Woorden
Woorden verwijzen niet altijd naar feitelijke zaken zoals ‘stoel’, ‘huis’, ‘brug’, ‘tafel’, ‘trein’, of ‘zout’, bijvoorbeeld. Woorden kunnen ook naar ideeën verwijzen, naar abstracte begrippen en letterlijk ook nergens naar zoals het geval is bij de woorden ‘nul’ en ‘niets’. Lidwoorden vormen een apart geval. Waarom gebruiken we lidwoorden? Zijn lidwoorden niet volledig overbodig? En waarom kennen we in het Nederlands drie lidwoorden ‘de’, ‘het’, en ‘een’? Waarom is het de koe maar het paard, de geit maar het schaap, de boot en het schip, de zee en het meer? In het Engels wordt dat onderscheid helemaal niet gemaakt. Daar is alles ‘the’ en bestaat er geen lidwoord dat vergelijkbaar is met ‘het’. Wel is het grappig dat het Engelse woord voor ‘de’ uit dezelfde letters bestaat als ons woord ‘het’. Het woord ‘het’ heeft wel een Engels equivalent als het niet als lidwoord wordt gebruikt; het woordje ‘it’.

Letterlijk
Hoe vreemd de eigen taal is wordt pas duidelijk als je vreemde talen leert. Je kunt uitdrukkingen die in de ene taal worden gebruikt niet altijd letterlijk vertalen. Als je de Engelse uitdrukking ‘It’s raining cats and dogs’, letterlijk zou vertalen met ‘het regent katten en honden’ in plaats van met het Nederlandse equivalent ‘het regent pijpenstelen’, dan zou je als vertaler niet erg serieus genomen worden.

Strooien honden
Sinologen die klassiek Chinees vertalen bezondigen zich hier meestal wel aan. Dan wordt de Chinese uitdrukking ‘de tienduizend dingen/wezens’ letterlijk zo vertaald, terwijl het een uitdrukking is die aangeeft dat het hier om een optelsom van alle dingen/wezens gaat. Dat zou het beste vertaald kunnen worden met ‘alles dat is’, denk ik. Ook de uitdrukking ‘strooien honden’ is een letterlijke vertaling die in het Nederlands, zonder nadere uitleg, absoluut niet te begrijpen is. Die ‘strooien honden’ werden bij rituelen gebruikt en waren daar belangrijk voor, maar als ze eenmaal gebruikt waren, werden ze als waardeloze restanten weggegooid. Daar is in het Nederlands, zonder al te veel moeite, best een goed equivalent voor te vinden, zoals het woord ‘wegwerpartikelen’. Omdat de meeste vertalers van klassieke Chinese teksten de uitdrukkingen die ze tegenkomen letterlijk vertalen, blijft die vertaalde tekst veel onbegrijpelijke elementen bevatten.

Chinees
Het klassieke Chinees is sowieso een eigenaardige schrijftaal. Elk karakter heeft zijn eigen betekenis(sen). Er worden geen lidwoorden gebruikt en er wordt geen onderscheid gemaakt tussen werkwoorden en zelfstandige naamwoorden. Omdat het gesproken Chinees een toontaal is en maar een beperkt aantal basisklanken kent, heeft elk gesproken woord meerdere betekenissen die vaak ook door verschillende karakters worden vertegenwoordigd. Maar ook elk karakter kent meerdere betekenissen.

Betekenis
Toen ik de betekenis van het teken voor ‘Dao’ op ging zoeken, vond ik in mijn woordenboeken de volgende betekenissen; weg, straat, middel, methode, (grond)beginsel), denken, vermoeden, spreken, uiten, zeggen, pad, kanaal, riool, moraal, religieuze gedachten, lijn, keer, maal, oorsprong en basis. De context waarin het karakter ‘Dao’ wordt gebruikt, geeft aan welke betekenis het karakter heeft, maar het kan ook zo zijn dat meerdere betekenissen mogelijk zijn en zelfs dat het woord meerdere betekenissen tegelijkertijd heeft, zodat het karakter “Dao’ tegelijkertijd ‘methode’, ‘moraal’ en ‘oorsprong’ betekent. Dan stapelen zich, als het ware, meerdere betekenissen boven elkaar op. Dat maakt het karakter ‘Dao’ bijna onvertaalbaar.

De Dao De Jing
De eerste twee zinnen in de ‘Dao De Jing’ gaan over de onmogelijkheid om de wereld in woorden te vangen. Letterlijk (of eigenlijk ‘karakterlijk’) staat er;


Dao kan Dao, niet onveranderlijk Dao
Woorden kan woorden, niet onveranderlijk woorden.


Naamwoorden en werkwoorden
Omdat er in het klassieke Chinees geen onderscheid gemaakt wordt tussen zelfstandige naamwoorden en werkwoorden, dient het tweede ‘Dao’ als een werkwoord gelezen te worden, net zoals het tweede ‘woorden’ als een werkwoord geldt. Als we dan met de tweede zin beginnen, dan staat daar

Woorden die je kan verwoorden, zijn geen onveranderlijke woorden.

Of om het anders te zeggen:

Woorden die je kan verwoorden hebben geen eenduidige betekenis.

De eerste zin
De eerste zin beschrijft daardoor de onmogelijkheid om de betekenis van ‘Dao’ voor eens en voor altijd vast te stellen. Er is niet één betekenis. Het begrip ‘Dao’ is niet te vangen met één betekenis.

Verwijzingen
Feitelijk hebben woorden geen betekenis. Ze verwijzen naar betekenis. Of om het anders te zeggen; het woord tafel is geen tafel, maar verwijst er alleen maar naar. Het woord tafel verwijst niet per se naar een constructie waar je aan kan gaan zitten. Om de tafel van vijf kun je geen stoelen zetten. Een nietmachine niet, maar als de nietjes op zijn niet een nietmachine niet. Als er veel soldaten uit het leger stappen wordt het leger leger.

Hot en cool
Ook in het Nederlands hebben woorden vaak meerdere betekenissen en kan de betekenis van een woord door de tijd veranderen. Een stoute ridder was een dappere ridder, een stout kind is een ondeugend kind. Het woord ‘gek’ krijgt in de context ‘doe niet zo gek’, een heel andere betekenis dan in de context ‘ik vind jou te gek. Ook tegengestelde woorden kunnen dezelfde betekenis hebben. Als je van een bepaalde muzieksoort houdt kun je de ene keer rustig zeggen dat die muziek ‘hot’ is om even later te beweren dat je diezelfde muziek ‘cool’ vindt. En ja de woorden ‘cool’ en ‘hot’ stammen weliswaar uit het Engels, maar staan wel degelijk in mijn Nederlandse woordenboek waarbij bij beide termen verwezen wordt naar ‘jazz’. Of je jazz nou hot vindt of cool, in beide gevallen vind je die jazz te gek.

Betekenis toekennen
Woorden zijn niet almachtig. Je kunt niet alles in woorden vatten. Dat komt omdat woorden weliswaar naar betekenis verwijzen, maar de betekenis niet bepalen. Wij bepalen welke betekenis we, op welk moment, aan een specifiek woord toekennen. Het vervelende is dat ieder voor zich dat op zijn eigen wijze doet. Een woord dat voor de een een negatieve lading heeft, kan dat voor de ander totaal niet hebben.

Wees lullig!
Mijn broer en ik waren geabonneerd op Hitweek, een tweewekelijks verschijnend jongerenmagazine dat wij met plezier lazen. Dat weekblad had een sticker waarop het blad aangeprezen werd met de tekst ‘Wees lullig, lees Hitweek!’ Het woord ‘lullig’ had voor mij een betekenis die het midden hield tussen ‘sullig’ en ‘vervelend’. Toen mijn moeder zag dat ik die sticker op mijn schoolagenda geplakt had, schrok ze hevig. ‘Dat kan je niet maken,’ zei ze. Ik begreep niet waar ze het over had. ‘Dat woord ‘lullig’ kan echt niet,’ vond ze. Pas toen drong tot me door dat het woord ‘lul’ in lullig zat. Nog steeds vond ik het vergezocht om die connectie te maken omdat het woord ‘lullig’ volgens mij helemaal niet lullig bedoeld was. Daar was mijn moeder het niet mee eens.

Shit en fuck
Mijn zoon heeft hetzelfde probleem als ik hem probeer duidelijk te maken dat woorden als ‘shit’ en ‘fuck’ geen ‘gepaste’ woorden zijn. Voor hem zijn dat neutrale uitdrukkingen die niks te maken hebben met schijt en neuken. Als woorden maar vaak genoeg in een symbolische betekenis worden gebruikt verdwijnt de betekenis waar ze naar verwijzen naar de achtergrond. Voor mijn zoon verwijst ‘shit’ net zo min naar ‘schijt’ als voor mij het woord ‘lullig’ naar ‘lul’ verwijst.

Ziel en niets
Soms lijkt het alsof we het bestaan van iets pas kunnen erkennen als we er woorden voor hebben en soms hebben we de illusie dat, als we er een woord voor hebben, iets ook echt moet bestaan. Omdat we een woord voor ‘ziel’ hebben, gaan we er van uit dat er ook zoiets als een ‘ziel’ moet bestaan. Omdat we een woord voor ‘niets’ hebben, gaan we er van uit dat er ook zoiets als ‘niets’ moet zijn. Maar er is niet wezenlijk zoiets als ‘niets’. Er is niet wezenlijk zoiets als een ‘ziel’. Het bestaan van een ziel is feitelijk niet aantoonbaar, zoals het bestaan van een tafel dat wel is. Met het woord ‘ziel’ proberen we iets te benoemen dat in zijn aard onbenoembaar is.


Degene die de kennis heeft, heeft er geen woorden voor.
Degene die er de woorden voor heeft, heeft de kennis niet.


Woorden en kennis
Twee zinnen uit de Dao De Jing die aangeven dat het kunnen benoemen van iets niet betekent dat je ook kennis hebt van iets, maar tevens dat ergens kennis van hebben niet betekent dat je het ook kunt benoemen. Als je een vakkundig timmerman bent dan kun je een ander de techniek wel leren, maar het vakmanschap is niet in woorden uit te drukken. Je kan er naar proberen te verwijzen door middel van woorden, maar je kunt het vakmanschap niet door middel van woorden overdragen. Voor die, essentiële, kennis zijn er geen woorden.