Catel Muller, die als stripmaker simpelweg als Catel bekend staat, maakt eigenlijk alleen strips over vrouwen. Haar strips over Benoîte Groult en Joséphine Baker zijn daarvan goede voorbeelden. Dus toen de dochter van René Goscinny bij haar kwam met de vraag of ze het levensverhaal van haar vader zou willen omzetten in een strip zei ze eerst resoluut nee.

Toen ze tot zich door liet dringen wat voor invloed Goscinny op de stripwereld heeft gehad, en ook op haar eigen ontwikkeling en motivatie om strips te gaan maken (hij schreef onder meer ook scenario’s voor de eerste  strips van Claire Brétecher) bedacht ze een list – ze zou een boek maken waarin ze de dochter, die schrijfster is, het verhaal van haar vader laat vertellen, en zo werd het toch zeker voor de helft een boek dat over een vrouwenleven gaat. Is dat storend? Nee, zeker niet, want je leest eigenlijk de ontstaansgeschiedenis van de strip mee, en dat is feitelijk wel mooi, je wordt op een heel bijzondere manier het verhaal in getrokken.

Dan het verhaal van René Goscinny, die hier waarschijnlijk het bekendst is als de bedenker en scenarioschrijver van Asterix, waarvoor Uderzo de tekeningen maakte. Ironisch overigens, als je bedenkt dat de Italiaanse Uderzo en de van oorsprong Oost-Europese Goscinny, die bovendien in Argentinië opgroeide en lang in New York woonde, samen een van de meest chauvinistische strips hebben bedacht die je maar kunt verzinnen. Maar dit terzijde. Dit deel van het verhaal van de Goscinny’s stopt overigens als Asterix net op het punt van uitkomen staat.

René Goscinny werd geboren in Parijs in de jaren twintig, uit een familie die uit Polen en de Oekraïne werd verdreven. Zijn vader was chemicus, en zo vertrokken ze naar Argentinië, net op tijd, zo bleek achteraf, want een deel van zijn familie overleefde de vernietigingskampen van de Tweede Wereldoorlog niet. René vertrekt met zijn moeder naar New York, waar hij onder meer de oprichters van Mad ontmoet, en ook Morris, de latere tekenaar van Lucky Luke. Hij tekent er en publiceert en onder meer wat kinderboeken.

Later, in Brussel en Parijs, ontdekt hij waar hij echt goed in is – het bedenken van verhalen en scenario’s voor anderen. Hij schrijft verhalen voor Lucky Luke, voor Iznogoedh, met Sempé maakt hij Le Petit Nicolas en met Uderzo natuurlijk de beroemdste van allemaal, Asterix.

Het verhaal van de Goscinny’s is gelukkig in de geheel eigen stijl van Catel getekend, en niet in een Asterix-stijl, dat maakt het een intiemere strip. Wat het verhaal ook bijzonder maakt is dat er veel teksten uit interviews met René Goscinny zijn opgenomen, dus de man praat zelf. En er zijn vrij veel van zijn eigen vroege tekeningen in het boek opgenomen, en ook dat is erg leuk, want Goscinny kon zelf best goed tekenen, al zegt hij regelmatig van niet.

Een verrassende biografie, een strip-icoon waardig.

• Catel – Het verhaal van de Goscinny’s – De geboorte van een Galliër – De Geus – ISBN 9789044539325
• Bestel de strip hier bij een bekende webwinkel: Het verhaal van de Goscinny’s