
take root - 2010
Take Root is zich langzaam maar zeer zeker aan het ontwikkelen tot het belangrijkste Rootsfestival buiten Amerika. Dit jaar was een absoluut topjaar, niet alleen wat betreft bezoekersaantallen, maar ook de kwaliteit was onvoorstelbaar hoog. Als je op een festival als dit twee of drie topconcerten hoort mag je over het algemeen blij zijn, maar hier waren er in ieder geval al vier die de zaal tot laaiend enthousiasme brachten.
De kunst van het optimaal genieten van een festival bestaat uit het maken van de juiste keuzes, dan op tijd in de zaal zijn voor een goede plek en niet onrustig worden omdat er op andere podia ook leuke acts bezig zijn. We hebben dus ongetwijfeld wat gemist, maar wat we wél zagen was verbluffend goed. We lieten ook wat acts aan ons voorbijgaan omdat we ze al eerder zagen, zoals de vier heren van de Chatham County Line die ouderwets rond één microfoon aanstekelijke bluegrass speelden, of Carrie Rodriguez, die we eerder als sidekick van Chip Taylor zagen. En dan waren er de acts die niet geheel onze smaak waren, zoals de ronduit zeurderige singer/songwriter Willy Mason of de nét iets te dramatische “beauty and the beast”-act van Isobel Campbell en Mark Lanegan. Deer Tick en Phosphorescent zijn in hun soort van stevige rockroots zeker niet slecht, maar toch iets te veel van dik hout. Tijd voor de toppers.
Old Crow Medicine Show
The Old Crow Medicine Show is een Canadese jongehondenband die bluegrass, jugband, stringband en rock door elkaar roert voor een zeer opwindend feestje, waarbij de twee frontmannen met een tomeloze energie de zaak naar een aantal opzwepende hoogtepunten weten te spelen. Opvallend is het gebruik van de mondharmonica en het verschroeiende fiddlespel. De bomvolle grote zaal van de Oosterpoort werd door het publiek bijna afgebroken. En toen liep het pas tegen het eind van de middag.
Frank Fairfield
De grootste verrassing van dit festival was misschien wel de vierentwintigjarige Frank Fairfield, die in zijn eentje de kleine zaal van de Oosterpoort tot ongekende hoogten wist op te zwepen. Hij speelde nummers die gemiddeld een eeuw oud waren, en wisselde daarbij fiddle, banjo en gitaar af. Muziek uit de verzameling van Harry Smith, en met dezelfde gruizige kwaliteit, hetzelfde rauwe randje dat zo goed past bij al die moord- en doodslagliedjes. En toch ook een onmiskenbaar eigen geluid. Een jongen met het exacte fingerspitzengefühl – absolute topklasse.
Iron and Wine
Sam Beam is een beetje te vergelijken met eels. Beam treedt onder de naam Iron and Wine soms op als duo, soms met een zevenkoppige band en soms, zoals nu hier, in zijn eentje. Een kleine man, keurig in het pak, met een grote baard, die de zaal volkomen overdondert door meteen acapella zijn ziel en zaligheid over de zaal uit te storten. Teksten die vaak onbegrijpelijk zijn. Associaltieve poëzie met beelden die blijven hangen en bijna hypnotiserende liedjes. Beam zorgt er wel voor dat je wakker blijft, onder meer met zijn humoristische tussendoortjes. Intelligent, grappig, een fantastische gitarist en een geweldige zanger. En ook dit keer was de zaal het daar volledig mee eens, want men bleef zelfs zitten toen hoofdact en publiekstrekker Wilco in de grote zaal begon te spelen. Subliem.
Dave Rawlings Machine
De eerste keer dat we hier over Rawlings schreven was onder de kop Gillian Welch is een duo. Ze hebben de rollen omgedraaid en Rawlings staat nu een tijd in het middelpunt. De Machine bestaat uit Gillian Welch, die een tweede stem neerzet die magnifiek pakt met die van Rawlings, en drie leden van de Old Crow Medicine Show, en het werd een ongeëvenaard feestje. Rawlings en Welch zien er niet bepaald uit als sterren, maar we hebben een zaal zelden zo ongeremd enthousiast gezien als tijdens dit concert. Hoewel het duo zelf een heel repertoire heeft aan superieure liedjes speelden ze ook een aantal klassiekers, waaronder nummers van Neil Young, Pete Seeger en Bob Dylan, en ze zetten een definitieve versie neer van The Weight van The Band. Ik kreeg de indruk dat Rawlings en Welch wat verbaasd en overdonderd waren door het enthousiasme van de zaal, want die werd volledig plat gespeeld. Een superieur muzikaal feestje, met een werkelijk fenomenaal gitaarspelende Rawlings als middelpunt en een voortreffelijke afsluiter van een zeer geslaagd festival.