
catch 22 - door peter bügel
De grote agrobiotechindustrieën hebben een probleem. In 2000 is in Montréal een overeenkomst gesloten die landen het recht geeft genetisch gemanipuleerde planten of zaden te weigeren.
Het nieuwe “Biosafety Protocol” verplicht ondernemingen zulke importen aan te geven bij de betreffende regeringen. Wanneer die geloven dat het een bedreiging is voor gezondheid of milieu mogen ze de import verbieden.
De multinationals brachten in Montréal naar voren dat hun producten gebaseerd waren op solide wetenschap. De milieubeweging vond dat deze wetenschap gebaseerd moest zijn op het voorzorgprincipe. Solide wetenschap is de kreet van de World Trade Organisation (WTO), terwijl het voorzorgprincipe afkomstig is uit de Convention on Biodiversity, die in 1992 door de wereldleiders getekend werd in Rio de Janeiro.
Volgens eerdere regels van de WTO konden regeringen import van producten alleen verbieden wanneer wetenschappelijk was aangetoond dat ze schadelijk waren. Het lijkt erop dat de bewijslast nu is omgekeerd.
Firma’s als Monsanto zouden nu moeten aantonen dat hun genetisch gemanipuleerde spullen onschadelijk zijn. Dit lijkt een stap in de goede richting ware het niet dat het onmogelijk is om zoiets te bewijzen. Wanneer je genetisch gemanipuleerd zaad alleen zou mogen gebruiken wanneer vast stond dat het onschadelijk was, dan zou je er geen akkers mee mogen volzaaien om het te beproeven. Zo wordt nooit duidelijk of het zaad veilig is.
Sinds 1955 noemen we zo’n patstelling in navolging van Joseph Heller: Catch 22.
Het was niet zo slim van de bioindustrie om de afgelopen jaren steeds maar te roepen dat hun producten gegarandeerd veilig waren. Toen recent in Nature werd beschreven dat onder bijzonder omstandigheden rupsen onpasselijk werden van het eten van genetisch gemanipuleerd stuifmeel, kon de milieubeweging ineens danig scoren. Het consumentenvertrouwen begon aan een glijvlucht.
Het imago van de biotechnologie-industrie is aan het verslechteren. Consumenten in Europa willen geen genetisch gemanipuleerde groenten. In Engeland is onder leiding van kroonprins Charles een hetze tegen het zogenaamde genfood aan de gang. Men spreekt er van Frankensteinvoedsel.
Zo erg is het hier nog niet. Wanneer echter binnenkort op alle levensmiddelen moet staan of er genetisch gemanipuleerd spul in zit, zijn de gevolgen niet te overzien. Zo zijn er veel meer voedingsmiddelen waar gemanipuleerde soja in zit, dan de gemiddelde consument weet. De firma Monsanto heeft de soja namelijk genetisch zo veranderd dat ze resistent is tegen onkruidbestrijdingsmiddelen van dezelfde firma. Een heel lucratieve handel.
Het zou echter jammer zijn wanneer de consumenten de hele biotechnologie om zeep zouden helpen. Er gebeuren namelijk ook goede dingen. In Zwitserland hebben universitaire onderzoekers een rijstsoort gemaakt met vitamine A. Die zou in de derde wereld miljoenen gevallen van blindheid door A-deficiëntie kunnen voorkomen. Misschien een ideetje voor Monsanto.
Belangeloze produktie van zulk zaad zou een boel goodwill kweken. Maar ja, niet bij de aandeelhouders.