijk het beste overlevingsmiddel. (Wat niet wegneemt dat ik de pest heb aan vrolijke mensen in het algemeen en aan humoristen in het bijzonder).” Het mooie hier is, dat ik tot dan toe vooral heel veel instemmend had zitten knikken, maar hier toch even bedenkelijk keek. Ik hou wel van humor en heb bijvoorbeeld een enorme collectie cartoons. Maar als ik dan aan de hand van dit citaat ga doordenken realiseer ik me ook dat ik humor vooral intrigerend vind en dat ik vaak absoluut niet begrijp waar andere mensen om moeten lachen. Ik vraag me ook af of Snijders het wel zou kunnen waarderen dat ik regelmatig om zijn verhalen zat te grijnzen of instemmend zat te glimlachen. Ik denk het wel.

Al met al is dit op alle fronten een verrukkelijk boek waar ik ouderwets van geniet. Het is ook een boek waarin ik regelmatig even terugblader om een stukje terug te lezen, en waar ik anderen stukken uit voorlees (de neiging om nog veel meer te citeren moet ik hier dan ook echt bedwingen). Het is dan ook een boek dat eigenlijk alles heeft. Zelfs humor. Een absolute aanrader.

opengeslagen...

Let even op de details – de steunkleur is rood, wat wil zeggen dat alle hoofdstuktitels in rood zijn gedrukt, dat de jaren door een rode pagina van elkaar gescheiden zijn, en dat er in het hart van het boek een serie tekeningen is opgenomen – links rode tekeningen op wit papier, rechts witte tekeningen op rood papier. Zoals je ziet gaat het hier bovendien om een echt gebonden boek dat je dus ook ouderwets lekker kunt openbreken. De afwerking in geel en het blauwe leeslint maken het helemaal af.
Nog wat details. De vormgeving is uiteraard perfect, met een plezierige leesletter (Monotype Bembo) en gebonden met een rood garen. Voor sommigen mag dat wat overdreven lijken, maar ik kan intens van dat soort details genieten, vooral als uit de teksten blijkt dat de vormgeving perfect bij de inhoud past. Zo perfect zie je het zelden.

  • A.L. Snijders – Belangrijk is dat ik niet aan lezers denk – Uitgeverij AFdH – ISBN 9 789081 118019