Ongeveer twaalf procent van de Nederlandse beroepsbevolking heeft ernstige burnout-klachten. Dat zijn er zo’n miljoen. Deze mensen zijn voor een groot deel nog aan het werk. Deze werkenden rapporteren dezelfde klachten als lieden die vanwege zulke problemen onder behandeling zijn van een psycholoog.

Dit was

één van de resultaten van wetenschappelijk onderzoek dat werd gepresenteerd tijdens de conferentie “Door werk gevloerd” in Amersfoort. Vanaf 1996 is een grootschalig onderzoekprogramma, gesubsidieerd door de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk onderzoek (NWO), bezig de relatie vermoeidheid en arbeid te onderzoeken.

Het opgebrand zijn lijkt een onderschat probleem. Al in 1998 schatte het CBS dat tien procent van de bevolking burnout was. Vooral beroepen waarin met mensen gewerkt wordt zijn risicovol. Medische beroepen met een lage drempel, zoals huisarts, ARBOarts, vroedvrouw en verpleegkundige lopen het meeste risico.

Ook in het onderwijs is het slecht gesteld. Daarna volgt de industrie. Hierbij is het interessant dat tussen bedrijven grote verschillen worden aangetroffen. De percentages variëren van 9 tot 27. Er zijn dus meer en minder gezonde bedrijven.

Uit al het beschikbare onderzoek komen steeds drie risicofactoren naar voren.

De eerste is de onmogelijkheid zelf invloed op de inrichting van je werk te hebben. Sinds de invoering van allerlei automatisering zitten veel werknemers de gehele dag met onzichtbare ketenen aan hun computer geboeid. Het protest daartegen gaat in de pols zitten. RSI is een epidemische aandoening aan het worden.

De tweede factor is gebrek aan waardering. Veel werknemers wordt het gevoel gegeven dat ze inwisselbaar zijn. Omdat bovendien ontslag altijd dreigt is onderlinge concurrentie groot en collegiale steun een verdwenen goed.

Tenslotte is er de werkdruk. Volgens het CBS is de werkdruk in Nederland de afgelopen twintig jaar elk jaar met anderhalf procent gestegen. Uit EEG-onderzoek uit 1997 blijkt dat Nederland in Europa koploper is in ervaren werkdruk. Een te grote werkdruk verhoogt de kans op serieuze vermoeidheidsklachten met zo’n vierhonderd procent.

Het totale budget van het onderzoekprogramma is 12 miljoen gulden. Weggegooid geld. Het is zoiets als een patiënt geen eten geven en daarna allerlei duur medisch onderzoek entameren om uit te zoeken waarom de patiënt zo moe en dun wordt.

Voor de publieke sectoren gezondheidszorg en onderwijs is deze vermageringsparallel duidelijk. Bezuinigingen in deze sectoren hebben bij de afgelopen regeringen prioriteit gehad. Nu onderzoeken waarom zoveel werkenden daar opgebrand raken is een gotspe.

In het bedrijfsleven is het een zelfde laken een pak. Sinds de managers zelf meer en meer aandelenpakketten in het eigen bedrijf kregen, werd de hoogte daarvan het belangrijkste bedrijfsdoel. De beste wijze om de koersen op te drijven is het ontslaan van werknemers. Met het doorzichtige excuus dat mondialisering zijn tol eiste, werden duizenden de straat op geschopt. De reden van het opfikken van de achterblijvers behoeft geen wetenschappelijk onderzoek.