louis paul boon boontjes 1974
Dankzij het Louis Paul Boon genootschap kunnen we nog steeds rekenen op nieuwe delen van de columns die Louis Paul Boon als Boontjes vrijwel dagelijks schreef voor de krant Vooruit. Hij was in 1974 inmiddels gepensioneerd, maar leek het drukker dan ooit te hebben, en de dagelijkse “cursiefjes” bleven net zo geïnspireerd als altijd verschijnen. Nee zeggen bleken zowel Boon zelf als zijn vrouw moeilijk te vinden, dus elk onverwacht bezoek was welkom, ook al kwam het ongelegen. Het leverde af en toe wel fraaie Boontjes op, dat moet gezegd, zoals het verlate bezoek van mannen die opnames wilden maken voor een elpee.
Het levert ook mooie Boontjes vol zelfspot op, bijvoorbeeld als Boon op 12 juni in “uitzitten” schrijft dat ze na een paar hectische dagen echt niet meer drukte aankunnen en ze afspreken niet meer op elk verzoek in te gaan. Dan gaat de telefoon, die Boon opneemt:
“Het is de burgemeester van Halle die zegt: We hebben u in Halle nog nooit mogen begroeten, en het kollege van burgemeester en schepenen houdt er aan u officieel te ontvangen”, enzovoort, enzovoort. Ik kan of durf geen “nee” zeggen, maar antwoord ontwijkend: “Dat moet ik eens aan mijn secretaresse vragen.” Mijn sekretaresse, vrouw en bedgenote, gaat dan naar de telefoon en antwoordt: “Zeker, meneer de burgemeester, dat zal ons zeer aangenaam zijn. Welk uur verwacht ge ons?”
Daarna zitten we een hele poos zwijgend voor ons uit te kijken, afwachtend wie het eerste woord gaat zeggen. En uiteindelijk zegt mijn vrouw en sekretaresse: “’t was de burgemeester van Halle. En ik: “Dat heb ik gehoord”. “In feite kunnen we zoiets niet weigeren” zegt ze.
De Boontjes werden in het verleden wel eens vergeleken met de Kronkels van Carmiggelt, maar voor mijn gevoel gaat Boon veel verder, en veel dieper dan Carmiggelt, en laat hij zichzelf regelmatig in zijn kwetsbaarste momenten zien, waarbij enige zelfspot hem zeker niet vreemd is.
Ik laat je hier een paar Boontjes lezen die over zijn vader gaan, waarbij vooral de laatste een mooie illustratie is van die zelfspot, en dat kwetsbare. Maar Boon schrijft ook in 1974 weer over alles, niet alleen over zijn eigen belevenissen, waarbij zijn kleinzoon steeds vaker een rol speelt, maar hij schrijft ook een feuilleton over Pomponneke, strooit er wat luchtige stukjes tussendoor en weet de lezer zo op een zeer gevarieerde manier geboeid te houden.
Boontjes 1974 is opnieuw een voortreffelijk verzorgde hardcover, dit keer van maar liefst 520 pagina’s, met uitstekende voetnoten, die perfect achter elk Boontje geplaatst zijn, een prima register, een stuk over het jaar 1974, zodat we de Boontjes wat beter kunnen plaatsen in de tijd, een stuk over Boon in 1974, verantwoording en een dankwoord. Kortom: een voorbeeldig uitgegeven verzameling tijdloze korte verhaaltjes van een grootmeester, voor een sympathieke prijs.
- Louis Paul Boon – Boontjes 1974 – Roelants (v/h de Oude Mol) en Stichting Isengrimus – € 31.-
- Bestel het boek hier bij een bekende webwinkel: Boontjes 1974
© Erven Louis Paul Boon 2023