In de dierenwereld is monogamie zeer zeldzaam. Waarom het bij mensen gebruikelijk is behoefde daarom een verklaring.

In de wetenschap gaat het namelijk niet aan te laten blijken dat iets domweg onbekend is en zal blijven. Sterker nog, niets maakt theoretiseren zo gemakkelijk als verborgen feiten. In dit geval gebeurtenissen verhuld door de grijze sluiers van het verre verleden.

Tot voor kort was bij antropologen de afspraak-theorie populair. Onze voorouders zouden de trouw van hun vrouwen gekocht hebben met de vulling van de kookpot. Op die manier kon de man er zeker van zijn dat zijn duur verworven jachtbuit niet diende voor het opgroeien van andermans kinderen. Volgens dit verhaal was die afspraak de hoeksteen van de menselijke evolutie.

Veldwerk bij zeldzame, resterende jagers/verzamelaars-stammen bracht deze theorie aan het wankelen. Kristen Hawkes van de universiteit van Utah woonde enkele jaren bij de Hadza in Noord Tanzania. Daar bleek dat gedode grote dieren door de hele stam werden opgegeten. Vrouw en kinderen van de succesvolle jager kregen geen voorkeursbehandeling. Wel bleek uit genetisch onderzoek dat succesvolle jagers ook succesvol waren in de vrouwenjacht. Ze hadden kinderen bij meerdere vrouwen en die kinderen bleven ook vaker leven. De vrouwen die ze veroverden waren jong en goed in het verzamelen van knollen en kleine dieren.

Antropologen die enkele jaren bij de Aché in het oosten van Paraguay en de Bari in Venezuela verbleven merkten nog een ander verschijnsel op dat de afspraak-theorie ondermijnde. Deze stammen geloofden dat een kind meerdere vaders kon hebben. Het hebben van meer vaders was niet onvoordelig. De vaders boden namelijk bescherming en schonken voedsel aan hun kinderen.

De antropoloog Stephen Beckerman van de universiteit van Pennsylvania rapporteerde daarover in 1999 op de jaarlijkse bijeenkomst van de American Association for the Advancement of Science (AAAS) in Anaheim in Californië. Bij deze stammen werd 80 procent van de kinderen met meerdere vaders vergeleken met 64 procent van de kinderen met maar één vader.

Omdat desondanks verder op de wereld monogamie regel schijnt, moest een nieuwe theorie bedacht worden. Niets is gemakkelijker dan dat. Het menselijk brein lijkt speciaal ontworpen om steeds maar te bedenken waarom de dingen zijn zoals ze zijn. Vooral de dingen die onkenbaar zijn.

Kristen Hawkes bedacht dat niet zozeer een afspraak tussen mannen en vrouwen de grondslag vormde, maar onderhandelingen tussen mannen onderling. Vrije liefde zou leiden tot moord en doodslag. Stammen die dat anders regelden hadden een grotere overlevingskans. De afspraak tussen mannen van elkaars vrouwen af te blijven, zou zo als een voordelige aanpassing gezien kunnen worden.

Verwonderlijk is dat deze vrouwelijke onderzoeker hier geen rol voor vrouwen ziet. Het lijkt mij boven iedere twijfel verheven dat zonder een gelijksoortige deal tussen de vrouwen dat herenakkoord een wassen neus zou zijn geweest.