Cultuurbezit
Cultuur is een optelsom van culturele concepten. Maar betekent dat ook dat culturele concepten het bezit zijn van de cultuur die er door gevormd is? Het idee dat er zoiets als culturele toe-eigening zou zijn gaat daar wel van uit. Maar wie bezit de cultuur dan waar die culturele concepten een bezit van zijn? Kun je cultuur eigenlijk wel bezitten en begrenzen?

Publiek domein
Ik denk dat alle cultuur en alle culturele concepten tot het publieke domein behoren. Alle cultuur en alle culturele concepten behoren aan iedereen toe. Je kunt cultuur niet bezitten. Je kunt culturele concepten niet bezitten. Het zijn geen dingen die in bezit genomen kunnen worden. Al was het maar omdat geen enkele cultuur nog zou kunnen veranderen als dat het geval was.

Uitwisseling
Cultuur verandert doordat de culturele concepten die de cultuur vormen veranderen. Die culturele concepten veranderen onder andere door de invloed van andere culturen. Mensen wisselen ideeën en uitvindingen uit, eigenen zich ideeën toe die ze van anderen overnemen, delen hun ideeën met anderen die daar door worden beïnvloed. Daar waar mensen elkaar ontmoeten raken ze elkaar en beïnvloeden ze elkaar.

Viavia
De cultuur van het oude Griekenland was in Europa vrijwel vergeten totdat Europese wetenschappers er via Arabische Moslims kennis van namen. Daar volgde onze Renaissance uit, de bakermat van de filosofische denkstroming die we verlichting noemen. Als Arabische Moslimgeleerden zich het denken van oude Griekse denkers niet hadden toegeëigend dan hadden ze dat denken niet aan Europese wetenschappers door kunnen geven. Dan had de hele Renaissance nooit plaatsgevonden.

Vermenging
Culturen voeden elkaar. Nadat China zich het Boeddhisme uit India had toegeëigend, vermengden de ideeën van het Boeddhisme zich met het Daoïsme waardoor het Chan-Boeddhisme ontstond. Japan eigende zich dat Chan-Boeddhisme toe en ontwikkelde het verder tot het Zen-Boeddhisme. Dat Zen-Boeddhisme werd op zijn beurt in de vorige eeuw populair in Amerika en Europa.

Uitwisseling
Stel je voor dat er een wet zou zijn die culturele uitwisseling zou verbieden omdat het als culturele toe-eigening gezien zou worden. Dan zou daarmee het uitwisselen van culturele concepten illegaal zijn. Dan zou ook een strijd losbarsten over welke culturele concepten tot welke cultuur behoren. Maar omdat culturen elkaar altijd al hebben beïnvloed door het uitwisselen van culturele concepten, is helemaal niet meer vast te stellen welke culturele concepten bij welke cultuur horen.

De blues
‘Can blue men sing the whites, or are they hypocrites for singing whoo whoo whoo whoo whoo?’. Dat was een nummer van The Bonzo Dog Band, als reactie op het zich toe-eigenen van bluesmuziek door witte jongeren die bluesbandjes vormden. Tja, van wie was die blues oorspronkelijk?

Blues en country
In de jaren twintig van de vorige eeuw was het onderscheid tussen blues en country helemaal niet zo duidelijk. Witte muzikanten beïnvloeden zwarte muzikanten en andersom. Zowel Blind Lemon Jefferson als Frank Hutchinson speelden de blues. De een was zwart, de ander wit. Woody Guthrie speelde vaak samen met Leadbelly. Beiden (de ene wit, de ander zwart) zongen en speelden elkaars liedjes.

Platenmaatschappijen
Het strikte onderscheid tussen blues en country ontstond later, doordat platenmaatschappijen het onderscheid maakten tussen zwarte en witte artiesten. De artiesten zelf deden dat niet. Hank Williams leerde gitaarspelen van een zwarte man. Jimmy Rodgers speelde onder andere samen met Louis Armstrong.

Van zwart naar wit naar zwart
Toen Ray Charles in de jaren zestig een plaat opnam met alleen maar country-nummers, werd hem dat door veel zwarten en veel witten niet in dank afgenomen. De zwarten vonden het maar niks dat hij ‘witte’ muziek was gaan spelen, de witten vonden dat hij met zijn poten van de muziek af moesten blijven die ook zij als ‘wit’ zagen. Maar als Ray Charles een lied zingt van Hank Williams die zijn muzikale ontwikkeling voor een groot deel te danken had aan een zwarte muzikant die hem de kneepjes van het vak leerde, wie eigent zich dan wat toe?

Collectief bezit
Ik zie niet in wat er mis zou zijn met culturele toe-eigening. Daarom speel ik de blues, speel ik country, speel ik oude Nederlandse liederen. Ik eigen me toe wat ik bij mij vind passen. Ik geef ook iedereen het recht om zich alles wat tot ‘mijn’ cultuur zou behoren, toe te eigenen. Alle culturele concepten zijn collectief bezit. Het bezit van ons allemaal.

Kwaliteit
Als iemand met een witte huid rapmuziek maakt, dan beoordeel ik die muziek op kwaliteit. Als het goed gedaan is, mooi. Als het niet goed gedaan is, jammer. Als een Zweedse popgroep in het Engels zingt en ze doen dat goed, prima. Als een Nederlandse zanger in het Zweeds zingt en hij doet dat goed, prima.

Grenzen?
Mag iemand van Marokkaanse afkomst Nederlandstalige levensliederen zingen? Ik zou niet inzien waarom niet. Mag een groep Groningers die zich Di Gojim noemen klezmer spelen? Ik zou niet inzien waarom niet. Mag iemand van Chinese afkomst een zogenaamd Afro-kapsel dragen? Ik zou niet inzien waarom niet.

Synthese
Culturele concepten horen vrij te zijn. Pas dan is het mogelijk dat culturen elkaar voeden, pas dan is het mogelijk dat culturen naar elkaar toegroeien, een synthese aangaan waarbij elke cultuur zichzelf kan zijn en tegelijkertijd deel uitmaakt van iets groters.

Bestaansrecht
Sommige mensen denken dat mensenrechten cultureel bepaald zijn. En dat mensen van de ene cultuur geen commentaar mogen hebben op hoe de mensenrechten in een andere cultuur worden gezien. Ik denk dat ieder mens evenveel bestaansrecht heeft dan ieder ander mens. Ik denk dat dat een cultureel concept is dat we breed zouden moeten dragen.

Macht
Waarom ik dat denk heeft te maken met het gegeven dat iedereen zal vinden dat de groep waartoe hij of zij behoort bestaansrecht heeft. Het is mogelijk om te denken dat het bestaansrecht van de individuen binnen die groep verschillend is. Maar hoe bepaal je dat? Objectief is dat niet te vast te stellen. Meestal zal het belang van degene met de meeste macht winnen. Maar of die persoon het voortbestaan van de groep ook het beste waarborgt is onduidelijk.

Iedereen evenveel bestaansrecht
De meeste mensen zullen hun eigen bestaansrecht als het belangrijkste beschouwen. Als je jezelf als het centrum van je eigen bestaan ziet, is dat natuurlijk ook zo. Voor iedereen. Dus is het logisch als iedereen zijn of haar eigen bestaansrecht als het belangrijkste beschouwd. Omdat die basishouding ervoor zorgt dat er niet objectief vastgesteld kan worden wie daadwerkelijk meer of minder bestaansrecht heeft, is het het meest logisch om er van uit te gaan dat iedereen evenveel bestaansrecht heeft.

Collectief mensenrecht
Als iedereen evenveel bestaansrecht heeft, dan is het bestaansrecht van ieder mens een collectief mensenrecht. Wie je ook bent, welke positie in de samenleving je ook hebt, tot welke nationaliteit, cultuur of subcultuur je ook behoort, omdat je een mens bent heb je evenveel bestaansrecht als ieder ander mens. Alleen mensen die er baat bij hebben om hun eigen bestaansrecht boven dat van anderen te plaatsen, zullen het hier niet mee eens zijn.

Psychopaten en narcisten
Dat is een minderheid van de wereldbevolking. Alleen psychopaten en narcisten vinden hun eigen bestaansrecht belangrijker dan het bestaansrecht van hun medemensen. Die maken hooguit vijf procent van de wereldbevolking uit. Die horen daarom alleen al niet te bepalen hoe mensenrechten gezien dienen te worden. Degenen die het hardste roepen dat mensenrechten cultureel bepaald zijn, zijn degenen die het recht willen hebben het bestaansrecht van hun medemensen ondergeschikt te maken aan hun eigen bestaansrecht. Die offeren, zonder scrupules miljoenen mensen op voor hun eigen ambities.

Basisrecht
Dat soort mensen dient niet te bepalen hoe mensenrechten er uit horen te zien. Hoe mensenrechten er wel uit horen te zien, is niet afhankelijk van een bepaalde cultuur of zelfs een bepaald tijdperk. Confucius, Mozi en Laozi beschreven die mensenrechten in China, vijfhonderd jaar voor Christus. Boeddha deed hetzelfde in India. Christus deed tweeduizend jaar geleden een poging in het Midden-Oosten. Overal in de wereld waren en zijn er mensen die het basisrecht van ieder mens om te bestaan als evident hebben gezien. Dat is niet bepaald door de plaatselijke cultuur

Schendingen
Helaas zijn er wereldwijd ook overal mensen die er geen bezwaar in zien om dat basisrecht te schenden. Maar ook dat heeft niets met de plaatselijke cultuur te maken.

Excuus
Hoewel culturele concepten gebruikt (of misbruikt) kunnen worden om als excuus te dienen om het bestaansrecht van sommige mensen te schenden, betekent dat niet dat het bestaansrecht van mensen geen mensenrecht is. Het betekent alleen dat die rechten soms geschonden worden. Dat mensenrechten cultureel bepaald zouden zijn, is een excuus om het recht te claimen mensenrechten te mogen schenden.

Cultuur stroomt
Cultuur is als een rivier. Het stroomt. De inhoud van die rivier bepalen we zelf door de culturele concepten die we aannemen. Zoals water behoren die culturele concepten niemand persoonlijk toe. Zoals lucht kan geen enkele groep zich culturele concepten toe-eigenen.  We kunnen voor culturele concepten kiezen die ons vrij maken, maar we kunnen ook voor culturele concepten kiezen die als een dwangbuis werken.

Individu en collectief
We zijn als het ware in de stroom van een cultuur geworpen. Het moment waarop we in die stroom geworpen werden, hebben we niet zelf uitgekozen. We zijn door die stroom meegenomen en hebben de inhoud van die stroom veranderd, alleen al door er deel van uit te maken. Ieder individu heeft daar iets aan bijgedragen. We hebben collectief de inhoud van die stroom veranderd. We doen dat elk moment van ons bestaan.

Verandering
De culturele concepten die de cultuur bepaalden op het moment dat wij er in geworpen werden, zijn deels intact gebleven en deels, soms radicaal, veranderd. Die verandering heeft onder andere plaatsgehad doordat we met andere culturele concepten in aanraking zijn gekomen, en doordat we ons die hebben toegeëigend. Daarmee hebben we de culturele concepten die we ons hebben toegeëigend niet weggenomen of gestolen van degenen van wie we de culturele concepten hebben overgenomen. Zo werkt dat niet bij culturele concepten.

Delen
Als iemand een idee van mij overneemt, ben ik dat idee niet kwijt. Ik deel het met degene die het van me heeft overgenomen. Als ik een idee van iemand anders overneem, is diegene dat idee niet kwijt. Diegene deelt dat idee met mij. Hoe meer mensen bepaalde culturele concepten delen hoe sterker die culturele concepten worden. Als iemand jouw culturele concept van jou, en de groep waar je toe behoort, overneemt, groeit dat culturele concept daardoor.

Waardevermeerdering
Als ik een schilderij maak en iemand kijkt er naar en geniet ervan, dan steelt diegene de schoonheid van mijn schilderij niet, maar voegt er zijn of haar eigen gevoel voor schoonheid aan toe. Hoe meer mensen genieten van mijn schilderij hoe meer waarde dat schilderij heeft. Zo werkt dat ook met culturele concepten.

Vrij delen
Daarom vind ik dat we culturele concepten vrij moeten delen en niet voor onszelf, of de groep waar we toe behoren, moeten houden.

Maar ook dat is een cultureel concept.

Het mijne.