ruud's aannames aflevering 40
Intolerant
Wat mij verbaast, is dat mensen die in God (of Allah of hoe je God ook noemen wilt) geloven soms zo intolerant zijn ten opzichte van andere mensen die, op een iets andere manier, in God (of Allah of hoe je God ook noemen wilt) geloven. Als je aanneemt dat er een God bestaat dan neem je ook vanzelf aan dat alles dat bestaat door die God is ontstaan. Dat kan niet anders. Want als dat niet zo zou zijn, dan geloof je niet in een God die verantwoordelijk is voor het ontstaan van het bestaan.
Afwijzing
Als je in God gelooft dan zijn ook je medemensen, zoals alles dat bestaat, ontstaan door God. Die maken namelijk deel uit van alles dat door God ontstaan is. Als je die medemensen niet als gelijkwaardig accepteert dan betekent dit dat je een deel van het bestaan dat door God ontstaan is afwijst. Dan wijs je daarmee God ook af. Je zegt dan feitelijk tegen God: ‘Er is een deel van het bestaan dat je hebt doen ontstaan dat, naar mijn mening, geen bestaansrecht heeft, omdat het niet is zoals ik denk dat jij het bedoeld zou moeten hebben. Als ik God was dan zou ik dat als de ultieme blasfemie beschouwen.
De keuzes van God
Stel dat God bestaat en dat hij over mensen oordeelt, zou hij zich dan druk maken over de religie waarin mensen toevallig geboren worden of zou hij ieder individu op zijn of haar merites beoordelen? Laten we aannemen dat God een voorkeur heeft voor mensen die, vaak zonder dat ze daar zelf voor gekozen hebben, een bepaalde religie aanhangen en dat hij niets van aanhangers van alle andere religies moet hebben, voor welke religie zou God dan kiezen? En hoe weet je zeker dat hij voor de religie kiest die jij, min of meer toevallig, aanhangt?
Kans op pech
Maar goed, stel dat jij het geluk hebt dat je de religie aanhangt van God’s voorkeur en dat dit betekent dat iedereen die een andere religie aanhangt daardoor verdoemd is, dan betekent dat, dat God allerlei religies heeft laten ontstaan om mensen op grond daarvan af te kunnen wijzen. Er is niemand die met zekerheid kan zeggen welke religie de voorkeur heeft van God. De kans dat je pech hebt en toevallig de verkeerde religie aanhangt is dan, als je de verdeeldheid tussen religies bekijkt, veel groter dan de kans dat je per ongeluk tot de door God uitverkoren religie behoort.
Verdeeldheid
Dat is niet alleen omdat er verschillen zijn in grote godsdiensten, maar ook omdat binnen die godsdiensten verdeeldheid eerder norm dan uitzondering is. Hoeveel verschillende christelijke groeperingen zijn er niet; Rooms-katholieken, Oud-katholieken, Kopten, Protestanten, die onderling ook weer verdeeld zijn in honderden, elkaar bestrijdende facties die allemaal stuk voor stuk overtuigd zijn van hun eigen gelijk, mormonen, Anglicanen, de lijst houdt maar niet op. Hetzelfde geldt voor de islam. Ook daarin zijn verschillende stromingen die elkaar het licht in de ogen niet gunnen; Soennieten, Sjiieten, Soefi’s, Alevieten en ga zo nog maar een tijdje door.
Splijtzwam
Al die groeperingen zijn er van overtuigd dat alleen zij, en uitsluitend zij, de waarheid in pacht hebben en dus, door God, als de ‘ware gelovigen’ zullen worden gezien. Daardoor ontstaat de krankzinnige situatie dat mensen in naam van God andere mensen bestrijden, zelfs als die net zoals zij in God geloven, en er daardoor voor zorgen dat God, of liever gezegd hun geloof in God, als een enorme splijtzwam tussen hen en hun medemensen in gaat staan. Dat betekent dat het geloof in God verdeeldheid tussen mensen zaait. Als dat is wat God wil, dan betekent dat dat God de wens heeft om mensen tegen elkaar op te zetten.
Vraag
Als God de wens heeft om mensen tegen elkaar op te zetten om zo verdeeldheid tussen mensen te zaaien, wat is God dan voor een wezen?
Saai
Ik zag ooit een jongetje het spel Simcity op zijn spelcomputer spelen. Hij zorgde ervoor dat de stad een beetje ging floreren om daarna, met een bijna satanisch genoegen, allerlei rampen over zijn stad uit te roepen; hij zette alle mogelijkheden om rampen te veroorzaken aan; een aanval van een enorm monster, aardbevingen, wervelstormen en tsunami’s. Met zichtbaar genoegen keek hij vervolgens hoe zijn stad door al die rampen weer werd verwoest. Daar genoot hij meer van dan van het opbouwen van zijn stad. ‘Dat was maar saai,’ verklaarde hij vrolijk.
Vernietigende kracht
Als we aannemen dat God een jongetje is dat meer plezier beleeft aan het vernietigen van zijn schepping dan aan het scheppen van die schepping, dan is het begrijpelijk dat dat jongetje plezier heeft in de vernietigende kracht van zijn verdeel- en heers-tactiek. Dan is het zelfs waarschijnlijk dat hij helemaal geen voorkeur heeft voor een bepaalde religie, maar dat hij vooral een voorkeur voor verdeeldheid en verwoesting heeft. Dan maakt het hem niks uit wat wij geloven, zolang wij maar denken dat het hem iets uitmaakt en we daardoor verdeeld raken.
Strijd
Maar stel dat God zo’n jongetje is, is het dan wel verstandig om zo’n God te dienen? En als God niet zo’n jongetje is, waarom zorgt hij er dan niet voor dat we ophouden met die strijd om het ware geloof? Het is immers die strijd die verdeeldheid zaait. Als God die verdeeldheid niet wil, moeten we dan niet stoppen met die strijd? En als God die verdeeldheid wel wil, moeten we dan niet stoppen met het aanbidden en dienen van God?
De kern van geloof
De vraag is niet of God bestaat of niet. Althans, ik vind dat volstrekt onbelangrijk. De vraag is of het geloven in God mensen dichter bij elkaar brengt of juist verder van elkaar verwijdert. Als het geloof in God mensen inspireert om toleranter te worden en verbinding met elkaar te zoeken, dan omhels ik dat geloof, ook al geloof ik zelf niet in God. Als het geloof in God mensen inspireert om elkaar te vuur en te zwaard te bestrijden, dan wijs ik dat geloof af, zelfs als bewezen zou worden dat God bestaat.
Onzijdig
Wat ik in ieder geval onwaarschijnlijk vind is dat God mannelijk of vrouwelijk zou zijn. De verdeling in seksen is absoluut. Dat wil zeggen dat er geen mannelijke God kan bestaan zonder dat er ook een vrouwelijke God is. God kan, gezien zijn non-seksuele aard, feitelijk niet anders zijn dan onzijdig, behalve natuurlijk als God, net zoals de slak, beide seksen in zich verenigd heeft. Mocht dat laatste het geval zijn, dan is niet de mens maar de slak naar God’s evenbeeld geschapen.
Waarheid en werkelijkheid
Door in een ware God te geloven, zorgen mensen ervoor dat hun geloof als een splijtzwam werkt tussen hen en andere gelovigen, of die gelovigen nou in God geloven of niet. Zelfs als het waar is dat God bestaat, is het de vraag of God wel te kennen valt. Wat wij als ‘waarheid’ zien is onze visie op iets. Als die visie geen leugen is, noemen we het ‘waar’. Maar dat betekent niet dat we datgene dat we als ‘waar’ beschouwen ook echt kennen en doorgronden. Ik ken mezelf niet eens volledig, laat staan dat ik iets anders volledig zou kunnen kennen. Als ik zeg dat ik Ruud ben dan is dat waar, maar dat zegt nog niets over de werkelijkheid die ik ben. De waarheid van iets is dat stukje dat ik ken van de werkelijkheid van iets. Stel dat er een God bestaat, dan zou het kunnen dat iemand van het bestaan van die God op de hoogte is en dat ik dat niet ben. Maar dan nog kent die persoon de werkelijkheid van God net zo min als ik die werkelijkheid ken.
Doorgronden
Weten dat je niet weet is wijs, niet weten dat je niet weet is dwaas. Ook als God zou bestaan is het onmogelijk om die God werkelijk te doorgronden. Daarom geloof ik niet in het ware geloof.
Ruud Moors’ eerdere afleveringen van zijn rubriek Aannames en zijn eerdere wekelijkse bijdragen aan dit magazine vind je hier: