De titel van Harry Manx‘ cd is West Eats Meet, een soort verhusselde East meets West, zou je kunnen zeggen. Manx houdt van Indiase muziek, en dat kun je op deze cd duidelijk horen. Veel fusionplaten hebben iets geforceerds, maar bij Manx klinkt het allemaal zo vanzelfsprekend dat je helemaal niet het gevoel hebt dat hier twee muzikale culturen gemixt worden. Het klinkt alsof het gewoon de muziek van Harry Manx is, en dat is gewoon heel mooie muziek. De cd begint met een relaxte blues, waar alleen maar een heel licht vleugje India doorheen waait. Verderop komen tabla en dholak wat nadrukkelijker in beeld, maar nooit storend, integendeel.

Het tweede nummer doet, dankzij de schitterende tweede stem van Emily Braden, denken aan Eric Andersen’s meesterlijke Blue River, en eigenlijk doet de hele cd daar qua sfeer wel wat aan denken. Als je die plaat mooi vindt kun je deze van Manx blind kopen. Manx heeft een wat andere stem, donker, warm en een tikkeltje gruizig, en hij zingt zijn liedjes steeds aangenaam relaxed. De achtergrondstemmen zijn overal heel mooi, maar als Braden de “background lead vocal” voor haar rekening neemt wordt het echt kippevelmuziek, zo mooi. Tel daar nog eens het prachtige gitaarspel (lap slide gitaar) van Manx bij op (en zijn banjospel, en zijn mondharmonicapartijen, en de Mohan Veena en Tamboura) en je hebt een klein meesterwerk.
Een van de bijzonderste platen van de laatste tijd.

En Manx heeft weer een nieuw album – Mantras for Madmen.