Bestaansrecht
Ik geloof dat ieder mens evenveel bestaansrecht heeft als ik zelf heb. Ik geloof dat ieder mens, hoeveel die mens ook van mij verschilt, in zijn of haar bestaansrecht gelijk is aan mezelf. Dat betekent dat ik vind dat ik de belangen, behoeftes en gevoelens van een ander mens niet mag onderwerpen aan mijn eigen belangen, behoeftes en gevoelens. Dat betekent ook dat ik het niet acceptabel vind dat een ander mens mijn belangen, behoeftes en gevoelens aan haar of zijn belangen, behoeftes en gevoelens onderwerpt.

Gelijkheid
Ik geloof dat niemand minder bestaansrecht heeft dan ik heb. Ik geloof ook dat niemand meer bestaansrecht heeft dan ik heb. Ongeacht wat de verschillen tussen een ander en mij zijn. Het doet er niet toe of iemand tot dezelfde familie behoort, dezelfde nationaliteit heeft, dezelfde ideologie aanhangt, dezelfde huidskleur heeft, dezelfde seksuele voorkeur heeft, dezelfde sekse heeft, dezelfde haarkleur heeft, dezelfde intelligentie heeft, dezelfde opleiding heeft, dezelfde lengte of leeftijd heeft, tot dezelfde kaste of klasse behoort; wat de verschillen tussen mij en die ander ook zijn, in bestaansrecht verschillen we niet. In bestaansrecht zijn we gelijk.

Geloof
Ik schrijf dat ik dat geloof, omdat het om een geloof gaat. Als ik geloof dat iemand die, om wat voor een reden dan ook, tot een andere groep behoort, minder bestaansrecht heeft dan ik, dan is dat ook een geloof. Mijn standpunt wordt bepaald door wat ik geloof. En mijn standpunt is dat ieder mens evenveel bestaansrecht heeft als ikzelf. Daaruit volgt dat ik vind dat ieder mens evenveel bestaansrecht heeft dan willekeurig welk ander mens dan ook. Ik neem dat standpunt in omdat ik niet zou weten op welke gronden ik een ander standpunt zou kunnen innemen, zonder te accepteren dat een ander het recht zou kunnen hebben mijn bestaansrecht in twijfel te mogen trekken.

Consequenties
Want dat is de consequentie van het innemen van het standpunt dat sommige mensen vanwege hun geloof of sekse of huidskleur of nationaliteit of om welke andere reden dan ook, minder bestaansrecht zouden hebben dan ik; dat ik niet anders kan dan accepteren dat anderen, in negatieve zin, datzelfde standpunt ten opzichte van mij kunnen en mogen innemen, en mij, vanwege mijn nationaliteit, geloof, haarkleur, intelligentie of om welke andere reden dan ook, mijn bestaansrecht kunnen en mogen betwisten.

Basisregel
‘Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet.’ Die gouden regel werd, in andere woorden, al lang voor Christus gepropageerd door, onder anderen, Confucius, die die regel niet zelf verzonnen had, maar ook alleen maar doorgaf.

Identiteit
Dat mensen het bestaansrecht van andere mensen, die niet tot dezelfde groep behoren, menen te mogen aantasten, heeft alles te maken met identiteit, of liever gezegd het gebrek eraan.

Identificatie
Een wijs mens zei ooit: ‘Je identiteit ontstaat door identificatie. Met hoe meer verschillende mensen je je weet te identificeren, hoe groter je identiteit wordt.’

  • Als je je met je gezin identificeert, dan bepaalt je gezin je identiteit.
  • Als je je met je familie identificeert, dan bepaalt je familie je identiteit.
  • Als je je met je seksegenoten identificeert, dan bepalen die seksegenoten je identiteit.
  • Als je je met je dorpsgenoten identificeert, dan bepalen die dorpsgenoten je identiteit.
  • Als je je met je streekgenoten identificeert, dan bepalen die streekgenoten je identiteit.
  • Als je je met je geloofsgenoten identificeert, dan bepalen die geloofsgenoten je identiteit.
  • Als je je met degenen identificeert die tot dezelfde klasse behoren, dan bepaalt dat je identiteit.
  • Als je je met de hele wereldbevolking identificeert, dan bepaalt dat je identiteit.
  • Als je je met alles dat leeft identificeert, dan bepaalt dat je identiteit.
  • Als je je met het totale bestaan identificeert, dan bepaalt dat je identiteit.

Jij bepaalt
Je identiteit wordt je niet bij je geboorte gegeven. Je identiteit ligt niet vanaf je geboorte vast. Natuurlijk is het belangrijk om te weten waar je vandaan komt, om in staat te kunnen zijn je daarmee te identificeren, maar het bepaalt je identiteit niet. Jij bepaalt zelf je identiteit. Door je met anderen te identificeren, bepaal je je identiteit. Hoe meer je je met anderen weet te identificeren, hoe groter je identiteit wordt. Door je met anderen te identificeren, voed je je identiteit. Door je, om wat voor een reden dan ook, niet met anderen te identificeren, zorg je ervoor dat je de kans misloopt om je identiteit te laten groeien.

Een met alles
In de Chinese levensfilosofie is de hoogste vorm van het bereiken van een identiteit het volledig in overeenstemming zijn met Dao. Dao is een begrip dat staat voor het totaal van alles dat bestaat. Als je geen enkel onderscheid meer maakt tussen dingen en alles als één geheel ziet, en jezelf met dat geheel identificeert, dan ben je in overeenstemming met dat geheel. Dan valt jouw identiteit samen met Dao. Je zou dat de ultieme identificatie kunnen noemen.

Groei
Ik weet niet of er veel mensen zijn die het lukt om hun identiteit samen te laten vallen met alles dat bestaat. Wat ik wel weet is dat je je identiteit kunt laten groeien door je zoveel mogelijk met iedereen en alles om je heen te identificeren. Natuurlijk is het goed om je te identificeren met je gezin, met je familie, met je dorp of stad, met de streek waar je groot groeit en met je land. Daar is niets mis mee. Iedereen identificeert zich eerst met datgene dat dichtbij is en daarna pas met datgene dat zich verder weg bevindt.

Onbelemmerde groei
Maar waarom zou je daar ooit mee stoppen? Pas als je identiteit samen valt met het totaal van het bestaan, is er niet meer om je mee te identificeren. Tot die tijd kun je je identiteit onbelemmerd laten groeien.

Noodweer
Ik geloof dat ik vrijer wordt door mijn identiteit te laten groeien door mij met zoveel mogelijk mensen te identificeren. Dat betekent niet dat ik geen voorkeur heb voor de mensen die het dichtst bij me staan. Dat betekent wel dat ik die voorkeur geen rol laat spelen in mijn identificatie met anderen. Ook als het voordeel voor mijn gezin zou opleveren om het bestaansrecht van willekeurige andere mensen op te offeren, zou ik dat niet, willens en wetens, doen. Pas als anderen het bestaansrecht van mijn gezin zouden proberen aan te tasten, ben ik in staat om, uit noodweer, hun bestaansrecht aan te tasten.

Verantwoordelijkheid
Vrijheid is het nemen van verantwoordelijkheid. Ik ben verantwoordelijk voor alles wat ik doe. Het is mijn keuze om die verantwoordelijkheid op me te nemen. Door mijzelf verantwoordelijk te maken voor al mijn handelen, kies ik ervoor vrij te zijn. Dat is geen gemakkelijke, en zeker geen gemakzuchtige keuze.

De groepsnorm
Het word je niet altijd in dank afgenomen als je, tegen de groepsnorm in, opkomt voor de rechten van mensen die niet tot die groep behoren, zeker als die groep besloten heeft dat het bestaansrecht van die mensen er niet toe doet.

Wat doe je
Wat doe je als je bij de belastingdienst werkt en je komt er achter dat die belastingdienst mensen etnisch profileert en, hoewel iedereen weet dat dat wettelijk niet mag, mensen met een ‘buitenlandse’ naam, op onrechtmatige gronden, als oplichters bestempelt om ze een toeslag waar ze recht op hebben af te kunnen pakken waarbij die mensen worden gedwongen om de toeslagen die ze al hebben gehad terug te betalen, waardoor ze in enorme financiële problemen komen. En dat terwijl de medewerkers van de belastingdienst weten dat de gronden waarop dat gebeurd, op zijn zachtst gezegd, zeer dubieus zijn?

De klokkenluider
Wat gebeurt er met die medewerker die de verantwoordelijkheid neemt om die wantoestand aan de grote klok te hangen? De kans dat die klokkenluider hard aangepakt zal worden, is helaas niet denkbeeldig. Sterker nog; dat is precies wat de belastingdienst deed toen één van hun medewerkers zijn of haar geweten liet spreken. De boodschap aan de rest van de medewerkers is duidelijk. Als er wantoestanden zijn, dan doe je daar gewoon aan mee, want anders…

De groepsdruk
Dat is wat er in vrijwel elke organisatie gebeurt. Mensen worden onder druk gezet om zich te conformeren aan de groep, om zich uitsluitend met de organisatie te identificeren en zeker niet met de slachtoffers van die organisatie. Alleen als je een intrinsieke vrijheidsdrang hebt, ben je in staat om desondanks je verantwoordelijkheid te nemen en tegen die groepsdruk in te gaan, ongeacht de consequenties die dat met zich meebrengt.

De moeilijke keuze
Als je vrijheid definieert als het nemen van verantwoordelijkheid dan is vrijheid geen gemakkelijke, en zeker geen gemakzuchtige keuze.
Geen wonder dat vrijheid vaak angst inboezemt.