Alles wat het Canadese label Northern Blues uitbrengt is zonder meer goed, en vaak vernieuwend en fris. Moreland & Arbuckle is een trio dat niet echt vernieuwende blues brengt, maar ze hebben wel een frisse aanpak, en ze zijn gewoon heel erg goed. Bij Northern Blues zijn de opnames altijd zeer dik in orde, wat betekent dat het allemaal fantastisch klinkt. Dat is belangrijker dan je zou denken, want bij een band als deze, waar je eigenlijk pure lava in actie ziet – de modder en het vuur die gecombineerd voortdenderen – kan live de modder gemakkelijk gaan overheersen met een slechte geluidsinstallatie.

Dat is hier anders. De gitaren klinken steeds perfect, zowel de overstuurde elektrische gitaar als de akoestische slide. Daarnaast hoor je Aaron Moreland ook op “cigar box guitars” – een formulering die je de wenkbrauwen doet fronsen, maar het klinkt fantastisch. Dustin Arbuckle is niet alleen een gedreven zanger maar ook een vlammende mondharmonicaspeler. Samen met drummer Brad Farmer vormen deze twee een superieur powertrio, dat net zo gemakkelijk vette elektrische blues speelt als een akoestische blues die ergens in de tuin kon zijn opgenomen. Op één nummer komt er nog een gastbassist langs, en op twee ander nummers zorgt Chris Wiser met zijn Hammond B3 orgel voor een stevig stukje meerwaarde.

De heren komen uit Kansas (de titel van het album verwijst naar het jaar waarin Kansas een staat werd. De teksten gaan over van alles en nog wat, maar het leukste liedje, Please Please Mammy, gaat over het heerlijke eten van oma. Ach ja, de blues…