Groninger dichter Jan Glas zit in een mooie flow. Een tijd geleden besteedden we hier al aandacht aan de cd die hij maakte samen met Boelo Klat, die gedichten van Glas op muziek had gezet, die Glas vervolgens zelf zong. Daarna was er een uitstekend gelukt samenwerkingsverband met schilder Dolf Verlinden. En in 2008 won Glas het Belcampo Stipendium van de Provincie Groningen. Daar hoorde een opdracht bij, want Glas moest een tekst schrijven over poëzie in het Gronings, liefst in essayvorm. Doordat het boek met Verlinden eerst af moest was er nu, eind september 2009, pas de presentatie van het bibliofiele boekje dat bij Uitgeverij Philip Elchers verscheen.

Op het boekje komen we op een ander moment terug, maar van Glas kun je in ieder geval zeggen dat hij een echt Groninger dichter is, al hebben al zijn gedichten tegelijkertijd een universele uitstraling en universele thema’s. Wat bijzonder aan de poëzie van Glas is, is dat hij Groninger stugheid en kaalheid combineert met uitbundige vrolijkheid en humor, waardoor de serieuze ondertoon des te harder bij de lezer binnenkomt.

De presentatie bestond uit wat toespraken (juryvoorzitter Anneke Claus en gedeputeerde Hans Gerretsen) en een leuk interview met Glas, maar Glas had daarnaast ook de Firma Weijland uitgenodigd om de officiële presentatie van het boekje op te luisteren, en dat paste perfect, want de muzikale Firma Weijland uit de Achterhoek hanteert een vergelijkbare combinatie van uitbundig gepresenteerde humor en emotioneel geladen teksten, waardoor je onder het lachen door op een bijzondere manier geraakt wordt. We hebben stiekem met onze fotocamera een filmpje gemaakt van een deel van een van de liedjes van de Firma. Elders komen we terug op het boekje van Jan Glas.