
ruud moors ruud's stokpaardjes aflevering 39
Empathie
Zouden bestuurders, zoals wethouders, ministers en burgemeesters niet eerst op hun empathische vermogen getest moeten worden voordat ze een daadwerkelijke aanstelling krijgen?
Invloed
Per slot van rekening is het gedrag van die bestuurders van invloed op een groot aantal mensen die, als zo’n bestuurder empathisch vermogen mist, daar verregaand de dupe van kunnen zijn.
De WAO
Er was ooit een minister die was aangesteld om de WAO te hervormen, omdat er, door de jaren heen, teveel mensen in terecht waren gekomen die er eigenlijk niet in thuis hoorden. Dat had onder andere met politieke keuzes te maken die de overheid eerder genomen had. Om de werkloosheid op papier in toom te houden had het kabinet onder Lubbers besloten dat mensen makkelijker afgekeurd mochten worden. Dat had het aantal mensen in de WAO uiteraard groter gemaakt dan wenselijk.
Strengere regels
Er waren mensen die in de WAO zaten en best gedeeltelijk wilden gaan werken, maar dat, door de ingewikkeldheid van regels, nauwelijks konden. Er zaten ook mensen in de WAO die feitelijk wel zouden kunnen werken, maar daar geen zin in hadden. Maar hoe groot die groep was, was niet echt duidelijk. En er zaten ook heel veel mensen terecht in de WAO. Toch besloot de minister om de regels om voor WAO in aanmerking te komen veel en veel strenger moesten worden.
Arbeidsdeskundigen
Keuringsartsen mochten niet meer beslissen of iemand volledig arbeidsongeschikt was, behalve als die arts zeker wist dat iemand niet langer dan twee jaar te leven had. Anders moest een zogenaamde arbeidsdeskundige kijken wat er nog aan arbeid uit iemand te pleuren viel. Dat beleid was succesvol. Zeer succesvol. Veel succesvoller zelfs dan de minister zelf had gedacht. De minister dacht op die manier honderdduizend mensen uit de WAO te krijgen, maar in de praktijk werden ruim driehonderdduizend mensen geheel of gedeeltelijk goedgekeurd.
Op papier goedgekeurd
Vaak tot verbijstering van die mensen zelf. Ik herinner me een televisieprogramma waarin de betreffende minister geconfronteerd werd met een filmpje van een vrouw die volledig was goedgekeurd terwijl ze volgens haarzelf en haar familieleden nauwelijks kon functioneren. Die vrouw was, heel begrijpelijk, volledig in paniek, want haar inkomen was weg. Maar haar beperkingen niet, die waren alleen op papier verdwenen. In de praktijk kon ze, door de stress, nog slechter functioneren dan voorheen.
Wat iemand nog wel kan
Heel even leek dat zelfs die minister aan te grijpen, maar vlak nadat het filmpje was afgelopen herpakte hij zichzelf en zei: ‘Tja, we kijken niet meer naar wat iemand niet meer kan, maar naar wat iemand nog wel kan.’ De paniek van die vrouw schudde hij van zich af zoals een hond die in een regenbui heeft gelopen het water van zich afschudt.
Wanhoop en ellende
Een politica van de oppositie die ook in de studio aanwezig was, keek hem verbijsterd aan en slaakte een hele diepe zucht. Als een minister de wanhoop die hij of zij door zijn of haar beleid heeft veroorzaakt zo gemakkelijk van zich afschudt, dan is de kans klein dat diegene zijn of haar beleid aan zal passen, ongeacht wat dat beleid voor ellende veroorzaakt.
Slachtoffers
Wat mij vaak verbijstert is dat er zoveel politici zijn die beleid maken zonder ook maar een moment geraakt te worden door de emoties die dat beleid bij hun slachtoffers losmaakt.
Investeringsklimaat
Een minister van wonen die het belangrijker vindt om het investeringsklimaat voor buitenlandse beleggers te verbeteren dan er voor te zorgen dat wonen betaalbaar is en blijft, en die volslagen onbewogen blijft als hij daarmee geconfronteerd wordt.
Zelfzorg
Een minister van ouderenzorg die vindt dat ouderen maar zelf moeten zorgen dat als ze zorg nodig hebben die er ook komt omdat ze vindt dat die ouderen niet op de overheid moeten leunen. De vraag is natuurlijk waarom zo iemand minister van ouderenzorg wordt als het enige beleid dat ze weet te verzinnen is dat je maar beter niet op de overheid kunt rekenen.
Ingewikkeld?
Een minister van sociale zaken die door zijn draconische beleid meer dan honderdduizend ouders in een hopeloze situatie heeft gebracht (de zogenaamde toeslagen-affaire) en nog steeds overtuigd is dat hij dat terecht heeft gedaan omdat de ingewikkeldheid van regelgeving volgens hem geen excuus is om fouten te maken. ‘Dan moeten mensen zich maar beter informeren,’ stelde hij met droge ogen toen hem daarover een vraag werd gesteld bij een parlementaire enquête.
Beleid
Je kunt het mensen niet kwalijk nemen als ze, helaas, geen enkel empathisch vermogen blijken te bezitten. Maar je zou er wel voor kunnen zorgen dat dat soort mensen geen enkele zeggenschap krijgen over beleid dat belangrijk is voor het welzijn van hun medemensen.
Test
Vandaar de vraag: ‘Zouden bestuurders, zoals wethouders, ministers en burgemeesters niet eerst op hun vermogen tot empathie getest moeten worden, voordat ze zo’n functie mogen bekleden?’
Gemiddelden
Ik heb ooit zo’n test gedaan, waarop je kan scoren van nul tot tachtig. Gemiddeld scoren mensen 45 op die schaal. Het gemiddelde voor mannen is 42,5 en het gemiddelde voor vrouwen is 47,5.
Verschillen
Het gaat hier om gemiddelden, dus maak niet de denkfout dat vrouwen empathischer zijn dan mannen, want dat hoeft niet. Zo’n veertig procent van de vrouwen scoort namelijk onder het mannelijk gemiddelde, en zo’n veertig procent van de mannen scoort boven het vrouwelijk gemiddelde.
Inlevingsvermogen
Als iemand laag scoort op zo’n empathie-test is dat een indicatie dat diegene zich niet of nauwelijks kan inleven in de eventuele ellende die hij of zij door zijn of haar beleid kan veroorzaken. Dat maakt zo iemand in feite ongeschikt om beslissingen te nemen die nadelig kunnen zijn voor de mensen die het betreft. Als zo iemand foute beslissingen neemt, raakt dat hem of haar niet. De pijn die een ander wordt aangedaan is alleen maar abstracte pijn en zal niet tot andere beslissingen leiden. Daardoor is er van zelfreflectie geen sprake. En dus ook niet van lerend vermogen.
Zwakke kanten
Zoals je er ook niet voor zou kiezen om een zwakbegaafd iemand minister van financiën te maken, zou je er ook niet voor moeten willen kiezen om een zwak-invoelend persoon minister van sociale zaken te maken.
De kiezer bepaalt
Overigens vind ik niet dat mensen die zich als kamerlid of raadslid verkiesbaar stellen een EQ of IQ test zouden moeten hoeven doen. Als een zwakbegaafd persoon zich als kamerlid verkiesbaar stelt is het aan de kiezer om dat al dan niet te belonen. Hetzelfde geldt voor een zwak-invoelend persoon.
Benoeming
Maar ministers, wethouders en burgemeesters worden niet gekozen maar benoemd. En als je iemand in zo’n functie benoemt is het niet meer dan normaal dat je toetst of zo iemand wel voor die functie geschikt is. Een gebrek aan inlevingsvermogen maakt een bestuurder, naar mijn idee, vanzelf al ongeschikt voor welke bestuursfunctie dan ook.
Essentiële vermogens
Dat geldt trouwens voor meer functies. Als je psycholoog wilt worden zou je feitelijk ook op je empathisch vermogen getoetst moeten worden. Een psycholoog zonder empathisch gevoel is als een musicus zonder maatgevoel.
Een hoogleraar
Een psycholoog met teveel empathisch gevoel is misschien ook niet goed, maar altijd nog beter dan een psycholoog die het tot hoogleraar schopt om vervolgens allerlei uitspraken over mensen die chronisch vermoeid zijn te doen en de kritiek die daarop wordt geopperd volslagen negeert. Sterker nog, die weigert met ervaringsdeskundigen en hun organisaties te praten omdat hij hen als ‘vijanden’ beschouwt. Ze wagen het namelijk om zijn denkbeelden in twijfel te trekken. En hij weigert in te zien dat ze dat doen omdat zijn denkbeelden schadelijk voor hen zijn. Die schade voelt hij niet, dus die bestaat in zijn beleving niet. Maar kritiek op hem ervaart hij wel als schadelijk en dus reageert hij furieus op die kritiek.
Leerkrachten
Dat een leerkracht kennis moet hebben om kennis over te kunnen dragen spreekt vanzelf. Maar wat net zo belangrijk is, is dat een leerkracht zich in kan leven in zijn of haar leerlingen. Een leerkracht zonder empathie doet meer kwaad dan goed.
Cruciaal
Waarom wordt er niet standaard op empathisch vermogen getoetst bij beroepen of functies waarbij het hebben van een empathisch vermogen cruciaal is?
Met mensen werken
En dat is nogal het geval bij veel beroepen. Iedereen die met of voor mensen werkt hoort , in mijn optiek, minimaal een EQ van 35 te hebben, maar liefst natuurlijk hoger. Een beeldhouwer die de hele dag in zijn of haar eentje in een atelier zit hoeft, wat mij betreft, geen empathie-toets te doen. Maar als die beeldhouwer les gaat geven op een kunstacademie dan lijkt mij zo’n toets wel degelijk cruciaal. Ongeacht hoe goed die beeldhouwer als beeldhouwer is.
Empathie en begrip
Natuurlijk zou het fijn zijn als iedereen een redelijk empathisch vermogen heeft. Het zou ook fijn zijn als iedereen een redelijk begrijpend vermogen zou hebben. Maar dat is simpelweg niet zo.
Omgang met mensen
Maar net zo min je iemand die zwakbegaafd is aanstelt als hoogleraar of minister-president, hoor je iemand met een zwak-invoelend vermogen aan te stellen als bestuurder, minister, wethouder, burgemeester, leerkracht, verpleegkundige, psycholoog, psychiater, huisarts of politie-agent, om maar eens een paar beroepen te noemen waarbij de omgang met mensen essentieel is.
Preventief testen
Dat mensen getest worden op hun verstandelijke vermogens vinden we normaal. Maar volgens mij hoort het net zo normaal te zijn om mensen op hun empathische vermogens te testen. Zodat we affaires met toeslagen, slechte schaderegelingen na aardbevingen door het oppompen van gas, slecht onderwijs en slechte zorg en onbetaalbare woningmarkt door politiek beleid kunnen voorkomen.
Een goed functionerende samenleving
Alleen als bestuurders en beleidsmakers zich daadwerkelijk met de gevoelens van de minst bevoorrechten onder ons kunnen vereenzelvigen, maken we een kans om een samenleving te creëren die voor iedereen goed functioneert.
Taken verzinnen
En voor degenen zonder of met weinig empathie zijn vast taken te verzinnen die zij kunnen doen zonder schade aan hun medemensen toe te brengen. Taken die het liefst ook enigszins maatschappelijk nut hebben, maar in ieder geval geen maatschappelijke schade toe kunnen brengen.
Ruud Moors’ eerdere wekelijkse bijdragen aan dit magazine vind je hier: