
ruud moors ruud's stokpaardjes aflevering 64
Onvrede
De kracht van extreem-rechts is de manier waarop potentiële kiezers aangesproken worden op onderbuikgevoelens. De onvrede die mensen voelen wordt gevoed door de tegenpartij voor van alles en nog wat uit te maken, ongeacht of dat terecht is of niet. Een tijd geleden las ik een artikel in Trouw waarin een PVV-er duidelijk maakte hoe dat werkt.
Groene gekkies en linkse wappies
De PVV is in Flevoland mee gaan regeren en maken dus deel uit van de coalitie. Het statenlid van de PVV gedraagt zich nu anders dan toen de PVV nog in de oppositie zat. “Als oppositiepartij roep je wat, schop je wat, een andere keer lever je een positieve bijdrage. Maar je hoeft in ieder geval niet met anderen rekening te houden. Je blijft bij je ziel, bij je partij, bij je achterban. Daar hebben ze het maar mee te doen. Voorheen maakte ik alles wat links en ‘milieu’ was uit voor groene gekkies en linkse wappies. Nu zijn we onderdeel van een coalitie. Dat soort dingen past niet meer.”
Schaamteloos
Dat statenlid is hier opvallend eerlijk over. Eigenlijk is dat verbijsterend, want er blijkt geen enkele vorm van schaamte voor dat voormalige gedrag uit. Feitelijk geeft hij volmondig toe een schaamteloze opportunist te zijn. Schelden mag, mits het je voordeel oplevert, maar je moet je inhouden als dat schadelijk voor je is. Daar komt het op neer.
De elite
Rechts heeft het over de linkse elite die de mensen allerlei zaken af zou willen pakken. Maar zo’n linkse elite bestaat niet. Een elite is immers een groep mensen die bovenmatig profiteert van diens positie in de samenleving. Je kunt rustig stellen dat degenen die tot de tien procent van de rijkste en machtigste mensen in Nederland behoren, samen de elite in Nederland vormen. Het lijkt mij stug dat juist de tien procent rijkste en machtigste mensen in Nederland links zouden zijn. Daar hebben ze helemaal geen baat bij.
Linkse elite?
Die elite stemt waarschijnlijk vooral op de VVD, uit een welbegrepen eigenbelang. Hooguit zullen er wat uitzonderingen tussen zitten die D66 stemmen. Maar het deel van die machtige en rijke elite dat links stemt of steunt is waarschijnlijk verwaarloosbaar klein.
Afstand?
Er is geen linkse elite. De elite is rechts. Door links als elitair te bestempelen zullen veel ‘gewone’ mensen zich er niet meer mee verbonden voelen, is de terechte aanname van rechts. Zo verleiden ze de ‘gewone’ Nederlander om zich achter rechts te scharen en niet achter links. Daardoor scharen die ‘gewone’ Nederlanders zich juist achter de elite, in plaats van er afstand van te nemen. Zonder dat door te hebben.
Debat of schelden
Schelden is in de politiek gewoon geworden. Degene die het hardste scheldt wordt door menig journalist als een kundig debater gezien. Alsof een ander effectief uitschelden als een acceptabele manier van debatteren wordt gezien. Dezelfde journalist die verweten wordt deel uit te maken van de ‘linkse kerk’ kijkt met waardering naar degene die hem of haar zo effectief uitscheldt.
Gekker moet het toch niet worden.
Verontwaardiging
Hoe kan links zich verweren tegen dit rechtse gescheld? Niet door ook de verontwaardigingskaart te trekken. Daar is rechts gewoon veel beter in dan links. Rechts heeft daar ook veel meer bij te winnen. Per slot van rekening is vrijwel alle ellende die er over het ‘gewone’ volk is uitgestort te wijten aan rechts. De toeslagen-affaire is vooral door rechtse partijen ontstaan, inclusief het CDA, waar Pieter Omtzigt toen deel van uitmaakte.
Leijten of Omtzigt?
Degene die het als eerste aankaartte was Renske Leijten van de SP, daar al snel door gesteund door Pieter Omtzigt, die daardoor zijn positie binnen het CDA zag verslechteren. Toch stemden veel meer mensen op de nieuwe partij van Pieter Omtzigt dan op de SP.
Bestaanszekerheid
Lillian Marijnissen klaagde op een gegeven moment dat alle partijen het rond de verkiezingen over bestaanszekerheid hadden, terwijl de SP dat al jaren daarvoor op de agenda had gezet. Dat leverde geen nieuwe kiezers op, ook al was het wel degelijk waar.
Wilde verontwaardiging
Links is vooral verontwaardigd. Maar daar wint links geen kiezers mee. Rechts beheerst de verontwaardiging als middel om kiezers te lokken veel beter dan links ooit zal kunnen. Dat komt omdat het rechts niet uitmaakt of die verontwaardiging ergens op slaat of niet. Als je kiezers kunt mobiliseren door ze wijs te maken dat seksuele voorlichting op scholen kinderen leert om anale seks te hebben, dan doe je dat. Ook al weet je dat dat nergens op slaat.
Macht
Het gaat rechts er immers alleen maar om stemmen te winnen. Dat wordt op zichzelf als een legitiem doel beschouwd. Het gaat immers om het verkrijgen van macht. Hoe je die macht verkrijgt, doet er niet toe. Anderen uitschelden, beschuldigen van verborgen agenda’s of het deel zijn van een elite die het slecht met het volk voor heeft; het is allemaal geoorloofd om stemmers te verlokken op jouw partij te stemmen. Fatsoen is voor de losers, of, als je eenmaal deel uitmaakt van de macht, voor de bühne.
Roepen en schoppen
“Je roept wat, je schopt wat. Je hoeft geen rekening te houden met anderen. Je blijft bij je ziel, bij je partij, bij je achterban’, zoals het PVV-statenlid in Flevoland zo schaamteloos eerlijk zei. Ook het enige lid van de PVV doet zich steeds meer voor als een redelijk mens. Niet omdat hij dat plotseling geworden is, maar omdat er anders geen coalitie gevormd kan worden waar hij aan kan deelnemen.
Onderbuikgevoelens
Rechts is schaamteloos opportunistisch. Toch heeft het geen enkele zin rechts daarop aan te spreken. Juist vanwege die schaamteloosheid. Hoe kan links dan wel de strijd aangaan met rechts? Niet door ook te proberen om dezelfde onderbuikgevoelens aan te spreken die rechts aanspreekt. Daar is rechts gewoon veel en veel beter in.
Positieve opzet
Links zou precies het omgekeerde moeten doen van wat rechts doet. Niet de verontwaardigingskaart trekken, niet de woede en onmacht bij de ‘gewone’ mensen voeden, niet de tegenpartij zwart maken, maar zichzelf positiever framen. Laat rechts maar schelden en verontwaardigd zijn. Negeer dat. Benadruk vooral waar je voor bent.
Niet tegen maar vóór
Trap er als links niet in om te zeggen wat er allemaal mis is met de ander, maar maak duidelijk waar je zelf voor staat. Niet tegen maar voor. Niet tegen onrechtvaardigheid, maar voor rechtvaardigheid. Niet tegen onbetrouwbaarheid, maar voor betrouwbaarheid. Niet tegen de boeren, maar voor ecologisch verantwoord boeren. Niet tegen verdeeldheid maar voor verbinding.
Positieve affiches
Stel je een campagne voor, zo rond de eerstvolgende verkiezingen, waarbij links affiches laat maken die alleen maar positiviteit uitstralen. Waarbij linkse partijen het idee laten varen dat verontwaardiging stemmers zou kunnen trekken. Ook het verlangen naar verbinding en rechtvaardigheid is deel van de ‘onderbuik’. En er is niks mis mee op dat deel van de onderbuik aan te spreken.
Voorzetjes
Ik geef hieronder wat tekstideeën voor positieve affiches rond verkiezingen:
- Stem voor rechtvaardigheid
- Stem voor betrouwbaarheid
- Stem voor eerlijkheid
- Stem voor oprechtheid
- Stem voor menselijkheid
- Stem voor gelijkwaardigheid
- Stem voor mens en dier
- Stem voor verbinding
- Stem voor een schoon milieu
- Stem voor vrije meningsuiting
- Stem voor vertrouwen
Tegen wantrouwen en haat
Alle linkse partijen of partijen die zich in het midden denken te bevinden, mogen deze ideeën gebruiken en liefst nog aanvullen. Waar het mij om gaat is dat het positieve weer leidend wordt in de politiek. Als tegenwicht van het wantrouwen, de haat en weerzin die rechts en extreem-rechts de afgelopen decennia over ons hebben uitgestort. En zelfs als rechts zich van dezelfde positieve terminologie zou gaan bedienen, zou ik dat toejuichen.
Respect en fatsoen
Ik pleit ervoor dat mensen, ook in de politiek, er voor kiezen om op een fatsoenlijke manier met elkaar te communiceren, ook, en misschien wel met name, wanneer ze het niet met elkaar eens zijn. De functie van de politiek is dat de samenleving goed functioneert en dat kan alleen maar als mensen met respect met elkaar omgaan en als mensen elkaar het licht in de ogen gunnen.
Dus wat je ook doet, kies er voor om met respect met je medemensen om te gaan.
Dat is sowieso positief voor de hele samenleving.
Ruud Moors’ eerdere wekelijkse bijdragen aan dit magazine vind je hier: