In 1966 verscheen van Lord Moran, de lijfarts van Winston Churchill, een boek over zijn beroemde pati

ënt: Winston Churchill. The struggle for Survival. De British Medical Association dreigde hem te royeren omdat de arts daarmee zijn beroepsgeheim had geschonden.

We weten nu dat Churchill allesbehalve gezond was en diverse hartaanvallen en beroertes doorstond voor hij in 1965 op negentigjarige leeftijd overleed. Interessant zijn de observaties van Lord Moran over de persoonlijkheid van Churchill.

Deze schepte groot genoegen in het toespreken van menigtes. Toen hij weer eens ovationeel was toegejuicht, vertrouwde hij zijn lijfarts toe: ‘Ik weet wat er in de mensen omgaat en hoe ik tot hen moet spreken.’ Het commentaar van Lord Morgan: ‘Weet hij wat er in de mensen omgaat? Hij weet niets van hun levens, van hun verwachtingen en inspiraties. Als hij spreekt doet hij dat alleen om zijn ideeen tot uitdrukking te brengen.

Ook Churchills vrouw, Clementine, vond dat. ‘Winston heeft altijd oogkleppen gedragen. Zijn ogen zijn gericht op een punt dat hij wil bereiken. Verder ziet hij niets. Churchill is egocentrisch. Hij is een egoist zoals, naar ik meen, Napoleon er een was.’

Lord Moran bleef zich er over verbazen dat Churchill slechts in feiten geinteresseerd was en niet in de mensen die voor die feiten zorgden. Tegenwoordig zou Churchill, althans in Nederland, al voor de lagere school, naar een kinder- en jeugdpsychiater gestuurd zijn.

Uit de beschrijving van zijn persoonlijkheid blijkt dat hij moet hebben geleden aan een aandoening die toentertijd weliswaar nog niet bestond, maar vandaag de dag leidt tot etikettering en behandeling. Churchill leed aan een aandoening die behoort tot het zogenaamde ‘autistisch spectrum’. Sinds 1994 opgenomen in de Bijbel van de psychiatrie, het classificatiesysteem DSM IV, onder de naam pervasive developmental disorder, not otherwise specified, ook wel Pdd-nos.

Het is een voorbeeld van de manier waarop momenteel afwijkende kinderen een psychiatrisch etiket verkrijgen. Andere steeds meer gestelde diagnoses zijn borderline en atypisch autisme en natuurlijk het populaire ADHD. Ouders zijn vaak heel blij met zulke diagnoses omdat het aangeboren afwijkingen betreft en het dus hun schuld niet is dat hun zoontje zo’n lastpost is.

Symptomatisch voor Pdd-nos is het onvermogen tot het aangaan van normale intermenselijke verhoudingen. De essentie van het sociale verkeer ontgaat de kinderen. Ze lijken wel contact te maken, maar dat is maar schijn. Ontwikkeling van meer diepgang in het contact ontbreekt.

Het lijkt een beschrijving van Churchill’s persoonlijkheid. De opmerking van zijn vrouw, dat ook Napoleon zo iemand zou zijn geweest geeft te denken. Zou een niet op waarde kunnen schatten van medemensen een voorwaarde kunnen zijn om de politieke top te halen? In dat geval is het misschien maar goed dat zulke kinderen nu tijdig psychiatrisch geproblematiseerd worden.