Nieuwe inzichten in de seksualiteit van dieren maken soms menselijk gedrag begrijpelijk. Veel leerzaams valt bijvoorbeeld te peuren uit de wereld der insecten.

Een pionier was de Engelse bioloog Geoff Parker, die maanden doorbracht met zijn gezicht enkele centimeters verwijderd van verse koeienvlaaien. Na die intensieve observaties kon hij rapporteren dat mannelijke strontvliegen soms met z’n twee

ën vrouwtjes verkrachtten. De bedwants maakt het nog bonter. Hier verkrachten de mannetjes andere mannetjes. Wanneer die slachtoffers van het seksuele geweld vervolgens paarden met een vrouwtje ejecteerden ze het sperma van de verkrachter.

Gelukkig is dit machismo-gedrag uitzonderlijk. Bij veel soorten is het normaal om vrouwtjes te verleiden met een heel persoonlijk cadeautje. Iets te eten bijvoorbeeld. Zo hebben sommige krekels speciale vlezige vleugels die vrouwtjes lekker vinden.

Soms leidt een en ander tot dangerous liaisons. De roodrugspinnen kunnen daarbij als voorbeeld dienen. Vrouwelijke roodrugspinnen zijn 300 keer zo groot als mannetjesroodrugspinnen. Opvallend is dat die mannetjes het favoriete gerecht van de vrouwtjes vormen. Desondanks willen die mannetjes maar een ding. Ze willen het doen met deze formidabele femmes fatales. Een kwestie van besluipen en er onverhoeds opspringen. Bovenop die kolossale gestalte is het mannetje veilig. Na gedane zaken springt hij vrijwillig in haar muil. Omdat ze geruime tijd doende is met deze maaltijd, kunnen de spermatozoiden hun werk doen.

De natuur is wreed maar efficient. Het mannenlijfje bevat stoffen die het vrouwtje na het eten alle zin in seks ontnemen. Daardoor zal zijn zaad niet hoeven te concurreren met dat van andere mannetjes. Elementaire natuurlijke selectie, Watson.

Avontuurlijker dan zo’n laatste daad is seks met een ontsnappingsmogelijkheid. Ook de vrouwelijke bidsprinkhaan heeft als lievelingskostje mannetjes bidsprinkhaan. Hoewel ze niet veel in grootte verschillen is het mannetje geen partij bij deze kannibalistische neigingen. In ongeveer 30 procent van de gevallen loopt het slecht af met de minnaar. Handigheid loont.

Om te beginnen moet het mannetje het vrouwtje ongezien besluipen. Wordt hij opgemerkt, dan is het einde oefening. Wanneer alles goed gaat, kan hij na een plotselinge bestijging genieten van een enkele uren durende copulatie, waarna het zaak is onverwacht weg te vliegen. Belangrijk voor het mannetje is tijdens het liefdesbedrijf goed in het zadel te blijven. Bij de geringste balansfout vreet het vrouwtje zijn kop op.

Dit verlies van zijn hoofd heeft merkwaardig genoeg tot gevolg dat hij alle remmingen verliest en vervalt tot een seksuele razernij. Het zal duidelijk zijn dat deze vruchten van jarenlange, gedetailleerde observatie ons een spiegel voorhouden. De raad van de Prediker uit het oude testament ‘ga tot de mieren en wordt wijs’, is nu wetenschappelijk onderbouwd. Je hoofd verliezen in de liefde is heel lekker, maar loopt slecht af.