nels andrews pigeon and the crow
Nels Andrews is een Amerikaanse singer/songwriter die met Pigeon and the Crow aan zijn vierde studio-album toe is. Zijn liedjes zijn als altijd meer dan voortreffelijk, maar de arrangementen zijn dit keer meer dan subliem te noemen. Dat is mede te danken aan de traditionele Ierse fluitiste Nuala Kennedy, die hier niet alleen fluit speelt, maar die ook tekent voor de productie. Daar komen dan Sebastian Steinberg (Iron & Wine) op bas bij, en Quinn (T-Bone Burnett) op drums en percussie. Daarnaast horen we nog wat gasten als mede-songwiters AJ Roach (die samen met Andrews twee van de elf nummers schreef, waaronder het titelnummer), Anaïs Mitchell en Anthony Da Costa.
De sfeer doet nog het meeste denken aan de albums die Van Morrison maakte na Astral Weeks – folk die swingt, zou ik bijna zeggen, met een duidelijke jazzcomponent, en die Ierse fluit maakt het dan helemaal af. Een mooi groeiplaatje.
Luister hier naar een paar fragmenten:
Dit schreef ik een paar jaar geleden over een eerder album van Andrews:
Nels Andrews – Off Track Betting – Lucky Dice
Het nieuwe album van Nels Andrews begint met piepende en schurende snaren, gemengd met een geluid dat doet denken aan een hond die tegen de maan huilt. Dan vallen de gitaren in, en de warme, licht hese, plezierige zangstem van Andrews. Als je alleen die gitaren en de zang zou horen zou je denken met een gewone, gemiddelde singer/songwriter van doen te hebben. Bij Andrews wordt het allemaal net even anders, juist door die effecten en arrangementen. Scherpe bekkens, vreemde belletjes en schril gefluit, en dan wordt een nummer als Butterfly Wing ineens een onheilspellend nummer, en krijgen teksten als “I’m as happy as a dog in the yard” iets dubbelzinnigs. Hier zingt iemand niet zomaar mooie liedjes, maar wordt de luisteraar steeds op scherp gezet met broeierige en soms licht venijnige muziek. Bijzonder, en spannend. Andrews maakt bovendien stevige, soms tegen rock aanleunende rootsmuziek waar in één nummer strijkers gecombineerd worden met scheurende rockgitaren en een luchtig tokkelende banjo (Rented White Sedan).
Hij heeft een perfecte band ingehuurd en bovendien zingen AJ Roach en Ana Ege mee. En, niet te vergeten: de liedjes van Andrews zijn zonder meer van topkwaliteit – hij kan zich wat dat betreft meten met de grote jongens als Lyle Lovett en Steve Earle. Kortom: een zeer, zeer mooi plaatje.