Het verhaal van kamp Westerbork

Het verhaal van kamp Westerbork begon in oktober 1939, toen met de komst van 22 Joodse vluchtelingen het Centraal Vluchtelingenkamp Westerbork werd geopend. De locatie was een probleem, want de Veluwe werd afgekeurd, want te dicht bij paleis ’t Loo, dus dat kreeg geen Koninklijke goedkeuring… Westerbork, in het “woeste en ledige” Drenthe, werd het toen. Not in my backyard, nietwaar. Kamp Westerbork werd gefinancierd door de Nederlands-Joodse gemeenschap en werd aan de vluchtelingen gepresenteerd als een kamp in mooi Drenthe, met frisse houten barakken, centrale verwarming en goede sanitaire voorzieningen. Begin 1940 verbleven er al 750 vluchtelingen, maar van de goede voorzieningen was niets terechtgekomen. In juli 1942 namen de Nazi’s het kamp over en werd Westerbork een Durchgangslager, van waaruit meer dan honderdduizend mensen naar de kampen in het oosten werden vervoerd.

 

Herman Paridaen was een van de honderden marechaussees die tijdens de Tweede Wereldoorlog als bewaker werkten in Kamp Westerbork. Volgens zijn collega’s gedroeg hij zich als een schoft – hij trapte en sloeg gevangenen en schold ze uit. Overlevenden verklaarden echter dat dat voor een deel een façade was, en dat Paridaen in de gevangenis mensen juist aan extra voedsel had geholpen en geprobeerd had hun leven zo draaglijk mogelijk te maken. Vanwege die geboden hulp kreeg hij na de oorlog een milde straf – de rechtbank noemde hem “een man met twee gezichten”.

 

Mannelijke homoseksualiteit was in Duitsland strafbaar. Karl Gorath werd daarvoor tot 1940 drie keer veroordeeld en in 1943 gedeporteerd naar concentratiekamp Neuengamme, waarna hij doorging naar Auschwitz en Mauthausen, waar hij meer dood dan levend uit kwam. In 1946 werd hij opnieuw gearresteerd en door dezelfde rechter als in 1939 veroordeeld tot de maximale straf van 5 jaar voor de misdaad dat hij homofiel was. Hij ging niet in hoger beroep, want, zo zei hij “Ik wilde geen genade, niet van deze staat, en ook niet van dit rechtssysteem”. Karl Gorath streed na zijn gevangenschap nog jaren vergeefs om erkenning te krijgen als slachtoffer van het nationaalsocialisme.

 


© B. Carrot, Milan Hulsing, Sterric 2024 Scratch Books