het bedrogen oog - nicolaas matsier en het trompe l'oeil
In een deel van de grotten die in de mergel van de Sint Pietersberg bij Maastricht zijn uitgegraven hebben paters wat grappen uitgehaald. Toen ik een jaar of acht was kregen we met een paar klassen een rondleiding. Eén van ons moest even een trappetje oplopen om daar als eerste een donker gangetje in te gaan. Dat gangetje bleek een blinde muur te zijn die was zwartgeverfd. Dat was mijn eerste kennismaking met het fenomeen trompe l’oeil.
Schrijver Nicolaas Matsier is, net als ik, gefascineerd door het verschijnsel, dat zich feitelijk in de marge van de schilderkunst bevindt. De bedoeling is heel simpel – de kijker op het verkeerde been zetten, hem laten geloven dat hij iets ziet dat er niet echt is, maar alleen als schildering. In het ruimbemeten boek Het Bedrogen Oog loopt hij chronologisch de geschiedenis van de trompe l’oeil langs, met verrassend genoeg ook een aantal voorbeelden uit het recente verleden. Mooi is dat hij ook stoepkrijtkunstenaars als Julian Beever in zijn boek opneemt, en dat hij een aantal mooie voorbeelden laat zien van grote blinde muren die dankzij een trompe l’oeil weer tot leven komen.
De schildering van Bach hiernaast is daarvan een heel mooi voorbeeld, want in eerste instantie denk je dat er iemand bezig is met het maken van een muurschildering, tot je je realiseert dat de schilder zelf ook op de muur geschilderd is.
Matsier geeft bij elk voorbeeld van trompe l’oeil dat hij laat zien ook achtergrondinformatie, en maakt zo bijvoorbeeld ook duidelijk dat een groot deel van de voorbeelden die hij laat zien ten onrechte in een museum terecht is gekomen, waar de verrassing die de kijker overvalt als hij erachter komt dat hij voor de gek gehouden is, achterwege blijft. Neem de rekeningen van de Amsterdamse Thesaurierskamer die je hier rechts onderaan ziet. Geschilderd door de vergeten kunstenaar Cornelis Brisé, voor een kamer waar het perfect paste, “verpletterend onopvallend” zoals Matsier opmerkt. Het effect dat de ontdekking van de grap daar ongetwijfeld had, verdween toen het schilderij in een museum terecht kwam, en het verdwijnt uiteraard volledig als het, zoals hier, dan ook nog eens in een boek terecht komt waar je precies weet wat je kunt verwachten – bedrog.
Het gaat dan wel om een sympathieke vorm van bedrog, dat er in eerste instantie vooral op uit is om bij de kijker een glimlach tevoorschijn te toveren. En toch is dit, ondanks het feit dat die eerste verrassing achterwege blijft, een boek dat je glimlachend leest en bekijkt, want je ziet wel degelijk wat de kunstenaar wou bereiken, en humor komt in de kunst toch al niet zo vaak voor, dus dit is extra genieten. Want het is heerlijk om op een goede manier op het verkeerde been te worden gezet, zeker als je er zelf ineens achter komt dat je in de maling genomen wordt. Onschuldige humor en toch heel erg leuk. En een boek waar ik een erg goed humeur van kreeg.
-
Nicolaas Matsier – Het Bedrogen Oog – Trompe l’oeil van toen tot nu – Uitgeverij de Harmonie – ISBN 978-90-6169-871-5
-
(België) Uitgeverij Vrijdag – ISBN 978-94-6001-025-5
Een paar hedendaagse trompe l’oeilkunstenaars waar Matsier in zijn boek voorbeelden van laat zien:
-
Banksy (naar rechts scrollen!)