Het platenlabel Blue Note werd opgericht door twee blanke Joodse Berlijners, die vóór de oorlog uit Nazi-Duitsland gevlucht waren en die als jazz-liefhebber in New York terecht waren gekomen. Alfred Lion en Frank Wolff begonnen dat label uit pure liefde voor de muziek, en dachten niet bijster commercieel. Met name Lion probeerde vooral alles op te nemen waar hij zelf enthousiast over was, zonder na te denken over commercieel succes.

een dubbele pagina uit het boek...

Het uiteindelijke succes van het label is waarschijnlijk voor een deel daaraan te danken, want de liefde en de aandacht klinken altijd overal in door. En er waren nog wat bijkomende zaken, zoals een geniale opnametechnicus, Rudy van Gelder, die ervoor zorgde dat alles klonk zoals het moest klinken, en liefst nog net een beetje beter. En fotograaf Wolff die de foto’s voor de hoezen leverde, die door een fantastische vormgever afgemaakt werden.  Het lijken details, maar het leverde allemaal een bijdrage aan het totaalproduct, waarbij aan elk detail evenveel liefde en aandacht geschonken werd.

Schrijver Richard Havers legt de geschiedenis van Blue Note meeslepend vast – het dikke boek leest als een trein, en de geschiedenisverhalende hoofdstukken worden afgewisseld met hoofdstukken waarin een aantal platen eruitgelicht worden.

wayne shorter's speak no evil...

Over twee pagina’s krijg je dan de hoes te zien en een buitengewoon aanstekelijke omschrijving van de muziek, waardoor je in de meeste gevallen de neiging hebt om de betreffende plaat er meteen bij te gaan zoeken om hem op te zetten. Want ook die stukjes zijn geschreven door iemand die niet alleen kennis van zaken heeft maar ook bijzonder veel van de muziek houdt waar hij over schrijft. Heerlijk is dat.

Het is lang geleden dat ik van het lezen en doorbladeren van een boek zoveel zin kreeg in muziek, en zo gretig weer eens op zoek ging naar allerlei namen die voor mij niet zo bekend zijn. Want er zijn heel wat grote jazzmusici bij Blue Note begonnen of groot geworden, zoals Jimmy Smith, Art Blakey, Miles Davis, Clifford Brown, Ornette Coleman, Eric Dolphy, Sonny Rollins, en tot in deze tijd, Norah Jones, Medeski Martin & Wood, Bobby McFerrin en Gregory Porter. Maar in de plaatbesprekingen kwam ik ook allerlei namen tegen die ik alleen van horen spreken kende of soms zelfs helemaal niet – er ligt dus nog een hele wereld te ontdekken open.

een paar blue note-hoezen

Het boek staat stampend vol aanstekelijke verhalen, maar ook met platenhoezen en foto’s, en daardoor is het ook een heerlijk doorbladerboek geworden, waarbij je vanzelf op sommige plekken blijft steken om weer een stukje te lezen. Zet er een Blue Note-album bij op, en je wordt er alleen maar gretiger van, dat kan ik je vast beloven.

  • Richard Havers – Blue Note – The Finest in Jazz since 1939 – Lannoo/Terra – ISBN 9789082074918
  • Koop het boek hier bij een bekende webwinkel: Blue Note

En soms wordt er ook gewoon een dubbele pagina ingeruimd voor één aansprekende foto:

herbie hancock...