4 huizen muziek festival 2011
Het 4 Huizen Muziek Festival is ontstaan doordat vier musici die bij elkaar in de buurt wonen samen een huiskamerfestival organiseerden dat een middag duurt. Je begint bij één van de vier en loopt dan naar het volgende huis voor het volgende concert van ruim een half uur. Als toeschouwer en luisteraar krijg je zo een zeer gevarieerd muziekaanbod in een buitengewoon intieme omgeving, namelijk de huiskamer van de muzikant zelf. Het festival in de wijk de Hoornse Meer in Groningen was ook dit jaar weer volledig uitverkocht, wat betekent dat er in iedere huiskamer steeds zo’n kleine veertig man/vrouw publiek zat. En wat je bijna zou vergeten, omdat de situatie wat doet denken aan een “tussen de schuifdeuren”-situatie: je kreeg hier wel een paar absolute topconcerten te horen van soms absolute wereldklasse.
Philip Baumgarten Trio
In 2010 speelde bassist Philip Baumgarten nog met trekzakspeler Peter Pot, waarmee hij al jaren avontuurlijke, spannende en vrolijke muziek maakt, dit jaar presenteerde hij de cd die hij maakte met zijn jazztrio. Dat leverde andere muziek op die zeker zo spannend was, en zeker zo mooi, maar geheel anders. Een bassist die componeert levert eigenlijk altijd bijzondere muziek op, en dat geldt ook voor Baumgarten – melodieus, melancholiek, met prachtige tempowisselingen en moodswings. Tijdens het concert bleek tussen neus en lippen door dat pianiste Leonieke Vermeer anders componeert dan Baumgarten, die bijvoorbeeld een portret componeert van zijn zoon of zijn moeder, terwijl Vermeer achteraf een titel verzint voor een compositie. Zowel de pianiste als de drummer, Matthias van Olst, zijn jonge muzikanten met een ongekende flair en finesse. Een klassiek jazztrio – piano, bas en drums, maar buitengewoon goed – melancholiek, melodieus, swingend, verrassend, spannend. Klasse.
Liesbeth Völkel
In 2010 was Liesbeth Völkel de zangeres van Etoile Azur, een trio dat Moors-Andalusische liederen zingt. De flamencogitarist was er nog steeds, de percussioniste helaas niet meer, want zij wist de zang nog in goede banen te leiden. Völkel redt het als zangeres in haar eentje niet met de zwaarmoedige liederen die ze zingt en kan niet in de schaduw staan van de fadozangeressen en chansonnieres wier repertoire ze brengt, niet alleen omdat ze niet geheel toonvast is maar vooral doordat ze overtuiging en passie mist. De begeleidende mannen raakten in de loop van het concert ook wat van hun oorspronkelijke bevlogenheid kwijt, leek het, hoewel het concert dankzij hun niet helemáál de mist in ging.
Nynke Eekhof
Een klassiek geschoolde pianiste die aan haar vleugel vorig jaar Schubert en Rachmaninoff speelde, en nu met een verrassender en nog mooier programma kwam. Om het publiek niet al te zeer te vervreemden begon ze met een bekend stukje Beethoven, maar daarna kwamen er stukken van de twintigste-eeuwse componisten Frank Martin en Willem Pijper, en dat waren zeer aangename verrassingen, al was het alleen al omdat we die stukken niet zo vaak horen. Maar je kon ook horen dat Eekhof ze had gekozen omdat ze ze zelf erg mooi vindt en heerlijk om te spelen. Op de een of andere manier sloten zowel Martin als Pijper mooi aan op de licht weerbarstige muziek van Boelo Klat, die we eerder die dag gehoord hadden, maar waar ik hier mee wil eindigen, omdat ik Klat als een Klasse Apart beschouw.
Boelo Klat
De muziek van Boelo Klat is een klasse apart. Weerbarstig en tegelijkertijd humoristisch, open en krachtig, als een net opengeploegde donkere akker verse klei, met van die scherpe sneden – donker en toch fris en scherp. Weidse verten. Klat bevindt zich meestal op de linkerhelft van het toetsenbord, op de donkere kant van de piano dus, maar zijn muziek is verre van somber, scherp, krachtig, helder en open. En hij swingt. Na vijf minuten zit ik al met een brede grijns te luisteren naar zijn nieuwe composities, na nog eens vijf minuten heb ik al twee keer kippenvel gevoeld – Klat maakt unieke muziek, laat dat duidelijk zijn, en het is elke keer weer een bijzondere ervaring hem live te zien spelen, want zijn composities worden er nog spannender van. Elke pianist kan wat anders met zijn linkerhand dan met zijn rechterhand, maar hier zit je soms met stomme verbazing te kijken en te luisteren. Dit soort muziek noemen we wat gemakkelijk jazz, maar Klat is echt een klasse apart – we hoorden iemand al zeggen dat het ook filmmuziek voor een Amélie-achtige film zou kunnen zijn.
Jongens, wat was dit goed. Fenomenaal. Wereldklasse. Woorden schieten eigenlijk te kort voor de bijzondere kick die je als luisteraar ervaart bij een concert van Klat.