Het boek Stenders Leesvermaak heb ik voor minder dan een euro uit de rommelmarkt meegenomen, en zeker achteraf ben ik blij dat ik niet meer voor het boek heb betaald. Nooit eerder heb ik tijdens het lezen zo’n aversie tegen iemand opgebouwd als bij dit boek. Bij elk hoofdstuk kreeg ik een grotere hekel aan Rob Stenders (en zijn maatjes).

Stenders is een discjockey die zo succesvol was dat zijn manier van radio maken de norm lijkt te zijn geworden. En dan hebben we het over shockeerradio, over iemand die bijvoorbeeld met onverholen bewondering schrijft over Giel Beelen, die eigenlijk gewoon deed wat hijzelf al eerder deed (dit met gepaste trots vermeld), maar die het allemaal net een stapje vulgairder en banaler wist te maken, door zichzelf bijvoorbeeld door een prostituee te laten pijpen tijdens een uitzending. Je hoort Stenders bijna jaloers denken “waarom heb ik daar zelf niet aan gedacht?”

Stenders en consorten zijn de belangrijkste reden waarom ik al jaren helemaal niet meer naar de radio luister. Het is nieteens alleen het domme geblaat, maar vooral ook de toon van de etterbakken die vroeger op het schoolpein ook al zo irritant waren, de grote bekken die altijd succes hadden, juist dankzij die irritante grote bek. De arrogantie die het hele boek uitwalmt is precies de arrogantie die de radioprogramma’s van dit soort geteisem ook zo onverteerbaar maakt. De zelfingenomenheid en de vanzelfsprekendheid waarmee iedereen geschoffeerd wordt zijn werkelijk stuitend.

Een klein voorbeeld. Stenders presenteert met trots een van de hoogtepunten uit zijn radioloopbaan. De vertegenwoordigers van de “shitmuziek”, en dan hebben we het over volkszangers als Ronnie Tober of Imca Marina werden een tijd lang door Stenders flink in de mangel genomen. Dan stond Imca Marina op een stormachtige zaterdagavond in een Friese uithoek waar ze zou optreden, maar waar niemand ergens van wist. Fantastische radio, volgens Stenders. Leuk hoor, om mensen die met schnabbels proberen rond te komen, zo te grazen te nemen. Het is ook niet bepaald mijn lievelingsmuziek, maar zo ga je niet met mensen om. En als Stenders ook maar een béétje ballen had gehad zou hij Harry Mulisch hetzelfde kunstje hebben geflikt, maar daar is uiteraard geen sprake van.

Kortom – Rob Stenders is een miezerige etterbak, en de enige verdienste van zijn boek is dat hij dat ook zeer helder duidelijk maakt. En ik weet ook weer precies waarom ik een hekel heb aan shockeerradio (of tv) – niet omdat ik snel geshockeerd ben, integendeel, maar vooral omdat het zo laag bij de gronds en laf is allemaal. Bah. Het enige probleem is nu, dat ik na het uitlezen van dit boek nog weken nodig heb om de vieze, nare nasmaak kwijt te raken.


  •