Idrissa Soumaoro is een multi-instrumentalist, componist en zanger uit Mali die in de jaren zeventig in het stadje Diré woonde, in het noorden van Mali. Hij bewaart daar heel goede herinneringen aan, en in zijn nieuwe album gaat het daarover en over de hoop op vrede voor het land dat nu door een zware periode gaat.

De tien bijzondere composities van het album zijn gebaseerd op traditionele muziek van Mali, maar Idrissa’s levenservaring (hij is inmiddels in de zeventig) reizen, studies, samenwerkingsverbanden en zijn persoonlijke muzikale loopbaan zorgen er voor dat zijn muziek vol zit met andere invloeden . Zoals hij zelf zegt “Mijn inspiratie komt meestal van de donso n’goni, een Bambara instrument dat bespeeld wordt door jagers in heel Mali. Het is een pentatonisch instrument, vegelijkbaar met de blues die door zwarte slaven naar de Amerika’s werd overgebracht. Verder heb ik zoveeI verschillende soorten muziek gespeeld dat je in mijn muziek ook rumba, salsa (en Bamanan blues en een paar afgeleiden) kunt horen, net als jazz, country, soul, rhythm and blues etc. Ik denk dat ik zo in de loop der tijd mijn eigen vorm van expressie heb gevonden”.

Dat kan ik wel beamen, want die invloeden, ja, die hoor ik wel, maar Idrissa heeft een unieke manier van gitaarspelen, zijn stem is geweldig en let vooral ook op de ritmesectie, die alles steeds weer op een unieke manier op een hoger plan weet te brengen.

Soumaoro zingt afwisselend in Frans, Bambara en Engels, en zijn stem valt perfect in de complexe ritmes, waarin West-Afrikaanse snaarinstrumenten en percussie samengaan met fluit en balafon en heel af en toe wat keyboards. De arrangementen zijn weliswaar complex, maar tegelijkertijd kristalhelder, terwijl de melancholie van de blues de overheersende sfeer bepaalt.

Een machtig mooi album van een artiest die niks meer hoeft te bewijzen, en die alleen maar de muziek maakt die hij zelf goed vindt. En jongens, wat is die goed.

Luister hier naar een paar fragmenten: