ruud moors woorden, zinnen en verhalen aflevering 15
Geheugen en boeken
In culturen zonder schrift worden verhalen vanuit het geheugen doorverteld. En verhalen die belangrijk gevonden worden, moeten daardoor ook van geheugen op geheugen doorgegeven worden. Daardoor heeft een goed verhalenverteller in zo’n cultuur ook een hoge status. In culturen waar het schrift, min of meer, gemeengoed was geworden, werden die verhalen vaak in boeken opgeschreven en op die manier doorgegeven. In plaats van de verhalen in het geheugen op te moeten slaan, hoefde iemand alleen maar te leren lezen om die verhalen te kunnen herhalen. In die culturen kregen boeken vaak een hoge status. Een status die ook afstraalde op degenen die die boeken konden lezen.
Boeken
De drie religies die het idee van één God aanhangen, baseren zich daarbij op de verhalen die door middel van boeken zijn doorgegeven. ‘Eerst was er het woord’, staat, meen ik, ergens in de bijbel. Eerst waren er verhalen en toen was er het schrift en werden die verhalen in boeken opgetekend. Zo zijn die verhalen doorgegeven door degenen die in staat waren die boeken te lezen.
De tekst in de boeken
Ik hoorde ooit iemand zeggen dat die drie religies vooral het boek aanbidden. In zekere zin is dat ook zo. In die religies zijn de basisboeken heilig. Wat er in staat wordt als de enige echte waarheid gezien. Feitelijk wordt de inhoud van die boeken aanbeden, veel meer dan dat JWH, God of Allah zelf aanbeden worden.
Zelf lezen
Wij mochten vroeger, als katholieken, zelf de bijbel niet lezen. Dat vond de clerus geen goed idee. Het zou hun functie als intermediair tussen God en de gewone gelovigen aantasten, en dat vond men bedreigend. Dat verbod werd in de jaren zestig van de vorige eeuw versoepeld. Dus kochten mijn ouders het nieuwe testament in pocketvorm. Misschien is het toeval, maar vanaf het moment dat we zelf de bijbel mochten lezen ging het achteruit met de macht van de katholieke kerk.
Verhalen
Pas de afgelopen twintig jaar heb ik me gewaagd aan het, fragmentarisch, lezen van de bijbel. Omdat ik geen Christen meer ben, lees ik die stukken zonder ze als heilig te zien. Ik neem ze zeker niet allemaal letterlijk en beschouw ze ook niet als de enige en echte waarheid, maar lees ze als verhalen die ooit opgeschreven zijn om door te geven aan volgende generaties. Een dominee die ik ooit vroeg hoe hij de bijbel zag, zei dat hij dat boek als een geschiedenisboek van het Joodse Volk zag. Daar kan ik me wel in vinden.
Subjectieve waarheid
Maar zoals elk geschiedenisboek bevat dit boek niet de ultieme waarheid, maar de waarheid van degenen die die geschiedenis hebben opgeschreven. En die waarheid is altijd subjectief. Dat is niet erg. Als je kritisch leest, kun je die subjectiviteit herkennen en daardoor het waarheidsgehalte van de geschiedenis die verteld wordt relativeren.
Gekuiste verhalen
Vanuit mijn geschiedenis als katholiek heb ik veel verhalen uit de bijbel, in gekuiste vorm, van de broeders waar ik op school zat, te horen gekregen. Veel van die verhalen heb ik daardoor nog steeds in mijn hoofd. Een groot aantal heb ik daarna teruggelezen in de bijbel. En hoe vaker ik over die verhalen nadacht, hoe vreemder ik het vind dat de bijbel als een heilig boek wordt gezien, dat geïnspireerd zou zijn door God zelf.
Onsympathieke God
Omdat ik die verhalen met enige afstand lees, valt me op hoe onsympathiek de figuur van God feitelijk is. Vrijwel elk verhaal over hem gaat over zijn gramschap, over zijn teleurstelling in mensen, over de straffen en rampen die hij over de mensheid afroept. Als God een mens zou zijn, zou ik hem niet mogen, sterker nog; ik zou een hekel aan hem hebben. Zelfs als iemand zich volledig aan die God onderwerpt en hem totaal gehoorzaamt, dan nog kan God zomaar besluiten dat hij zo iemand aan een reeks rampen onderwerpt, zoals de arme Job, alleen omdat God aan de duivel wilde laten zien dat Job hem trouw zou blijven, wat voor een rampspoed hij ook over hem af zou roepen. Wat is dat voor een God die zich door de duivel laat inspireren tot zo’n sadistisch gedrag?
Machtswellusteling
Ik lees dat zo omdat voor mij de bijbel geen heilig boek is, maar een boek met personages, die, zelfs als ze op echte personen gebaseerd zijn, in die verhalen een rol spelen. Niet meer en niet minder. En in plaats van me te identificeren met de gramschap van God, identificeer ik me met de mensen die er onder lijden. Daardoor wordt het personage ‘God’ in mijn ogen een onsympathieke machtswellusteling met psychopathische trekjes.
Oorlogsmisdaden
Wat doet God bijvoorbeeld om ervoor te zorgen dat de farao van Egypte de Israëlieten uit de slavernij ontzet? Hij roept een sprinkenhanenplaag over Egypte uit, waardoor alle velden kaalgevreten worden en er een hongersnood onder het gewone volk ontstaat. Je zou dat ‘biologische oorlogsvoering’ kunnen noemen. Als dat niet helpt vergiftigt hij de rivieren, waardoor alle vee omkomt. Je zou dat ‘chemische oorlogsvoering’ kunnen noemen. En alsof dat nog niet genoeg is, doodt hij alle eerstgeborenen in het rijk van de farao. Je zou dat een terroristische aanslag kunnen noemen. Als een leider van een land dat nu zou doen, zouden we hem, volslagen terecht, een oorlogsmisdadiger noemen. ‘Ja, maar,’ hoor ik een oprecht Christen al roepen, ‘dat deed God omdat de farao zo halsstarrig was. Hij kon niet anders.’ Hoezo kon hij niet anders?
Almachtig?
Volgens diezelfde bijbel is God almachtig. Als God almachtig is, dan had hij tegen de farao kunnen zeggen: ‘Luister eens vriend, je laat mijn volk vrij of ik geef je zweren over je hele lijf die zo godvergeten jeuken dan je niet anders kan dan je hele huid kapot krabben. Begrepen makker?’ Als die farao dan halsstarrig was gebleven had God hem kunnen treffen met die zweren en kunnen zeggen: ‘Ik haal ze pas weg als je toegeeft en zo niet dan tref ik je met nog meer lichamelijke ongemakken.’ Als hij de farao zelf had gestraft voor zijn halsstarrigheid, was die farao vast en zeker veel sneller overstag gegaan.
Onschuldige slachtoffers
Per slot van rekening konden de Egyptenaren, degenen die tot het gewone volk behoorden, er niks aan doet dat de farao God’s volk in slavernij hield. Ook zij waren onderworpen aan de grillen van die farao en zijn trawanten. Dus waarom strafte God onschuldige Egyptenaren voor het gedrag van een farao? Als je een conflict met iemand hebt, dien je dat conflict met die persoon uit te vechten, niet met zijn of haar familie of stads- of landgenoten.
De verhalen
Als je niet meer gelooft in de heiligheid van boeken, dan ga je de verhalen die er in staan ook anders lezen. Dat maakt die verhalen niet minder interessant, integendeel. Vandaar dat mensen die niet in de heiligheid van boeken geloven, die verhalen vaak van hun heiligheid ontdaan hervertellen, niet omdat ze die verhalen letterlijk nemen, maar omdat ze als verhaal interessant zijn.
Steinbeck
Een van mijn favoriete boeken is ‘East of Eden’ van John Steinbeck, dat hij gebaseerd heeft op het verhaal van Kaïn en Abel uit de bijbel. In zijn roman verwijst hij daar ook nadrukkelijk naar. Daardoor maakte hij ook voor mij duidelijk dat dit bijbelse verhaal als verhaal interessant is. Hij liet me op een andere manier naar dat verhaal kijken. Door die roman ben ik anders naar alle verhalen uit de bijbel gaan kijken.
Zelfoverschatting
Dat die verhalen ‘God’s woord’ zouden vertegenwoordigen, lijkt mij grote onzin. Alsof God, als hij of zij of “het” zou bestaan als veroorzaker van het universum, woorden zou gebruiken om zichzelf aan mensen duidelijk te maken. Alsof een God die in staat is om een universum te veroorzaken zich met het schrijven van een boek bezig zou houden. Waarom? Om ons iets duidelijk te maken? Alsof wij, voor zo’n almachtige alomtegenwoordige en alwetende God ook maar van enig belang zouden zijn. Dat lijkt mij, eerlijk gezegd, een staaltje van gigantische zelfoverschatting.
Geschiedenis
Ik denk dat de dominee die de bijbel zei te beschouwen als een geschiedenisboek voor en door het Joodse Volk, daarin wel eens gelijk zou kunnen hebben. In ieder geval wat het Oude Testament betreft. En die God die er in voorkomt, dat zou wel eens gewoon een voorvader van dat Joodse Volk kunnen zijn. De vader van Adam, zeg maar. En als dat zo is, dan is het ook een voorvader van ieder van ons. Maar dat die God de veroorzaker van het universum zou zijn, dat wil er bij mij niet in.
Ruud Moors’ eerdere wekelijkse bijdragen aan dit magazine vind je hier: