
louis paul boon boontjes 1969
Louis Paul Boon was de grootste Belgische schrijver van de vorige eeuw, groter dan Claus, groter dan Streuvels, groter dan wie ook – feitelijk had hij de Nobelprijs voor literatuur moeten krijgen, want zijn beste romans zijn van absoluut wereldniveau. Dan hebben we het niet alleen over de inmiddels dankzij de verfilming bekende Pieter Daens, maar met name ook over het magistrale tweeluik De Kapellekensbaan en Zomer te Termuren, romans die geen traditionele romans genoemd kunnen worden maar die de lezer volledig op scherp zetten.
Boon was ook een columnist die dagelijks een vrij luchtig stukje in de krant schreef. Maar ook die “Boontjes” zijn van een ongehoord hoog niveau, zoals we al konden constateren aan de hand van de integrale uitgave die uitgeverij Houtekiet een groot aantal jaren geleden op voorbeeldige wijze startte. De Boontjes die Boon schreef tussen 1959 en 1967 werden in acht prachtige gebonden delen perfect uitgegeven, maar toen was het geld op.
Gelukkig is het Louis Paul Boon genootschap elf jaar later, in 2014, verder gegaan met jaargang 1968, met de belofte elk jaar een nieuw deel uit te brengen. Het nieuwe deel, Boontjes 1969, ligt er iets meer dan een jaar later, en een paar van de schoonheidsfoutjes van de hervatting zijn gelukkig gecorrigeerd. Zo is nu boven ieder stukje de dag van de week toegevoegd waarop het stukje in de krant geplaatst werd. Die toevoeging ontbrak helaas in het deel 1968. Er zijn nog wat details die beter kunnen, maar dat is het probleem als de eerste acht delen zo ronduit perfect zijn uitgegeven met behulp van een vormgever en een drukker met echt verstand van boeken. De delen 1968 en ook 1969 zijn bijvoorbeeld anderhalf keer zo dik als de eerste acht delen – niet omdat er meer bladzijden in het boek staan, maar omdat er een dikkere, stuggere papiersoort is gebruikt, die veel minder plezierig bladert en leest. Ook het lettertype dat gekozen is, is aanzienlijk minder elegant en plezierig om te lezen. Maar dat zijn de randdetails.
Inhoudelijk is het wederom een feest, ondanks het feit dat de bezorger zich in zijn nawoord verbaast over het feit dat Boon in zijn column nauwelijks aandacht besteedt aan de grote actuele kwesties van het jaar 1969 – de roerige jaren zestig, de landing op de maan, enzovoorts. Mij stoort dat geenszins, zeker niet als je Boon’s andere boeken leest en zijn sociale betrokkenheid onontkoombaar blijkt (wie ging de mensen ook maar weer een geweten schoppen?).
Mooi is dat de voetnoten steeds meteen onder het betreffende stukje te vinden zijn. Iets minder sterk vind ik dat de lezer in die voetnoten niet helemaal serieus genomen lijkt te worden – uitleggen wie Walt Disney was, dat lijkt me enigszins overbodig, bijvoorbeeld – er mag daarom wat mij betreft best wat zuiniger geannoteerd worden in de volgende delen.
Dit alles neemt niet weg dat ook dit deel van de Boontjes voor de lezer weer een absoluut feest is – Boon toont zich een uitermate veelzijdig columnist, die Carmiggelt-achtige humoristische stukjes kan schrijven, persoonlijke ontboezemingen kan doen, de lezer rechtstreeks toe kan spreken en oproepen van alles naar hem toe te sturen, zoals Nico Scheepmaker dat ook zo mooi kon, op een aanstekelijke manier de geschiedenis in kan duiken, grappen maken, een kijkje geven in zijn alcoholische problemen, enzovoorts. Licht, maar altijd met een melancholieke ondertoon, en altijd met de pen van een grootmeester. In ieder stukje staat wel een meesterlijke zin die je bij blijft.
- Louis Paul Boon – Boontjes 1969 – Roelants (v/h de Oude Mol) en Stichting Isengrimus – ISBN 9789081580533
- Bestel het boek hier bij een bekende webwinkel: Boontjes 1969
- Het Louis Paul Boon Genootschap