De verkeerde kant
Het gaat helemaal de verkeerde kant op met deze wereld. De klimaatopwarming zorgt voor steeds extremer weer, landbouwgiffen zorgen voor een dramatische afname van insecten en hopen zich op in ons voedsel, grote machtige bedrijven ontduiken massaal belastingen terwijl hun aandeelhouders rijker en rijker worden. De leiders van veel landen zijn corrupt en alleen maar bezig met hun eigenbelang, de kloof tussen arm en rijk groeit in een absurd tempo en het voetbal is ook niet meer wat het geweest is.

Egoïsme
Dat komt allemaal omdat de mens in wezen een in en in egoïstisch wezen is, die alleen maar met eigenbelang bezig is. Zo zit de mens nou eenmaal in elkaar en daarom gaat de wereld naar de klote. Daar valt niks aan te doen want het is de natuur van de mens om egoïstisch te zijn.

Betrouwbaar en behulpzaam
Maar als ik denk aan de mensen in mijn directe omgeving, dan ziet de wereld er heel anders uit. Dan zijn de meeste mensen meestal te vertrouwen en geneigd om elkaar te helpen. ‘Ja, maar dat doen ze alleen maar omdat ze zich daar goed bij voelen en dat is dus ook, in essentie, gedreven door egoïstische motieven,’ hoor ik in gedachte al tegenwerpen door degenen die per definitie vinden dat de mens slecht is, en er een bijna satanisch genoegen in scheppen om ons dat collectief in te peperen.

Je voelt je goed als je goed doet
Dat je je goed voelt als je goed doet is een gegeven. Als je je rot zou voelen als je goed zou doen, dan zou je het wel laten. Er is niet zoveel verschil tussen het je goed voelen omdat je iets goeds voor jezelf doet of voor een ander, in beide gevallen voelt het goed. Als je je rot zou voelen als je iets goeds doet voor jezelf of een ander, dan zul je daardoor niet gemotiveerd zijn om iets goeds te doen voor jezelf of een ander. Waar het wringt is als je iets doet waar je zelf van profiteert maar een ander door schaadt. Dan kan je je niet goed voelen omdat je het goede doet voor de ander, ook al voel je je misschien goed omdat je daar zelf van profiteert.

Als ik het niet doe…
Als je een geweten hebt, en de meeste mensen hebben dat, dan moet je je ook enigszins rot voelen omdat je die ander schade hebt berokkent. Dan moet je, als het ware, een reden verzinnen waarmee je dat voor jezelf goedpraat. ‘Als ik het niet doe, doet een ander het wel,’ is zo’n excuus waarmee je jezelf toestemming geeft om een ander schade te berokkenen. Of je hangt de doctrine aan dat mensen in essentie slecht zijn en dat iedereen nou eenmaal voor zichzelf opkomt, en waarom zou jij dat dan niet doen. Je kunt natuurlijk ook jezelf wijsmaken dat je belangrijker bent dan die ander en dat je daarom meer rechten hebt. Het is niet voor niets dat mensen in een bevoorrechte positie vaak, maar gelukkig niet altijd, arrogant zijn en met name neerkijken op mensen die in een minder bevoorrechte positie zitten. Daarvan vinden ze dat die het puur aan zichzelf te wijten hebben.

Dubbel geluk
Als je alleen maar goed voor jezelf doet, dan voel je je alleen maar goed voor het goede dat je voor jezelf doet. Over wat je voor anderen doet, kun je je dan niet goed voelen. Niet dat je daar niet van kan genieten, maar dat is iets anders. Als je anderen net zo goed behandelt als je zelf behandeld wilt worden, dan heb je dubbel geluk. Dan ben je tevreden met jezelf en met de relatie met die ander.

De verbinding
Als je je goed voelt als je goed doet betekent dat alleen maar dat er een relatie bestaat tussen goed doen en goed voelen. Als je mensen als egoïstisch bestempelt omdat ze zich goed voelen als ze een ander goed behandelen, dan zie je de verbinding die daardoor tussen mensen ontstaat over het hoofd. Het gaat om de verbinding die je op die manier met je medemensen aangaat. Dat overstijgt de belangen van het ego en daarom kun je het geen egoïsme noemen. Dat die persoon die die verbinding aangaat zich daar goed bij voelt, doet daar niets aan af.

Kettingreactie
Als ik me goed voel en de stad inga, dan ontmoet ik opvallend veel mensen die me vriendelijk bejegenen. Ik raak dan gemakkelijk aan de praat met iemand die ik niet ken en toevallig ontmoet. Omdat ik dat schijnbaar uitstraal als ik me goed voel, glimlachen er opvallend veel mensen die ik tegenkom naar me. Daar word ik zelf ook weer blij van waardoor mijn glimlach ook weer breder wordt en ik, op mijn  wandeling, steeds bredere glimlachen tegenkom.

Je omgeving
Een mens is een sociaal wezen dat het beste gedijt in een sociale context waar hij of zij zich thuisvoelt. Als je omgeving bestaat uit rustige, welwillende mensen, dan wordt je daar rustig en welwillend van. Als je omgeving bestaat uit gestresste, egocentrische mensen dan wordt je daar gestresst en egocentrisch van. Dat is de wet van wederkerigheid.

De prijs van roem en macht
Veel bevoorrechte mensen zijn niet echt relaxed en ontspannen. Dat komt omdat ze in concurrentie zijn met mensen die net zo bevoorrecht zijn en misschien wel meer, terwijl ze zich ook niet thuis voelen bij mensen die minder bevoorrecht zijn. Er zijn maar weinig mensen die rijk, beroemd en machtig zijn die een gelukkige indruk maken. De prijs die je betaalt om bevoorrecht te mogen zijn is hoog. Roem, macht en geld zorgen ervoor dat je los komt te staan van je medemensen. Dan wordt je zelf niet meer gezien omdat de roem, macht of het geld je medemensen het zicht op wie je bent ontneemt. Ze zien dan je roem, je macht en je geld, maar jou niet meer.

Gelijke voet
Ik leef liever tussen mijn medemensen dan er boven. Ik leef ook liever tussen mijn medemensen dan er onder. Met mensen die zich boven mij plaatsen, kan ik geen verbinding maken. Met mensen die zich onder mij plaatsen ook niet. Daarom kies ik er voor gelijk aan iedereen te zijn. En met iedereen die gelijk aan mij wil zijn, wil ik me verbinden. Want als jouw ego en mijn ego even groot zijn dan hoeven die ego’s niet met elkaar te concurreren, hoeven ze elkaar niet in de weg te zitten. Altruïsme betekent niet dat je jezelf wegcijfert, maar dat je je ego niet groter maakt dan het ego van de ander.

Bestaansrecht
Ik heb het wel vaker gezegd, en ik herhaal het nog maar een keer; ieder mens heeft evenveel bestaansrecht als ik heb, niet meer en niet minder. De belangen en de behoeftes van ieder ander mens zijn gelijk aan mijn belangen en behoeftes. Ze zijn net zo belangrijk; niet belangrijker en ook niet onbelangrijker.

Maatstaf
Ik herhaal dat keer op keer omdat ik mezelf keer op keer aan dat standpunt wil herinneren, zodat ik het niet vergeet en er alert op ben dat ik mezelf moet corrigeren als ik me niet naar die maatstaf gedraag.

Verbinding
Als ik het goede doe, doe ik dat niet omdat ik me daar goed door voel, maar omdat ik me rot voel als ik het goede niet doe. Dan ben ik de verbinding met mezelf en mijn omgeving kwijt en dat voelt nooit goed.