Slavernij
Pas ruim honderdvijftig jaar na de afschaffing van de slavernij in Suriname bood de Nederlandse overheid daar excuses voor aan. De slachtoffers van die slavernij hebben daar niet heel erg veel aan gehad. Die zijn immers allemaal dood. De vraag is aan wie die excuses precies worden aangeboden. Dat zijn niet de tot slaaf gemaakten zelf, maar hun afstammelingen. Daarbij gaan we er van uit dat de afstammelingen van de tot slaaf gemaakten daar tot de dag van vandaag nadeel van ondervinden.

Verrijking
Daar is iets voor te zeggen. De afstammelingen van degenen die zich ten koste van de tot slaaf gemaakten hebben verrijkt hebben daar immers, door overerving van die rijkdom, tot op de dag van vandaag voordeel van. Die rijkdom behoort feitelijk aan de nakomelingen van die tot slaaf gemaakten toe.

Slachtoffers van uitbuiting
Als we er op die manier naar kijken, dienen we ons af te vragen of dan niet alle nabestaanden van slachtoffers van de hebzucht van anderen gecompenseerd zouden moeten worden voor het onrecht dat hun voorouders is aangedaan. Ook degenen die, in de negentiende eeuw, door armoede gedwongen, vaak als kind al, veertien uur of langer per dag, zes dagen in de week, in fabrieken moesten werken voor een hongerloon. Ook zij werden immers op een schandalige manier uitgebuit.

Fabriekswerk
Zo waren de fabrieken van Petrus Regout in Maastricht berucht omdat mensen daar zonder scrupules werden uitgebuit, van kinds af aan. Met werkdagen van veertien uur voor een loon dat zo laag was dat het net te veel was om van de honger dood te gaan, maar veel te weinig om een menswaardig bestaan te kunnen leiden. Dat was in wezen niet veel anders dan slavernij. Vooral niet omdat die armoedzaaiers geen andere keus hadden. Behalve van de honger omkomen natuurlijk.

Voordelen opgeven
Dus stel dat we vinden dat alle nabestaanden van alle slachtoffers van uitbuiting in het verleden gecompenseerd dienen te worden voor de ellende van hun voorouders, hoe doen we dat dan? De enige juiste manier is om degenen die afstammen van degenen die zich door middel van die uitbuiting hebben verrijkt, te dwingen om de voordelen die zij daardoor vandaag de dag nog hebben op te geven.

Hoe?
De nabestaanden van degenen die zich ten koste van anderen hebben verrijkt, hebben die rijkdom via erfenissen overgenomen. Als we erfenissen afschaffen, en het geld dat door middel van erfenissen door nazaten wordt verkregen, zonder dat die nazaten daar zelf iets voor hebben hoeven doen, in een gezamenlijke pot stoppen en op een eerlijke manier onder alle achttienjarigen verdelen, zorgen we ervoor dat de rijkdom uit het verleden op een eerlijker manier bij iedereen terecht komt. Zowel bij de afstammelingen van de uitbuiters als bij de afstammelingen van de uitgebuiten.

Hedendaagse uitbuiting
Maar dan zijn we er nog niet. Want ook nu worden mensen nog steeds uitgebuit en zijn er mensen die nog steeds uitbuiten. Denk bijvoorbeeld aan arbeidsmigranten die uit Oost-Europese landen hierheen komen om voor een zeer laag loon, onder slechte werkomstandigheden, met vaak een abominabele huisvesting, waar ook nog woekerprijzen voor betaald moeten worden, hier het werk te komen doen dat wij Nederlanders voor zo’n laag salaris niet willen doen.

Stop het uitbuiten
Hoewel wij ons zelf niet meer willen laten uitbuiten, accepteren we wel dat anderen op die manier uitgebuit worden, omdat dat in ons voordeel is. Daar zouden we mee moeten stoppen.

Hongerlonen
Zelfs als we die uitbuiting stoppen, kunnen we niet op onze lauweren rusten. Veel van onze rijkdom hebben we te danken aan arbeiders die elders in de wereld voor een hongerloon onze kleren, telefoons, zonnepanelen, elektrische apparaten en voedselproducten produceren. Als we uitbuiting afkeuren dienen we ook de voordelen die het onszelf oplevert af te keuren.

Schijnheiligheid
Als je afstamt van mensen die, door slavernij of op een andere manier, zijn uitgebuit, en je bent daar, terecht, verontwaardigd over, dan is het hypocriet als je tegelijkertijd accepteert dat je nu zelf profiteert van de uitbuiting van anderen, waar ook ter wereld.

Termijn verstreken
Maar ook als consument worden we uitgebuit. Een mobiele telefoon wordt na een bepaalde tijd niet meer van upgrades voorzien, waardoor het gebruik van dat mobieltje niet meer veilig is. Dat is niet omdat dat mobieltje geen upgrades meer aan zou kunnen, maar omdat de producenten van mobieltjes de klanten op die manier kunnen dwingen om elke vijf jaar een nieuw mobieltje aan te schaffen. Hetzelfde geldt voor laptops en computers. Zo heb ik een computer die zo’n zestien jaar oud is en het nog steeds uitstekend doet, maar die ik van het internet heb afgekoppeld omdat dat niet veilig meer is.

Duurzaamheidseisen
Is het onredelijk om van de bedrijven die dit soort producten maken te eisen dat ze die producten zo maken dat ze ruim vijftien tot twintig jaar meegaan en dat ze ervoor zorgen dat het gebruik van die producten ook gedurende die periode veilig kan? Of zijn de belangen van de eigenaren, topmannen en aandeelhouders om ongelimiteerd geld aan de samenleving te kunnen onttrekken belangrijker?

Minimumloon en redelijke arbeidstijden
Als we willen voorkomen dat bedrijven zich aan uitbuiting te buiten gaan, dienen we er, wereldwijd, voor te zorgen dat iedereen die bij zo’n bedrijf werkt een minimumloon verdient waarmee hij of zij zichzelf en hun directe familie goed kan onderhouden. Dat wil zeggen genoeg voedsel van goede kwaliteit kunnen aanschaffen, fatsoenlijk kunnen wonen, onderwijs en zorg kunnen verkrijgen, zich kunnen kleden, en nog wat extra’s overhouden om zo nu en dan een feest of vakantie te kunnen bekostigen. En dat door niet meer dan veertig uur per week te werken.

Verdelen van belasting
Degenen die met hun rijkdom, door middel van aandelen en beleggen, veel winsten behalen, zonder daar arbeid tegenover te stellen, dienen over die winsten een fikse belasting te betalen, terwijl de belasting op arbeid verminderd dient te worden, niet ten gunste van de werkgever, maar ten gunste van degenen die die arbeid leveren. De werknemer dus.

Verantwoordelijkheid
Met landen en bedrijven die hun werknemers uitbuiten moeten we niet meer in zee gaan. Wat dat ons ook kost. Want als we zaken doen met landen en bedrijven die zich schuldig maken aan uitbuiting, zijn we er ook mede verantwoordelijk voor.

Excuses
Liever dan excuses aanbieden aan afstammelingen van tot slaaf gemaakten, dienen we onze welgemeende excuses aan te bieden aan iedereen die, ten bate van ons, vandaag de dag nog wordt uitgebuit. En daar de consequenties uit trekken…
Dat zie ik niet zo snel gebeuren.

Accepteren
Maar er is nog iets anders. Als we het onrecht dat onze voorouders is aangedaan niet accepteren, dan accepteren we de wereld waarin we leven niet, en als we de wereld waarin we leven niet accepteren, dan accepteren we feitelijk ons eigen bestaan in die wereld ook niet.

Verleden en heden
Alles wat er in het verleden is gebeurd, heeft het heden, zoals wij dat kennen, voortgebracht. Zonder het onrecht in het verleden was het heden, zoals wij dat kennen, er niet geweest. Dan waren wij er niet geweest. Dat geldt voor de afstammelingen van degenen die hebben uitgebuit, maar net zo goed voor de afstammelingen van degenen die zijn uitgebuit.

Geschiedenis
Dat is een vreemde, bijna diabolische gedachte. Om mij te produceren heeft de geschiedenis, vanaf het allerprilste bestaan, zich precies zo af moeten spelen zoals die geschiedenis zich afgespeeld heeft. Het kleinste verschil in het verre verleden, zou alle gebeurtenissen daarna zodanig hebben beïnvloed, dat het heden een totaal ander heden zou zijn dan het heden waarin ik nu besta.

Een ander scenario
Een heden waarin er wellicht evenveel mensen zouden zijn, maar allemaal andere mensen dan de mensen die nu de aarde bevolken. Een heden waar wellicht geen discussie plaats zou vinden over mensenrechten omdat die voor ieder mens wel duidelijk zouden zijn, omdat iedereen het er over eens zou zijn dat wat jij niet wilt dat jou wordt aangedaan, je ook een ander niet mag aandoen. Waarin vrouwen status krijgen door de verbindende kracht die ze hebben en mannen zich daaraan aanpassen. Een heden waarin de mens meer op de Bonobo lijkt dan op de chimpansee. Een heden waarin delen de norm is en niet zoveel mogelijk voor jezelf vergaren.

Acceptatie
Ook die wereld zit in potentie in ons. Maar dat is niet de wereld waarin we leven. En als die wereld was ontstaan uit het verleden, dan waren wij er niet geweest. Dan had er in mijn plaats iemand anders geleefd. Dat is waarom ik zeg dat als we onrecht niet accepteren, we de wereld waarin we leven niet accepteren en we ons eigen ontstaan en bestaan niet accepteren.

Bestaansrecht
Als mijn voorouders niet waren uitgebuit, verkracht, misbruikt, geslagen en vernederd, dan was ik er niet geweest. Betekent dit dat ik onrecht goedkeur? Nee, natuurlijk niet. Het betekent dat ik niet anders kan dan erkennen dat ik mede aan onrecht mijn bestaan te danken heb. Maar niet alleen aan onrecht. Als mijn voorouders niet samen hadden gewerkt, elkaar in moeilijke tijden niet hadden ondersteund, elkaar niet hadden liefgehad en niet voor elkaar hadden gezorgd, dan was ik er ook niet geweest. Ik heb mijn bestaansrecht te danken aan liefde en haat, hardheid en zachtheid, oorlog en vrede, altruïsme en egoïsme.

Onrecht
Alle afstammelingen van tot slaaf gemaakten hebben hun bestaan te danken aan het onrecht dat hun voorouders is aangedaan. Zonder dat onrecht was de geschiedenis anders verlopen. En in die andere geschiedenis waren die afstammelingen niet ontstaan. Hoe wrang het ook klinkt, iedereen die afstamt van tot slaaf gemaakten heeft zijn of haar bestaansrecht aan het bestaan van slavernij te danken. Aan onrecht dus.

Rechtvaardige wereld
Daarmee praat ik slavernij niet goed. Net zomin als ik het onrecht dat mijn voorouders is aangedaan, of wat zij anderen hebben aangedaan, goed praat. Als ik zou moeten kiezen voor een wereld die rechtvaardig is, maar waarin geen plaats voor mij zou zijn, dan zou ik daar voor kiezen.

Blij
Tegelijkertijd ben ik blij dat ik besta. Zelfs als ik me realiseer dat ik dat bestaan mede te danken heb aan alle onrecht die er in de geschiedenis is geweest en die er nog steeds is.

Vlinderslag
Het is mijn taak om geen onrecht aan de wereld toe te voegen. Dat vind ik omdat ik niet voor onrecht wil kiezen. Daarmee bepaal ik, voor een piepklein deel, de toekomst van de wereld. Door zoveel mogelijk onrecht te vermijden, en daar waar ik kan onrecht tegen te gaan, door met zoveel mogelijk liefde en aandacht in de wereld te staan, laat ik mijn vlinderslag achter.
Zonder echt te weten wat die vlinderslag teweegbrengt.