
de wilde woldiwalto
Grote koppen in de krant: de wilde woldiwalto is nu ook gezien door voorbijgangers. Waarnemers komen aan het woord maar hun beschrijving ervan is uiterst vaag: “Het regende zo, ik kon het niet goed zien maar het was rond en ongeveer zo groot”, vergezeld van het bekende gebaar van geheven handen die een afmeting aangeven. Een ander heeft de handen nog verder uit elkaar: “Ik zag hem, maar de laagstaande zon verblindde me, hij was zo groot”
Zulke onduidelijke beschrijvingen zijn, als je het goed beschouwt, van nul en generlei waarde. Maar het heeft wel effect. De wegen naar Amsterdam zijn vol en veel dagjesmensen pakken de trein, je weet maar nooit, ze willen dat beest ook wel eens zien. Terrassen zijn voller dan ooit. Kassa’s rinkelen. Bestaat die woldiwalto wel echt of wordt het gerucht levendig gehouden door de media, die de economische voordelen graag uitbuiten?
De berichtgeving wordt grimmiger als er rare dingen gebeuren. Geparkeerde auto’s die zomaar een eindje achteruit glijden en tegen een obstakel tot stilstand komen. Een wandelaar die ineens op de grond ligt: ‘Ik werd geduwd, ik weet het zeker!’ De marechaussee wordt ingezet. Iedereen die meent iets gezien te hebben wordt verzocht het te melden. En de woldiwalto? Die weet meer dan ik.
Sophia