vóór hoog catharijne...

station utrecht

Het bescheiden boekje Een spoor terug werd in 1987 in beperkte oplage uitgegeven door Boekhandel van der Galie in Utrecht. Het boekje is eigenlijk een portret van de verdwenen stationswijk van Utrecht, die werd gesloopt omdat op die plek Hoog Catharijne moest verschijnen. Rinke Doornekamp maakte tekeningen en schreef er samen met Arjaan van Nimwegen prachtige teksten bij. Het was in 1987 al een nostalgisch boekje, maar na al die jaren door het verschrikkelijke Hoog Catharijne te hebben gelopen komt de schoonheid van wat er voor dat wangedrocht allemaal moest wijken des te verpletterender aan. Als voorbeeld laten we het station van Utrecht zien, met de tekst uit het boekje eronder.

De architect van dat bijzondere station, Van Ravesteyn, lijkt overigens wel de meest gesloopte Nederlandse architect te worden zo langzaamaan.

station utrecht

18 juni 16.35 uur
Centraal Station

"Ik heb altijd een beetje gevonden dat het niet in Utrecht thuishoorde. Al dat glas, die boogramen, die zuilen, dat hoort meer bij het zuiden. Een Romeinse arena die per ongeluk in regenachtig Utrecht terecht is gekomen. Het heeft iets decorachtigs, een coulisse waar niets achter zit. Maar nu het weg is - nou ja, je hebt nu eigenlijk geen station meer. Het oude station was afgebrand in 1938, toen waren ze al aan dit nieuwe bezig. In die tijd had je nog bránden: de voorloper van de Galeries Modernes, dat was ook zo'n feest toen die eraan ging; daar liep de hele stad voor uit. Op dit plein speelden we na school. Ik heb er eens een ruitje ingegooid, ja, er waren er ook zoveel. Meteen een kop voor het raam en ik weg. Ik was een jaar of negen. Verschrikkelijk vond ik het, ik sliep de hele nacht niet.
De volgende dag ging ik toch even kijken: een enorme opschudding, politie, een fanfare van de Spoorwegen met toeters en trommels, allemaal auto's en motoren met zijspan. "Voor dat ruitje!" dacht ik meteen, maar er kwam natuurlijk een hoge piet aan. Ja, allure had het toch wel, op z'n Utrechts dan.

Van Ravesteyn was de architect, en die had zich wat verwijderd van de Stijl-mensen. Beelden van Mari Andriessen op het dak, binnen was nog een marmersculptuur van Charles Eyck - dat was wel wat anders dan Rietveld. Brede trappen, een ruime hal waar je voor een dubbeltje een perronkaartje kocht, het terras, en een restaurant dat als uitstekend bekend stond, maar eerlijk gezegd was er in die tijd ook nog weinig avontuurlijks aan restaurants in Utrecht. Wel weet ik dat ik er voor het eerst een Indische rijsttafel heb gegeten.

De titel van de tekening is wat vreemd, die slaat op dat groepje mensen, allemaal familie van mijn vrouw. Ze staan op een kiekje dat in de Kalverstraat in Amsterdam werd gemaakt door een straatfotograaf. Precies in deze opstelling, met een klok boven hun hoofd: vijf over half vijf. Bij de foto stond in het album geschreven: "18 juni". Het moet rond 1937 zijn geweest. Mijn vrouw zelf stond er natuurlijk nog niet op, die heb ik er zelf bij verzonnen, op de voorgrond. Met hoed vanzelfsprekend. Je ziet maar de helft van haar gezicht, maar iedereen herkent haar meteen. Die ogen, hè?"

terug naar de startpagina van moors magazine