Drie violisten of fiddlers. Hetzelfde muziekinstrument, maar totaal andere resultaten. En eerlijk gezegd alledrie op hun manier uitzonderlijk goed. We beginnen met de puurste van de drie.

Wayne Cantwell – The Flyin’ Fiddler

“Just Me and a Fiddle” is de ondertitel van deze cd, dus je bent gewaarschuwd. Je hoort inderdaad alleen een solofiddler, die Keltische en old time fiddle deuntjes speelt, aangevuld met een paar eigen nummers. Als je dan een publiek wil boeien moet je wel heel goed zijn, en een perfect gevoel voor timing hebben. Dat heeft Wayne Cantwell. Hij speelde eerder in diverse bluegrassbands en stringbands, maar hier laat hij horen dat hij ook in zijn eentje de aandacht vast kan houden.

Oleg Ponomarev – Master of the Russian Gypsy Violin

Oleg Ponomarev zet op deze cd ook solo in, met een vlammende zigeunertraditional, maar hij wordt al snel bijgestaan door twee gitaristen, een violist en een bassist. Hij speelt een paar traditionals, maar vooral eigen composities. Hij laat zijn viool vlammen, zoals dat hoort bij deze muziek, en in zijn eigen composities voegt hij er nog iets aan toe waardoor hij toch ook een eigen geluid krijgt. Geen traditioneel zigeunerorkestje dus, maar een avontuurlijke violist die zijn eigen weg gaat, met soms ook verrassende gitaarpartijen.

Casey Driessen – 3D

Driessen begint op zijn cd 3D met de traditional Sally in the Gardens – je hoort eerst vervreemdend synthesizergeluid, waarna hij met zijn fiddle invalt, en daarna de rest van de band. Op dit album spelen een paar bluegrassgroten mee, zoals Jerry Douglas, Tim O’Brien, Bela Fleck, Darrell Scott en Viktor Krauss, maar dat betekent niet dat je hier doorsnee bluegrass te horen krijgt. Driessen is een avonturier, die nummers volledig naar zijn hand weet te zetten, waardoor ze soms bijna onherkenbaar worden. Toch blijft het een genoegen om naar zijn muziek te luisteren, want zijn avonturenpad is spannend, en je verveelt je als luisteraar geen moment. De grenzen van de bluegrass worden opgerekt, zonder dat je het gevoel krijgt dat hier een pretentieuze vernieuwer aan het werk is. De fiddle staat hier weliswaar centraal, maar je hebt dat als luisteraar lang niet altijd door. Driessen is een soort onnadrukkelijk genie. Hij speelde eerder bij Steve Earle, en dit is zijn eerste soloalbum. Een absolute aanrader.