Overheid en bestaanszekerheid
De belangrijkste taak van de overheid is volgens mij om de bestaanszekerheid van diegene onder ons die het minst bevoorrecht is te garanderen. Als de overheid die taak naar behoren uitvoert, functioneert de samenleving als een inclusieve, zekerheid biedende samenleving. Als de bestaanszekerheid van degene die het minst bevoorrecht is, is gegarandeerd dan is de bestaanszekerheid van iedereen binnen die samenleving gegarandeerd.

Bestaansrecht
Dat is de meest ideale samenleving die ik me kan voorstellen. Niet omdat er dan geen ongelijkheid meer zou zijn, niet omdat iedereen dezelfde kansen krijgt, niet omdat alle geweld en onvrede dan ineens verdwenen zou zijn, maar omdat in ieder geval het bestaansrecht van ieder individu binnen die samenleving gewaarborgd is. In zo’n samenleving zou ik er geen bezwaar in zien om de minst bevoorrechte persoon in die samenleving te zijn.

Bezit
Er zijn mensen die, hoeveel ze ook bezitten, nooit genoeg menen te hebben, alleen al omdat er anderen zijn die meer hebben. Dat zijn mensen die zichzelf identificeren met hun bezit. Hun eigenwaarde lijkt van de waarde van hun bezittingen afhankelijk te zijn. Ik snap daar niet veel van. Dat is niet omdat ik niet graag spullen heb, maar omdat ik me realiseer dat ik al veel meer spullen heb dan ik strikt genomen nodig heb. Waarom zou ik dan meer willen?

Verzekeringen
Ik hoef niet meer te hebben dan ik nodig heb om te kunnen bestaan. Ooit had ik maar net genoeg om van te bestaan, maar niet genoeg om verzekeringen te kunnen betalen. Dus liep ik onverzekerd rond. Nu zou ik daar een boete voor hebben gekregen, omdat ik niet aan de verplichting om een zorgverzekering te betalen zou kunnen voldoen. Een boete omdat je te arm bent om wat noodzakelijk geacht wordt te kunnen betalen. Waanzin.

Overheid en samenleving
Die waanzin is ontstaan omdat veel politici de bestaanszekerheid van de minst bevoorrechte onder ons niet als hun belangrijkste taak zien. En omdat zij de overheid besturen, verzaakt die overheid haar belangrijkste taak. Dat heeft te maken met een verschuiving in het sociale contract tussen de overheid en de samenleving als geheel.

Sociaal contract
Het is geen onderwerp waar veel over geschreven is, volgens mij. Wat is het sociale contract tussen de overheid en de samenleving als geheel? Wat zijn de rechten en plichten van de samenleving en degenen die daar deel van uitmaken? Wat zijn de rechten en plichten ven de overheid?

Overheid en burger
Feitelijk zou de eerste vraag aan iemand die in de politiek wil, moeten zijn: ‘Hoe ziet u het sociaal contract tussen de overheid en de rest van de samenleving?’ Ik vermoed dat weinig politici daar ooit over hebben nagedacht, terwijl het wel degelijk essentieel is voor de verhouding van de overheid ten opzichte van de burger.

Belastingen
Iedereen die in Nederland leeft betaalt direct of indirect belastingen. Met die inkomsten worden de kosten van de overheid betaald. Dat betekent dat de overheid betaald wordt door de samenleving. Met dat geld kan de overheid de infrastructuur en allerlei diensten die nodig zijn om de samenleving draaiende te houden bekostigen.

Zorgverplichting
Dat betekent dat de overheid door burgers en bedrijven (die ook weer in bezit zijn van burgers) betaald wordt. Daardoor heeft de overheid een zorgverplichting naar de samenleving toe, maar of dat omgekeerd ook zo is of zou moeten zijn, is maar de vraag.

Dienstverlening
Als ik naar een bakker ga om daar een brood te kopen dan is het logisch dat ik daar geld voor betaal. In ruil geeft de bakker mij een brood. Het zou vreemd zijn als de bakker, nadat ik het brood heb betaald, van me zou verlangen dat ik de vloer van diens winkel zou moeten schrobben. Ik ben de bakker geen dienst verschuldigd. De bakker is degene die een dienst verricht. Zij heeft het brood gebakken. In ruil daarvoor betaal ik een afgesproken bedrag.

Ik betaal
Omdat ik degene ben die betaalt, ben ik degene die aanspraak kan maken op een dienst van degene die ik betaald heb. Dat is het sociaal contract tussen mij en de bakker. Zij levert een dienst en ik betaal daar voor.

Diensten
Omdat wij als burgers de overheid betalen, is die overheid ons diensten verschuldigd. Maar wij zijn die overheid geen enkele dienst verschuldigd. Net zomin als ik verplicht kan worden om, na het betalen van een brood ook nog de vloer van de winkel van de bakker te schrobben, mag de overheid mij tot een dienst verplichten.

Burger als klant
Een overheid die zijn dienende taak uit het oog verliest en meent burgers aan zich te mogen onderwerpen, heeft niet begrepen dat dat tegen het sociale contract tussen burgers en overheid in gaat. De burger is de klant. De overheid is verplicht die klant goed te bedienen. Wij zijn geen ondergeschikten. Ik ben geen onderdaan. De overheid staat niet boven mij.

Deel van de samenleving
Degenen die voor de overheid werken vergeten soms dat ze zelf ook deel uitmaken van de samenleving. Een samenleving die afhankelijk is van het vermogen van de overheid om de diensten te leveren die voor een goed functionerende samenleving noodzakelijk zijn. Een samenleving die totaal ontwricht kan raken als de overheid niet zorgt dat die samenleving optimaal functioneert.

De optimaal functionerende samenleving
En wanneer functioneert een samenleving optimaal? Is dat als bedrijven enorme winsten kunnen maken ten bate van hun aandeelhouders, directies en commissarissen? Ook als die bedrijven daarmee lucht, water en aarde vervuilen? Gaat het goed met een samenleving als het totaal aan waarde groeit terwijl tegelijkertijd de onderlaag van de samenleving nauwelijks kan rondkomen?

Foutjes
Dient een overheid multimiljardairs te dienen, in de veronderstelling dat hun rijkdom op een of andere magische wijze wel naar beneden zal druppelen? Dient een overheid het kleinste foutje van mensen met lage inkomens streng te bestraffen, in de veronderstelling dat ze dat wel af zal leren om fouten te maken?

Utopie
Er zijn, in het verleden, allerlei utopieën verzonnen. Er zijn ook allerlei pogingen gedaan om utopieën te verwezenlijken. Helaas vergaten de overheden die dat probeerden dat een samenleving om mensen hoort te gaan en niet om ideologieën. En dan deed zo’n overheid juist wat een overheid nooit hoort te doen: burgers onderwerpen aan de overheid.

Macht
Daarmee werd het sociale contract tussen burgers en overheid geschonden. De overheid draaide het sociale contract om waardoor de burger ondergeschikt werd gemaakt aan de overheid in plaats van andersom. Dat een overheid dat doet heeft natuurlijk ook te maken met de macht die de overheid heeft. Die macht heeft de neiging om degenen die voor de overheid werken in meerdere of mindere mate te corrumperen.

Gebruikersovereenkomsten
Dat is overigens ook wat veel bedrijven die enorm machtig zijn doen. Als je een computer koopt en je betaalt daarvoor, dan zou je verwachten dat je die computer zonder problemen kunt gebruiken. Dat was in eerste instantie ook zo, maar zowel microsoft als apple dwingen de klant nu al weer jaren om, nadat hij of zij een computer heeft gekocht en betaald, een gebruikersovereenkomst te tekenen. Die gebruikersovereenkomsten zijn zo ingewikkeld en lang dat vrijwel niemand ze leest. Maar je geeft er, als klant, wel veel macht door weg. Ook dat is een omkering van het sociale contract tussen bedrijven en hun klanten.

Contracten
Stel je voor dat je een brood koopt bij de bakker en die bakker je verplicht om een gebruiksovereenkomst te tekenen voordat je dat brood mag eten. En stel je dan voor dat je haast hebt en geen tijd om dat uitgebreide contract te lezen, omdat je bij de groenteboer, nadat je een bloemkool had gekocht ook al zo’n uitgebreid contract hebt moeten ondertekenen. Zou je dat acceptabel vinden? Zou je dan in elke winkel waar je iets gaat kopen een gebruikscontract ondertekenen terwijl je geen tijd hebt om al die contracten na te lezen?

Misbruik
Dat bedrijven als apple en microsoft daarmee weg komen, komt omdat overheden zich niet aan hun sociaal contract houden. Overheden dienen ons tegen dit soort misbruik te beschermen. De overheid hoort niet haar hoofd in de schoot van machtige bedrijven te leggen.

De klant als koning
Er is een tijd geweest dat de klant als koning werd gezien. Natuurlijk kan een klant ook wel eens fout zitten. En als een klant niet aan zijn of haar verplichtingen kan voldoen, horen daar ook consequenties aan verbonden te zijn. Maar het basisprincipe blijft intact: degene die betaalt is de klant, degene die betaald wordt dient daar een goed functionerend product of dienst tegenover te stellen.

Belangen
We leven in een vreemde wereld. Overheden lijken vaak vooral bezig met de belangen van grote bedrijven en multimiljardairs, terwijl ze tegelijkertijd toestaan dat die grote bedrijven en multimiljardairs weinig tot geen belasting betalen. De belastingen die nodig zijn om de overheden te laten functioneren worden vervolgens vooral door gewone burgers betaald, wiens belangen vervolgens ondergeschikt worden gemaakt aan die van grote bedrijven en multimiljardairs.

Taarten
Dat stinkt. Dat is alsof de bakker iedere dag gratis de lekkerste taarten naar de rijkste inwoners van de stad brengt, en de kosten van die taarten doorberekent aan de armste inwoners van de stad die dik betalen voor het grove brood dat ze bij die bakker kopen.

Voldoende
In het oude China, ver voor de geboorte van Christus, identificeerden keizers zich, in naam, met wezen, weduwen en hongerlijders. Het was, in dat oude China, de gewoonte om mensen die zelf niet in hun onderhoud konden voorzien voldoende graan te geven om niet van de honger om te hoeven komen.

Chaos
Dat deden die keizers niet alleen maar uit de goedheid van hun hart. Ze realiseerden zich dat een volk dat honger heeft gevoelig is voor opstanden. Een samenleving waar een groot deel van de bevolking te weinig heeft om van te leven, kan al snel in chaos ontaarden.

Welwillendheid
Het verzekeren van het bestaansrecht van de minst bevoorrechte persoon in ons midden kunnen we niet afhankelijk maken van de welwillendheid van individuen. Sommige mensen zullen daardoor ruimhartig geholpen worden terwijl anderen, die geen of geen groot netwerk hebben, ernstige tekorten zullen hebben.

Basisvoorzieningen
Dat is waarom het de taak van de overheid is om er voor te zorgen dat het bestaansrecht van de minst bevoorrechte persoon in ons midden gewaarborgd wordt. De overheid dient er voor te zorgen dat als er iemand honger heeft die honger gestild wordt. De overheid dient er voor te zorgen dat iedereen schoon drinkwater tot zijn of haar beschikking heeft. De overheid dient er voor te zorgen dat iedereen een fatsoenlijke plek heeft om te wonen. De overheid dient er voor te zorgen dat iedereen die ziek is, verzorgd wordt. De overheid dient er voor te zorgen dat gevangenen de kans krijgen zich te rehabiliteren. De overheid dient voor optimaal onderwijs voor iedereen te zorgen.

Geld
Daar heeft die overheid geld voor nodig. Zoals een bakker haar brood niet kan bakken als ze er niet voor betaald wordt, zo kan een overheid haar taken niet naar behoren vervullen als wij haar niet voldoende betalen. Iedereen die deel uitmaakt van de samenleving betaalt direct of indirect belasting. Degenen die de samenleving het beste voor hun eigen belang weten te gebruiken dienen, uit solidariteit, ook bereid te zijn om extra te betalen.

De bakker
Als iemand een enorme taart wil en de bakker neemt de tijd om zo’n taart te bakken, dan is het niet meer dan redelijk dat degene die die taart ontvangt daar een fiks bedrag voor betaalt, veel meer dan degene die een halfje bruin komt halen.

Samengevat
Omdat iedere burger bijdraagt aan het geld dat naar de overheid gaat, dient de overheid iedere burger te dienen. De burger betaalt daar een redelijk bedrag voor, dat onder andere wordt bepaald door het voordeel dat die specifieke burger heeft kunnen behalen door deel uit te maken van de samenleving. De burger is, behalve het betalen van belastinggeld, geen enkele dienst verschuldigd aan de overheid.

Dienstbaar
Maar het staat elke burger vrij om in dienst te treden van de overheid. Iedere burger die dat doet, moet zich wel realiseren dat hij of zij er daarmee voor kiest om dienstbaar te zijn aan de gehele samenleving en dus aan alle medeburgers. En dat geen enkele burger ooit aan de belangen van de overheid opgeofferd mag worden.

Een falende overheid
Wat de overheid aan de minst bevoorrechte persoon in ons midden doet, dat doet de overheid ook aan mij. Dat doet de overheid ook aan jou. Dus als het bestaansrecht van de minst bevoorrechte persoon in ons midden niet gewaarborgd wordt, dan wordt mijn en jouw bestaansrecht ook niet door die overheid gewaarborgd. Dan faalt de overheid.