Cross-Linx is een door Nederland reizend festival van tegenstellingen. Dat kan fantastisch uitpakken, en dat kan tegenvallen, maar spannend is het altijd. Vijf avonden Cross-Linx werden dit jaar in de Oosterpoort in Groningen op een zaterdagavond afgesloten. Vast onderdeel van het festival is de koppeling van een singer/songwriter of een popartiest aan een klassiek orkest, en dat was dit jaar Philharmonie Zuid. Net als vorig jaar pakte dat de ene keer fantastisch uit en was het de andere keer een tenenkrommend geval van gemiste kansen, en net als vorig jaar was het al snel duidelijk waar dat aan lag – de ene artiest was vooral geïnteresseerd in de muziek, de ander vooral in zichzelf.

“Music Mining” betekende dat je een kaartje kon reserveren voor een act die in een klein zaaltje ergens in de Oosterpoort voor een klein publiek een optreden van een half uur zou geven. Je werd er dan door een behelmde gids naar toe geloodst. Dat was het andere geniale idee van dit festival, want de verrassingen die je daar te wachten staan zijn elk jaar weer een klein feestje. Nadeel is dat je moet kiezen, en dat je dus ook erg veel mist. Dit verslag is dus noodgedwongen een fragmentarisch verslag van een deel van een geslaagd festival.

Olafur Arnalds & Philharmonie Zuid

De IJslander Arnalds begon als drummer in hardcore punk en heavy metalbands, maar maakt tegenwoordig muziek met strijkwartetten, elektronica en en piano. Hij maakt muziek voor films en televisieseries, en met name zijn werken met samples en elktronica maakt het allemaal spannend. Hij wist het orkest Philharmonie Zuid optimaal in te zetten, waardoor je regelmatig met open mond zat te kijken en luisteren. Mooie lichtshow erbij, een fantastische vioolsolo van de dame van zijn eigen strijkkwartet, twee verrasende nummers met een Deense zanger, en Arnalds had een ruim uur zeer spannend gevuld. Cross Linx zoals het bedoeld is. Magnifiek!

Lavinia Meijer

Harpiste Lavina Meijer begreep ook precies waar het in dit festival om draait, want zij begon met twee stukken van Olafur Arnalds die ze voor harp had bewerkt. Ze ging verder met minimal music van Philip Glass, de over-the-top avantgarde van Jacob ter Veldhuis en tenslotte een verbluffende harpbewerking van een nummer van Radiohead. Wie dacht dat de harp een suf en stoffig instrument was werd hier wel even goed wakker. Klasse!

José Gonzalez en Philharmonie Zuid

Gonzalez bleek een singer/songwriter met een iets te groot ego, die in zijn eentje op het podium begon, waarbij hij liet horen dat hij lomp gitaar speelde en niet erg subtiel kan zingen. Na een kwartier mochten zijn pianist en drummer aanschuiven, en toen werd het al iets beter, vooral omdat de pianist goed was, maar vervolgens duurde het nog een tijd voordat het orkest werd uitgenodigd, en dat moest een half nummer wachten voor ze een klein accent mochten toevoegen. Kortom: dit was één grote demonstratie van gemiste kansen. Het ging hier duidelijk niet om de muziek, maar om Gonzalez, en helaas was Gonzalez niet bijster interessant.

Garrett Mendelow

Music Mining – Garrett Mendelow speelde op een geleende drumkit telkens voor een klein publiek in een klein achterafzaaltje. Een verbazingwekkende show van een half uur waarin hij een compositie speelde van Glenn Kotche, componist en drummer van de band Wilco.

Lubomyr Melnyk

Pianist Melnyk speelt zogenaamde “continuous music”, dat wil zeggen het razendsnel ratelen van noten op de piano. Denk daarbij aan de minimal music van Steve Reich, maar dan zonder de bij Reich altijd onderligggende spanning. Bij Melnyk kabbelt het continu door. De een wordt er rustig van, de ander knettergek.

Douglas Dare

De avond begon met Douglas Dare, en dat viel tegen voor iedereen die zijn albums kende – de eerste gedachte was: wat is een producer toch belangrijk voor een plaat, en wat is de man achter de knoppen toch belangrijk bij een live-optreden. Het klonk schel en schril, en dat past niet bij de ingetogen muziek van deze toch ietwat zijïge jonge man. Jammer.

Tim Fite

Tim Fite trad twee keer op – de eerste keer, met Philharmonie Zuid, hebben we gemist. De tweede keer speelde hij zijn eigen videoclips af en zong daar live bij, en dat viel niet mee. Platte teksten, ordinaire gebaren – laten we zeggen: Tokkiehumor hoort op zo’n festival niet echt thuis.

My Brightest Diamond

De groep rond Shara Worden, die in het verleden opera, cabaret, rock en kamermuziek met elkaar combineerde, bestond dit keer uit een goede bassist en een meer dan ijzersterke drummer en een blazerssectie. Worden zelf was af en toe wat erg over the top met merkwaardige verkleedpartijen waarbij ze onder meer een grote snor voorbond. Daardoor had het entertainmentgehalte soms wat de overhand. De drummer hield het gelukkig mooi in balans, want die vent was echt heel goed. Worden had bovendien een zeer uitgebreide wandelende brassband meegenomen die vooraf, tussendoor en na afloop tussen het publiek door voor het echte muzikale feest zorgde. Ze zorgde dat daarmee voor een knallende afsluiter van een geslaagd festival.

  • Cross-Linx Festival
  • gemist op dit festival dit jaar: Spring Collective, Liam Byrne, Oliver Coates, Cast Glass, Cabaret Contemporain.
  • De slotact was de wandelende brassband die Shara Worden van My Brightest Diamond had meegenomen om tussen het publiek voor verrassingsoptredens te zorgen: