bommeldingen
ook wel bommelwoorden
achteruitgang
afdeling
asemmer
aspergeschil
bandstaal
basalt
beamer
bedonderstel
belaster
beneveld
beregenen
bestelen
bestelling
betovergrootvader
bijbel
bijster
bisschopsmijter
bokaal
bollenteler
borduurwerk
carnavalshit
cokesmokkel
contrastrijker
damplaag
dijkramp
diplomaatje
discussieraad
doodsteken
dronkemanstaal
drugsmokkel
etagebouw
fasering
formulering
gangster
geluidschip
generatieslang
genietroepen
gespogen
goochelaars
gospel
groepstal
hamster
haring
hiphopelementen
horecareus
hyenavel
inkepinkje
kartongeluk
kassabel
kassalade
kastijden
kerstomaatje
keuring
kinkshit
kippesto
kiwijacht
klassering
koekijker
koester
koningsloper
kwartslagen
lastaak
legering
lenvensloop
lokaal
loodspet
lustrum
magazijnstelling
makelaarstaal
massagebed
massagetrut
meestal
meesterstukje
metselaars
minimaal
minister
naaister
negeren
nestelen
nieuwjaarsloop
nuancering
pilslikker
pijpetuitje
pijplasser
pingel
plaatstaal
poster
pretogen
raapstelen
railsloper
redactie
regent
reserveringen
reuring
rijstrand
rijstrook
rijstroken
rollade
rotstelling
rotstempel
scateramp
schakelaars
siliconengel
spiering
sportster
stalinrichting
stropers
supersoon
tabaksteler
timesharing
truchuwelijk
tuinieren
uiteen
uitroep
uitstekend
valkuil
verslikken
versmaaltijden
verste
vertellen
vlasteler
voorkomen
voornaam
waardering
wandeling
wetstaal
zeepaard
zeepieren
zendeling
zending
zetje
zingen
zingevinkjes
zinketsen
zuilensering (tussen amsterdam en utrecht noordoost)
Soms kan een afbreking ervoor zorgen dat je een woord ineens geheel anders bekijkt. Bommel-ding is het bekendste voorbeeld, maar wij hadden er nog een paar. Bedenk zelf wat de juiste plaats is voor het afbreekstreepje. Soms is het overigens ook de klemtóón die het verschil maakt.
Aanvullingen zijn uiteraard welkom.