ruud moors culturele concepten aflevering 19
Benoemen
De Chinese wijsgeer Laozi zei: ‘De oorsprong van alle onderscheid ontstaat door te benoemen. De bron waar alles uit ontstaat is niet te benoemen’. Door middel van taal maken we onderscheid tussen dit en dat, terwijl dit en dat allebei deel uitmaken van een groter geheel.
Grens
Ik ervaar mezelf als los van de rest van het bestaan, maar ben dat feitelijk niet. Los van het bestaan zou ik helemaal niet kunnen bestaan. En de grens tussen mij en de rest van het bestaan is helemaal niet precies te trekken.
Lucht
Ik adem in, ik adem uit. De lucht die ik inadem was net nog buiten me, maar is nu een deel van me geworden. De lucht die ik uitadem was net nog een deel van mij en is nu een deel van de lucht buiten mij geworden.
Voedsel
Ik eet en drink, ik poep en pies. Het voedsel dat ik tot me neem was net nog buiten me, maar is nu een deel van me geworden. De poep en pies die ik in het toilet achterlaat was net nog een deel van me en bevindt zich nu buiten me.
De grens
De grens tussen mij en mijn omgeving ervaar ik als grens omdat ik het als grens benoem. Maar dat ik het als grens benoem betekent niet dat er ook daadwerkelijk een grens is. Die grens is er omdat ik geleerd heb om, door middel van taal, die grens te trekken.
Het is een cultureel concept.
Oordelen
Wij bedenken grenzen. Alle grenzen die we als grenzen ervaren hebben we zelf bedacht. Dat geldt voor fysieke grenzen, maar ook voor de grenzen waarmee we beoordelen. Wat is de grens tussen mooi en lelijk? Wat is de grens tussen goed en slecht? Zijn dat soort grenzen wel echt te trekken?
Het stromen van leegte
In Liezi, een verhelderend boek over het stromen van leegte, staat de volgende anekdote:
Toen Yang Zhu ten oosten van de staat Song was, bezocht hij een herberg. De herbergier had twee concubines, de ene mooi en de andere lelijk. Degene die lelijk was, werd hoog geacht, maar voor degene die mooi was had men weinig achting. Yang Zhu vroeg wat hiervan de reden was, en de jongeman die de herberg bestierde antwoordde: “Degene die mooi is, vindt zichzelf mooi, maar ik zou niet weten wat haar schoonheid inhoudt. Degene die lelijk is, vindt zichzelf lelijk, maar ik zou niet weten wat haar lelijkheid inhoudt.” Yang Zhu zei: “Leerlingen, dit is iets om te onthouden! Gedraag je eerlijk en wijs, zonder jezelf er op te laten voorstaan! Hoe zou men dan niet van je kunnen houden?”
Grenzen zijn altijd arbitrair.
De boerderij van mijn grootouders lag tegen de grens van België aan. De dichtstbijzijnde buren waren Belgen. Een deel van het land dat bij de boerderij hoorde lag op Belgisch grondgebied. De grens liep dwars door de akkers van mijn grootouders. De grens tussen België en Nederland had er, toen die grens getrokken werd, ook voor gezorgd dat de families waar mijn grootouders toe behoorden, ineens tot twee nationaliteiten behoorden. Een deel werd, door die grens, Belg, en een ander deel Nederlander. Als die grens een klein beetje anders was getrokken, was mijn vader Belg geweest in plaats van Nederlander.
Twee Limburgen
Limburg hoort bij Nederland. Maar waarom eigenlijk? Als je naar de landkaart kijkt dan was het logischer geweest dat Limburg bij België was gaan horen. Dat was ook bijna het geval geweest. Vrijwel heel Limburg was Belgisch, maar Maastricht werd fel verdedigd door een fanatieke Nederlandse generaal. Omdat het de Belgen niet lukte om Maastricht in te nemen, werd Limburg Nederlands. Althans een deel van Limburg. Want ook België heeft een provincie die Limburg heet.
Taalstrijd
In de Nederlandse provincie Limburg en de Belgische provincie Limburg werd dezelfde taal gesproken. Het Limburgs. Dat werd als een dialect gezien. De Nederlandse Limburgers leerden Nederlands op school, de Belgische Limburgers leerden deels Vlaams en deels Waals als tweede taal. In de Voerstreek ontstond daardoor een taalstrijd tussen de Vlaams sprekende Limburgers en de Waals sprekende Limburgers.
Limburgs
Een fanatieke Vlaamse Limburger en een fanatieke Waalse Limburger, die in die taalstrijd tegenover elkaar stonden, werd gevraagd welke taal ze spraken als ze met elkaar een gesprek hadden. Dat bleek geen probleem. Dan spraken ze Limburgs. Die taal spraken en verstonden ze allebei.
Dat laat wel zien hoe arbitrair grenzen zijn, zelfs taalgrenzen.
Loodrechte grenzen
Met landsgrenzen is dat uiteraard ook zo. Over het algemeen verlopen die nogal grillig, maar in delen van Afrika en het Midden-Oosten zijn grenzen soms loodrecht. Dat komt omdat die grenzen niet door oorlogshandelingen zo ontstaan zijn, maar van achter een bureau bedacht zijn. Met potlood en lineaal getrokken. Buiten Afrika en het Midden-Oosten vind je dat soort grenzen alleen tussen Canada en de Verenigde Staten van Amerika en Alaska (deel van die Verenigde Staten van Amerika).
Naties en heersers
Dat er landsgrenzen zijn komt omdat er naties zijn. Dat er naties zijn komt omdat er heersers zijn die die naties als hun gebied beschouwen. Dat er heersers zijn die naties als hun gebied kunnen beschouwen komt omdat die heersers door middel van geweld de mensen die in dat gebied wonen aan zich hebben weten te onderwerpen.
Deel van de natie
Vervolgens gaan de bewoners van zo’n gebied zich identificeren met dat concept van een natie, gaan ze zich als een deel van die natie beschouwen en accepteren ze de heerser over dat gebied als hun leider, hun koning of keizer.
Onderwerping
Trots zijn op het vaderland is de ultieme manier om jezelf te onderwerpen aan de natie waar je, puur toevallig, deel van bent gaan uitmaken. Als je je realiseert hoe arbitrair de grenzen van de natie zijn waar je, toevallig, toe behoort, is dat eigenlijk vreemd.
Geschiedenis
Als de geschiedenis iets anders was gelopen dan was Limburg in zijn geheel deel geweest van België. Dan was ik geboren als Belg, niet als Nederlander. Als ik dan als tweede taal geen Nederlands maar Frans had leren spreken had ik me waarschijnlijk meer een Waal dan een Vlaming gevoeld. Zo arbitrair zijn grenzen dus.
Eenheid
Het nare van het trekken van grenzen is dat de eenheid uit het oog verloren raakt. De wereld is immers één geheel. Elke grens die we trekken is arbitrair. Geen enkele natie is niet door oorlog en onderdrukking ontstaan.
Wereld zonder grenzen
Stel je de wereld voor voordat er naties waren. Er waren geen grenzen. Geen grensposten. Geen paspoorten. De hele wereld lag, in principe, voor iedereen open. Dat is de wereld zoals die voor iedereen is behalve voor de mens.
Dieren
Mieren erkennen de grens tussen de ene en de andere natie niet. Bijen, hommels, vlinders, mollen, ratten, muizen, pissebedden, merels, spreeuwen, mussen, meeuwen, zwanen, eenden en ganzen trekken zich van die rare grenzen van ons helemaal niets aan. Ze zien die grenzen helemaal niet. Voor hen zijn die grenzen er ook niet.
Territorium
Kennen dieren dan geen grenzen? Natuurlijk wel. Ook dieren kennen een territorium dat ze, als dat nodig is, met veel geweldsvertoon zullen verdedigen. Maar zo’n territorium is altijd tijdelijk. Maar naties kennen dieren niet. En duidelijke grenzen trekken doen ze ook niet.
Mussen
Dat dieren een territorium afbakenen heeft een bestaansreden. Ook dat is anders dan de grenzen die mensen trekken. In Engeland is een grote kas gebouwd waarin allerlei ecosystemen zijn nagebouwd. Door de kieren waar verse lucht naar binnen kan, kunnen mussen ook naar binnen. Sommige mussen wonen er al generaties. Wat opvalt is dat die mussen zich vaak dicht bij elkaar bevinden, zonder dat ze ruzie maken. Buiten die kas verdedigen ze een groot territorium en verdragen ze elkaars nabijheid niet, maar binnen de kas vinden ze dat niet nodig. Dat heeft twee redenen. binnen de kas zijn ze veilig voor roofvogels (die kunnen er niet in) en er is genoeg voedsel te vinden.
In ere herstellen
Dat is het verschil tussen het afbakenen van een territorium of het afbakenen van een natie. Wat ook een verschil is, is dat vogels zich niet beroepen op de geschiedenis. Menig oorlog tussen naties ontstaat omdat de heerser van een bepaalde natie vindt dat een situatie uit het verleden, toen die natie groter was, in ere hersteld moet worden. Opvallend is dat er nooit naar een situatie wordt verwezen waarin die natie kleiner was dan nu, waarop de heerser besluit om die situatie in ere te herstellen. Zo heeft het gebied waar nu St. Petersburg ligt ooit deel uitgemaakt van Finland, maar is er nog nooit een leider in Rusland geweest die besloot om dat gebied om die reden aan Finland terug te geven.
Begrenzingen zijn altijd culturele concepten.
Het zijn constructies die we zelf creëren. Het feit dat ik een Nederlander ben is een constructie. Ik had net zo goed een Belg kunnen wezen. En net zoveel als ik Nederlander ben, ben ik Europeaan. En net zoveel als ik Europeaan ben, ben ik wereldburger. En net zoveel als ik wereldburger ben, ben ik een deel van het Universum. En net zoveel als ik een deel ben van het Universum, ben ik een deel van alles dat bestaat. Van het grootste geheel.
Het grootste geheel
Ik denk aan hoe heel het grootste geheel is.
Er gaat niks af en er komt niks bij.
Er is geen begin.
Er is geen einde.
Heel even ben ik deel van dat grootste geheel.
Maar alles waar ik uit besta heeft altijd al bestaan.
Als ik mezelf los van het grootste geheel zie, begrens ik mijzelf.
Als ik mezelf als deel van het grootste geheel zie, begrens ik mezelf niet.
Maar welk concept ik ook aanneem, het is altijd een cultureel concept.
Ruud Moors’ eerdere wekelijkse bijdragen aan dit magazine vind je hier: