de wacht
Op 18 november 1939 verscheen het eerste nummer van De Wacht, een weekblad “voor de gemobiliseerde Weermacht en het Nederlandse volk”. Nog geen jaar later, op 11 mei 1940, verscheen het laatste nummer. In de Rommelmarkt vond ik de hele jaargang, ingebonden. Je kunt, als je de geschiedenis kent (toen het laatste nummer verscheen waren we officieel al bezet door de Duitsers) dit tijdschrift alleen met zwaar gekromde tenen lezen. De onnozelheid en naïeviteit die er uit opstijgt is van een onvoorstelbare knulligheid. Het blad was duidelijk bedoeld om de Nederlandse burgers, maar ook de gemobiliseerde militairen, gerust te stellen, maar dat gebeurt dan weer zo onbeholpen dat je je plaatsvervangend gaat gêneren. We laten hier wat stukjes zien uit het laatste nummer, toen de dreiging toch echt wel redelijk reëel moet zijn geweest. Let vooral op de tenenkrommende onnozelheid van de humorpagina’s. “Tenenkrommend” is hier bedoeld als understatement.
Nog een fragment uit het stukje met de titel “De soldaat als volksvertegenwoordiger”:
A. Een soldaat die met een vlotte pas over straat loopt, kranig zijn eerbewijzen doet en de meerdere flink aankijkt, of:
B. Een burger in uniform, die met de handen in de zakken voortslentert en… als hij een meerdere ziet aankomen voor een winkel gaat staan of toevallig juist de andere kant uit moet…
A Een schildwacht die respect afdwingt door houding en uiterlijk, of
B Een man die zijn geweer heeft weggezet en leunend tegen zijn schilderhuis een sigaretje rookt… nog erger, op zijn stoel achterover wipt.
Ook opmerkelijk is de reclame op de achterpagina, van de Ford autofabrieken.
Al met al levert het blad een iets andere kijk op onze roemruchte geschiedenis…